De was naar buiten scheelt duiten

Kan de was naar buiten?
De vooroorlogse methode gaat zo. Kijk naar de blauwe lucht en de hoeveelheid wolken. Als er een matrozenkiel uit het blauw kan, dan kan de was naar buiten. Volgens de moderne methode kijk je op www.buienradar.nl

Stoeptegels
Maar ook al regent het niet, het is niet zeker dat er voldoende ‘droog’ in de lucht zit. Kijk hiervoor naar de stoeptegels. Drogen ze op, dan kan de was buiten drogen. Blijven de tegels donker en vochtig dan schiet het drogen van het wasgoed buiten ook niet op. De was droogt goed als het niet regent, niet te koud is en er een lekkere wind staat.

Tips voor de buitenwasdroger

• Investeer in een goede waslijn, een met een stalen kern. Hou de waslijn goed schoon. Een vieze waslijn kan lelijke strepen achterlaten op de schone was. Maak het jezelf makkelijk en zorg voor een plek waar de wasmand ter hoogte van je middel kan staan. De was steeds uit de mand vanaf de grond moeten vissen geeft onnodige belasting van je rug (we zijn niet alleen zuinig met geld maar ook op onszelf). Gebruik een tafeltje of oude babybadstandaard om de wasmand op te zetten.
• Het natte wasgoed moet eerst even uitgeklopt en strakgetrokken. Als je het ‘propperig’ ophangt droogt het gekreukeld op en heb je meer werk met strijken. Dat kost tijd, stroom en dus geld. Als je twee lijnen dicht bij elkaar hebt is het handig om ‘dubbele’ kledingstukken op beide lijnen te hangen. De achterkant van broeken en sweaters vastmaken aan de ene lijn, de voorkant aan de andere. Dan drogen ze sneller. Grote dunne stukken stof, zoals lakens, kunnen juist dubbelgevouwen op één lijn, anders nemen ze teveel ruimte in. Als de waslijn volhangt en je hebt nog was over, kun je kleinere stukken met knijpers vastmaken aan wasgoed dat al aan de lijn hangt.
• Was die je nog wilt strijken haal je als eerste van de lijn, wanneer hij nog niet kurkdroog is; dat strijkt makkelijker. Kom je nog even niet aan strijken toe, leg de vochtige strijkwas dan zolang op elkaar. De overige droge was kun je makkelijk gladstrijken (‘strijken’ met je handen) en netjes opvouwen. Bij lakens en dekbedhoezen kan dat zeker. Vervolgens onderop de stapel in de kast.

Is het toch te koud of te nat? Dan kan de was ook binnen drogen. Daarover later meer.

Tekst Marieke Henselmans. Illustratie: Gijs Henselmans