Beginnen met beleggen

Beginnen met beleggen

‘De aandeelhouder wint’, grapte wijlen cabaretier Wim Kan ooit. Had hij gelijk? Daar lijkt het momenteel wel op, want de aandelenkoersen zitten al een tijd in de lift, waardoor beleggers flinke winsten boeken. En dus groeit het aantal beleggers in ons land als kool. Volgens een peiling van onderzoeksbureau Kantar belegden dit voorjaar ruim 1,75 miljoen Nederlandse huishoudens in aandelen, 250.000 meer dan een jaar eerder. Misschien denk ook jij erover om je spaarcenten deels in beursgenoteerde effecten te investeren. Maar is het iets voor jou? En zo ja, hoe kun je het beste beginnen met beleggen?

Tekst: Erica Verdegaal

Is beleggen iets voor jou?

Op spaargeld krijg je nauwelijks of geen rente. Erger: als je veel spaargeld aanhoudt, moet je vaak een negatieve rente betalen. Dat zit veel spaarders dwars. Toch wil dat niet zeggen dat beleggen altijd beter is dan sparen. In zeker vijf gevallen is sparen de beste keus, al is de rente nog zo laag:

  1. Beginnen met beleggen onverstandig als je niet genoeg direct opneembaar spaargeld bezit om een financiële tegenvaller op te vangen. Zo’n spaargeldbuffer moet minimaal drie tot zes keer je maandelijkse uitgaven zijn.
  2. Ga ook niet beleggen met geld dat je binnen vijf jaar beslist weer nodig hebt, bijvoorbeeld voor een opleiding of een reis. Want stel er komt een beurskrach, dan ben je mogelijk de helft van je reserves kwijt.
  3. Het zijn dat je op andere manieren al genoeg belegt, bijvoorbeeld doordat je in een fonds pensioen opbouwt. Pensioenfondsen beleggen ongeveer de helft van het door hen beheerde vermogen in aandelen. In het aanstaande, nieuwe pensioenstelsel loop jij daarover wat meer risico dan nu. Misschien is sparen dan toch beter.
  4. Ga niet beleggen als je schulden hebt. Stel, je hebt een flinke hypotheek lopen. Als je daarnaast zou gaan beleggen, beleg je eigenlijk met geleend geld. Als dan zowel de huizen- als de aandelenprijzen zakken, verlies je op twee fronten vermogen.
  5. Nog een laatste reden om niet te beleggen is als je wakker gaat liggen van koersfluctuaties. 

Zo kun je beginnen met beleggen

Stel, je vindt beleggen voor jouw situatie geschikt, en je wilt er echt aan gaan beginnen. Dan is het belangrijk dat je het op de juiste manier aanpakt: zonder onnodige en onverantwoorde risico’s en tegen zo laag mogelijke kosten, zodat je het maximale aan je beleggingsavontuur overhoudt.

Daarom eerst een waarschuwing:

denk nooit dat je beurskoersen kunt voorspellen

Niemand, geen beursgoeroe met een grote mond, geen beleggingsanalist in een strak pak en ook jij niet, beschikt over dé glazen beursbol. Gelukkig is dat ook helemaal niet nodig, want er is een manier waarop jij, als relatieve leek, kunt beleggen met minimaal de winstkansen van een professional. Dit dankzij de Amerikaan John Bogle (1929-2019), de uitvinder van het indexbeleggen. Indexbeleggen doe je in een of enkele indexfondsen. Een indexfonds is de zelfrijdende auto onder de beleggingsfondsen. Er zit namelijk geen (dure) fondsbeheerder aan het stuur die beleggingen voor je analyseert, selecteert, en aan- en verkoopt. In plaats daarvan belegt een computerprogramma volgens de samenstelling van een bepaalde aandelenindex. Dat is de waarde van een (grote) verzameling beursgenoteerde aandelen. Een bekende brede aandelenindex is de MSCI World. Die bevat 1585 verschillende beursgenoteerde aandelen uit 23 ontwikkelde landen. 

Meer rendement, minder risico

Indexbeleggen heet ook wel passief beleggen, want indexbeleggers hoeven geen fluit aan hun beleggingen te doen, behalve geld in te leggen. Dat heeft veel voordelen:

  1. Je betaalt de indexbelegger niet mee aan die dure fondsbeheerder. Nu denk je misschien dat zo iemand zijn kosten dik waard is, maar het omgekeerde is waar; dat is al talloze malen door tests en wetenschappelijke onderzoeken bewezen.
  2. Indexbeleggen IS de goedkoopste manier van beleggen. Het kost bijvoorbeeld 0,2, 0,3 of 0,5 procent per jaar aan beheerkosten. Aan een beheerd beleggingsfonds ben je snel een veelvoud van die kosten kwijt. Dat scheelt je op de lange termijn tientallen procenten aan eindkapitaal.
  3. Indexbeleggen is een goedkope en simpele manier om beleggingsrisico’s te spreiden. Als je bijvoorbeeld belegt in de MSCI World-index ben je, ongeacht de omvang van je inleg, mede-eigenaar van 1585 bedrijven in tientallen ontwikkelde landen.

En toch kun je je risico’s nóg verder dempen. Dat doe je door nooit een groot bedrag ineens in een indexfonds te steken, maar maandelijks automatisch een beperkt vast bedrag te beleggen. Zo koop je bij lage beurskoersen automatisch meer participaties dan bij hoge. Dat heet middelen. Laat het opgebouwde vermogen vervolgens vele jaren staan, in goede en slechte tijden. Ga vooral nooit de boel verkopen tijdens een beursdip, want op de effectenbeurzen volgt na regen per definitie zonneschijn.

De Amerikaan Warren Buffet, ’s werelds beste belegger ooit, noemt John Bogle een held en indexbeleggen ideaal voor iedereen:

 Door periodiek te beleggen in een indexfonds,
kan de belegger die nergens van weet meer rendement halen dan de meeste experts

Zo automatisch mogelijk

Indexbeleggen dus. Maar in welke fondsen? Die vraag is terecht, want er zijn al zeker een miljoen effectenindexen verzonnen. Het aantal erop gebaseerde beleggingsproducten doet daarom denken aan het aanbod van een Franse hypermarché. 

Gelukkig heeft John Bogle hier een duidelijk advies over gegeven. Volgens hem kun je het best kiezen voor een of enkele niet-beursgenoteerde indexfondsen. Die breiden je beleggingen maximaal (dus over de hele wereld) tegen relatief lage kosten. Daarvoor kun je in ons land momenteel alleen terecht bij Meesman en BrandNewDay. Je kunt daar eenmalig of maandelijks automatisch een bedrag beleggen in een of enkele brede, gerenommeerde indexen tegen hooguit zo’n 0,5 procent beheerkosten per jaar. Diverse van die fondsen beleggen duurzaam. Op de website kun je uitzoeken welke dat zijn en welke bedrijven ze uitsluiten. Zo bespaar je jezelf keuzes, kosten, risico’s, fouten en stress. En dan maar volhouden. 

Stel, je zou maandelijks automatisch 250 euro inleggen, dan bezit je, bij gemiddeld vijf procent rendement per jaar, na dertig jaar ruim twee ton. Zo kan een luie, nuchtere belegger zonder kennis en tijdverlies een smakelijk rendement incasseren op de lange termijn.
Dit artikel is verschenen in Genoeg 131