Huishoudboekje: ‘Je kunt je ook verheugen op een warme deken’

In de portemonnee kijken

Emile (43) is na veel omzwervingen met zijn gezin in Nederland neergestreken. Hij verdient zijn geld met tekstschrijven en vertalen: ‘Twintig uur per week is genoeg voor onze levensstijl.’

Goedbetaalde klussen

‘Ik schrijf teksten voor de Nederlandse markt voor bedrijven uit de Verenigde Staten, Polen, Italië en Tsjechië. Daar ben ik een beetje ingerold, van oorsprong ben ik filosoof. Inmiddels heb ik een vaste klantenkring opgebouwd. Vaak willen die bedrijven een native speaker, dat is in mijn voordeel. En die klussen betalen goed. Ik hoef niet meer dan twintig uur per week te werken voor een inkomen waarvan we als gezin kunnen leven. Dat is fijn, want mijn vrouw is Koreaans en kan in Nederland niet zo makkelijk aan de slag.

Hoge huur

Toch is teksten schrijven niet mijn echte werk. Dat is gedichten, essays en boeken schrijven. Ik heb een eigen website en draag regelmatig in het land gedichten voor. Een poëziebundel, een kinderboek en een roman heb ik zelf uitgegeven. Doordat ik goed verdien en we uit principe niet veel geld uitgeven, kan ik dat zelf financieren. Onze huur is wel hoog voor een flat van 65 m2, ik wil ook niet scheefhuren. Maar we kunnen het makkelijk betalen. De flat heeft bovendien een voordeel. Ik zeg altijd: we hebben heel dikke spouw- muren waar mensen in zitten. Onze buren zijn onze isolatie.

Warmblijven met een dansje

Dat de gasprijs stijgt door de oorlog in Oekraïne is wel een punt. Afgelopen winter stond de thermostaat op 16,5 graden en zijn we gewoon voor de radiator gaan zitten. Mijn dochter van 9 vindt dat prima. Die danst hier regelmatig in de woonkamer een anti-Poetin-dansje. Het is ook een beetje hoe je ertegen aankijkt. Als je denkt: bah kou, dan wordt het ook naar. Maar je kunt je er ook op verheugen om onder een warme deken en met een beker warme chocolademelk fijn artikelen te schrijven.

Het huishoudboekje van Emile

Tweedehands

Ik koop verder vrijwel alles tweedehands. Dat is een beetje een dogma. Zo heb ik in allerlei kringloopwinkels gezocht naar een zeefje. Dat had ik helemaal niet zo nodig, maar het was wel leuk om te doen. Ook mijn laptop en mobiele telefoon zijn tweedehands. Als ik ze vinden kan, koop ik zelfs mijn onderbroeken bij de kringloop. Zolang ze maar een fris kleurtje hebben. Dingen die je bij de kringloop koopt, kun je ook weer terugbrengen of doorgeven. Verder zijn we enthousiaste couchsurfers en hebben ook hier regelmatig mensen te logeren. Die geef ik dan een warme trui mee. Mee-eters zijn bij ons ook altijd welkom.

Deeleconomie

Dat vind ik het mooie van deze levensstijl: je kunt gul zijn en mensen in je overvloed laten delen. Een deeleconomie zou wat mij betreft ideaal zijn. Jammer genoegen ontaarden initiatieven in die richting zo vaak in een commercieel verdienmodel. Neem Airbnb, dat heeft niets meer met delen te maken. Dat is gewoon uitbuiting extra ordinaire. Ik heb genoeg geld en veel vrijheid, dat is een privilege. Maar uiteindelijk zijn de saaie routineklussen een springplank om straks te kunnen leven van mijn creatieve schrijfwerk. Zover is het nog niet, met een oplage van honderd boeken die nog niet is verkocht. Nee hoor, dat frustreert me helemaal niet. Ik lijd niet onder een gebrek aan erkenning. Ik bleef honderd procent plezier aan het schrijven, dat is mijn beloning.’

Tips van Emile

Onbetaalde uren

Wil je als zelfstandige leven van geldklussen zodat je tijd overhoudt voor andere dingen? Houd er dan rekening mee dat je in eerste instantie extra onbetaalde uren maakt om te acquireren.

Energieslurpers

Wees kieskeurig en neem niet alles wat je krijgt aangeboden aan. Ik neem bijvoorbeeld nooit langdurige opdrachten aan. Die slurpen energie en dat gaat ten koste van mijn creativiteit.

Goedkoop treinen

Een auto is duur en in Nederland helemaal niet nodig. Met mijn tweedehands fiets van vier tientjes en een treinabonnement van 31 euro per maand kan ik overal komen waar ik wil. Zo reis ik naar poëziefestivals. Daarna ga ik lekker wandelen, dat is nog gezond ook.

Dit artikel van Miriam Notenboom verscheen eerder in Genoeg magazine (nummer 135). De naam Emile is voor het internet gefingeerd.