Het verwoestende speculatievirus

column_Gerard_Borst_april_2011

 

Wat doet geld met mensen? Willem Anthony Paap, schrijver van het in 1908 verschenen boek De doodsklok van het Damrak, zou dit zeggen: geld maakt spelers van mensen, spelers op de beurs, speculanten, of beter: dobbelaars, want voor Paap staat speculeren op de beurs gelijk aan de zotheid van dobbelaars.  Zotheid waarop geen zegen rust. Zotheid waarbij de financiële ondergang als het ware zit ingebakken.

 

De doodsklok van het Damrak stuurt ons op tijdreis naar het jaar 1907. De roman laat zich lezen als een aanklacht tegen een maatschappelijk kwaad. Paap trekt alle registers open om lucht te geven aan zijn afkeer van de speculatiezucht, die in vroeg twintigste-eeuws Nederland volgens hem epidemische vormen heeft aangenomen.

 

Gekken en domkoppen

Het speculatievirus – de dobbelzucht – steekt niet alleen grote jongens aan. ‘Kleine luyden’, kruideniers, kantoorbedienden, renteniertjes, krijgen de ziekte ook. Paap heeft het in de roman met deze beleggertjes te doen. Maar hij zet ze ook als ‘gekken’ en ‘domkoppen’ te kijk. Hadden ze er maar niet aan moeten beginnen, luidt de boodschap.

 

Bij de dobbelaartjes in De doodsklok zijn vooral ‘Amerikanen’ populair, fondsen uit de VS, en dan met name ‘Unions’, aandelen in de Union Pacific Railroad Company. Velen gaan eraan te gronde. Op de beurs aan het Amsterdamse Damrak is het met de Amerikanen diverse keren gruwelijk mis. De grootste catastrofe voltrekt zich in de roman tussen 6 en 13 oktober 1907. Het Damrak is dan in de woorden van Paap ‘een moordenarij’.

 

De doorsnee dobbelaar is een belegger met geleend geld. Door de crash kan hij niet meer aan zijn financiële verplichtingen voldoen. Hij moet toezien hoe zijn onderpand publiek wordt verkocht; hij wordt, zoals dat heet, wegens schuld geëxecuteerd.

 

De vele executieverkopen hebben een funeste uitwerking op het Damrak. Veel andere fondsen worden in de val van de Amerikanen meegesleept.

 

Struikrovers

Informatie over de oktober-paniek van 1907 valt ook te ontlenen aan een niet-fictionele bron. Ik doel op het bestand ‘Historische Kranten’, door de Koninklijke Bibliotheek op internet beschikbaar gesteld. De dagbladen waarin we kunnen grasduinen, blijken Paaps voorstelling van zaken te schragen.

Wel is de politieke teneur van het boek anders. De doodsklok wil nadrukkelijk een klap zijn in het gezicht van het grootkapitaal. Paap geeft de dollarbaronnen E.H. Harriman en John D. Rockefeller de schuld van de beurscatastrofes. Door koersmanipulaties op Wall Street verrijken deze ‘struikrovers’ zich schandelijk. Dit zeer ten koste van onder anderen de kleine beleggers in Nederland.

 

De tendens in de meeste Nederlandse dagbladen is tegengesteld. Volgens met name het deftige Algemeen Handelsblad is de roet in het eten van de beurzen juist de regering-Theodore Roosevelt te verwijten, die de spoorwegmonopolist Harriman en de petroleummagnaat Rockefeller streng probeert aan te pakken wegens overtreding van de Amerikaanse anti-trust- en tariefwet.

 

Critici en lezerspubliek bereidden Paaps roman een warm onthaal. Volgens velen schuilde in het boek een geweldig genezend vermogen. Bij hen die het lazen, zou het speculatievirus voorgoed om zeep zijn geholpen. Die zegenrijke functie kan De doodsklok nog steeds hebben.

Cover_De_doodsklok_van_het_DamrakDownload hier het boek ‘De doodsklok van het Damrak’

Reageren

 

Meer columns van Gerard Borst:

Armoede

Hoe meer milionairs hoe beter 

 Huize Nooitgenoeg 

 Spijkerpakkenproletariaat

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *