Recept: speltcake met appel en walnoot

Heb jij zin om een lekkere cake te bakken? Dan is dit jouw recept! Deze vullende, lekkere speltcake van Bakgezond maak je in een mum van tijd met appel en stukjes walnoten, zonder toegevoegde suikers. Smullen maar!

Ingrediënten 

  • 250 gram speltbloem
  • 250 gram zachte roomboter
  • (eventueel 150 gram biologische honing)
  • 4 eieren
  • 7 gram bakpoeder
  • snufje (bakkers)zout
  • 1 appel
  • kaneel
  • handje walnoten
  • 1 citroen 

Bereiding

  • Verwarm de oven voor op 160 graden. (Boven / onderwarmte met eventueel geringe stoomtoevoer)
  • Schil de appel en snij hem door de helft en maak er plakjes van
  • Mix de honing samen met de roomboter tot één geheel
  • Voeg dan 1 voor 1 de eieren toe en mix het ongeveer 5 minuten
  • Schep de speltbloem en bakpoeder rustig door het beslag, zodat alles één geheel is. 
  • Voeg de rasp van 1 hele citroenschil toe en voeg als laatste de stukjes walnoten toe
  • Vet een cakeblik in met roomboter
  • Schep het beslag erin
  • Druk in de bovenkant de stukjes appel erin, laat aan de bovenkant iets uitsteken. 
  • Strooi op de bovenkant nog wat kaneel en bak de cake in ongeveer 60/65 minuten af
  • Laat de cake even afkoelen in de vorm en haal hem er dan uit

Winactie

Dit recept is van Bakgezond. Wist je dat we nu een leuke winactie hebben voor een Bakgezond pakket XL? Daarmee kun je weer even vooruit met lekkere mixen en recepten in de keuken! Kijk op de website hoe je mee kunt doen aan deze winactie.

Verleng het leven van je tuinmeubels

In de wintermaanden, als de temperaturen flink kunnen dalen, vraagt de tuin om winter-onderhoud. Vorstgevoelige planten vragen om extra zorg, maar ook je tuinmeubels gaan langer mee als je ze goed beschermt en onderhoudt.

Heb je een bescheiden tuintafel met een paar stoeltjes, dan kun je overwegen om daar in je huis een hoekje mee te maken, of berg ze op in je schuur als je die hebt. Zo zijn je tuinmeubels optimaal beschermd en kunnen ze niet verweren door winterse weersomstandigheden.

Maar heb je van je tuin een buitenverblijf gemaakt, compleet met een flinke tuintafel met stoelen of banken? Dan is naar binnen halen van je tuinmeubels meestal geen optie. Afhankelijk van het materiaal van je tuinset is dan onderhoud en bescherming noodzakelijk voor een langer tuinmeubelleven.

Onderhoud houten tuinmeubels

  • Maak ongelakt hout schoon met een sopje van zachte zeep, en spoel na met schoon water. Maak gebruik van een zachte doek of een zachte schoonmaakborstel. Het is belangrijk dat je dit altijd met de hand doet. Een hogedrukspuit is geen goed idee. De spuit kan er namelijk voor zorgen dat er groeven in het hout komen.
  • Ook gelakt hout maak je eerst schoon met zachte zeep. Is de laklaag van je tuintafel en stoelen beschadigd? Werk de laklaag dan bij. Zorg ervoor dat je de houten meubels lakt met de geschikte oppervlaktebehandeling, bijvoorbeeld beits of houtolie. Vraag eventueel advies aan je leverancier of aan een vakman.

Onderhoud vlechtwerk tuinmeubels

Het natuurlijke materiaal rotan heeft inmiddels voor veel tuinmeubelen plaats gemaakt voor vlechtmateriaal van kunststof, ook wel Wicker genaamd.

  • Laat Wicker tuinmeubelen onafgedekt buiten staan. Dek ze niet af: in combinatie met vocht kunnen lelijke vlekken op het meubel ontstaan die moeilijk te verwijderen zijn.
  • Ook voor Wicker is het onderhoud redelijk eenvoudig. Je hebt nodig: een zachte borstel, groene zeep en een emmer met lauwwarm water
  • Maak een sopje van de groene zeep en het water en borstel zo het vuil van je tuinmeubels af. Je kunt ook een sopje maken van zelfgemaakte Sunsoda. Gebruik geen agressieve schoonmaakmiddelen. Deze kunnen het materiaal aantasten.
  • Gebruik ook voor Wicker geen hogedrukreiniger bij het schoonmaken. De waterdruk is te hoog voor dit materiaal en kan beschadigingen veroorzaken.
Beeld: Georg Eiermann via Unsplash.

 

Lekker winters recept met spruitjes

Eet jij graag spruitjes? Deze groente moet het doen met een slechte reputatie door het ‘vieze smaakje’. Geen wonder dat ze steeds minder verbouwd worden in ons land, en dat de opbrengst toenemend naar het buitenland verdwijnt. Maar als ze goed zijn klaargemaakt, zijn spruitjes hartstikke lekker! En ook nog eens ontzettend gezond.

Gezonde groente

Spruitjes zijn bijzonder rijk aan vitamine C en aan vitamines uit de B-groep, bevatten ze (voor een groente) behoorlijk veel eiwitten en vormen ze een goede bron van vezels. Verder zijn deze vitaminebommetjes goedkoop, wat in deze financieel uitdagende tijd een pluspunt is. En dan zijn ze ook nog eens milieu- en klimaatvriendelijk: ze groeien immers in de volle grond en kunnen de hele winter door geoogst worden!

Tip: wil jij alles leren over een gezond eetpatroon, en aan de slag om dit in jouw leven in te bouwen? Kijk dan eens naar de workshop Gezond eten: ja lekker!

Goed klaarmaken

Al met al zou het meer spruitjestijd moeten zijn dan ooit. Maar die vieze smaak en dat muffe luchtje dan? Wat dat ‘vies’ betreft past hier maar één antwoord: goed klaargemaakt zijn spruitjes juist hartstikke lekker! En die spruitjeslucht is al heel wat minder als je ze in de oven gaart.

Daarom een lekker snel ovengerecht met deze kleine groene kooltjes: spruitjes met rode ui en champignons uit de oven. Qua klimaatimpact scoort dat laatste ingrediënt helaas wat minder fraai (komt vooral doordat ze doorgaans worden geteeld op potgrond). Maar als je deze combi serveert bij een vegetarische maaltijd, compenseer je daar al weer goed voor. Het past bijvoorbeeld prima bij deze vegetarische risotto. Houd je niet van paddenstoelen? Met paprika’s is deze ovenschotel ook heel lekker .

Spruitjes met paddenstoelen uit de oven

Zo bereid je spruitjes met paddenstoelen in de oven:

  • Schuif een flink bakblik (niet ingevet) in de oven en warm de oven voor op 220 graden.
  • Neem per persoon ca. 100 gram spruitjes. Verwijder lelijke blaadjes, snijd de steeltjes eventueel bij, was ze en halveer ze.
  • Neem per persoon een rode ui en snijd die in halve maantjes.
  • Neem per persoon 100 gram champignons. Veeg ze schoon (of was ze kort) en snijd ze in kwarten.
  • Doe alle gesneden groenten bij elkaar in een kom, strooi er wat zout, peper of chiliflakes en tijm (vers of gedroogd) over, sprenkel er wat olijfolie over en hussel goed tot alle ingrediënten bedekt zijn met een dun laagje olie.
  • Spreid de groenten uit op het voorverwarmde bakblik en laat ze ca. 15 à 20 minuten garen op 200 graden. De spruitjes mogen lekker bruin kleuren (maar laat ze niet verbranden). 
  • Maak het bakblik niet te vol; als je voor meer dan drie mensen kookt, kun je de groenten beter in porties roosteren (houd de eerste lading dan warm in een met aluminiumfolie afgedekte schaal).

Workshop gezond eten

Dit recept verscheen eerder op de website van Genoeg-redacteur Anne Pek. Wist je dat je bij Anne ook een interessante workshop kunt volgen over gezond eten? Je leert er onder andere wat een gezond voedingspatroon inhoudt en je gaat onderzoeken hoe je dit in jouw leven kunt inbouwen.

Afbeelding boven bericht: via pexels.com. Foto bij bericht: Anne Pek.

Top 5 leukste vegan steden in Nederland

Eet jij het liefst helemaal vegan? Vegan eten is tegenwoordig op veel plekken te vinden en ook nog eens ontzettend lekker. Toch is het bij restaurants nog lang niet altijd vanzelfsprekend dat er ook een vegan optie op het menu staat. En zeker als je in een andere stad rondloopt, is het toch handig om te weten waar je het lekkerste veganistische maaltje kunt scoren. Daarom hebben we de top 5 leukste vegan steden op een rij gezet. En wil jij dubbel duurzaam bezig zijn? Dan ga je natuurlijk met het ov naar deze leuke steden toe!

1. Groningen

De mooie studentenstad Groningen heeft inmiddels een flink vega(n) aanbod, met meer dan 100 vegan-vriendelijke restaurants. Vegans en vegetariërs kunnen in Groningen dus genieten van het culinaire lekkers dat deze stad te bieden heeft. Bovendien is het een mooie stad om doorheen te wandelen, met een compact centrum, de Grote Markt en de bijzondere Martinitoren. En houd jij van leuke tweedehands of vintage winkeltjes? Ook daar heeft Groningen er veel van!

2. Leiden

Ga jij binnenkort naar Leiden? Dit is de Stad van Ontdekkingen én heeft altijd goed gescoord op vega(n) mogelijkheden. Kortom: een goede keuze! Je vindt er niet alleen mooie musea, gezellige hofjes en een mooi Singelpark om doorheen te wandelen. Ook wat betreft lekker en vega(n) eten zit je hier goed, met vegan opties voor lekkers bij de koffie, lunch, een leuk kattencafé en zelfs heerlijke streetfood.

3. Maastricht    

Nog zo’n mooie en gezellige Nederlandse stad: Maastricht! Doordat deze stad iets verderweg ligt – voor de meesten van ons – lijkt het na een bezoekje net alsof je even op vakantie bent geweest. En deze compacte stad aan de Maas heeft ook veel te bieden als je graag vegan of vegetarisch eet! Maastricht heeft opties van trendy vegan eetcafés tot traditionele restaurants die smaakvolle plantaardige gerechten serveren. En houd jij van een beetje wandelen en cultuur opsnuiven? Je kunt de oude stadsmuur van Maastricht met bijbehorende torens beklimmen, met mooi uitzicht over de stad en het park.

4. Amsterdam  

Je vermoedt het misschien al: Amsterdam hoort eigenlijk op plek één in deze lijst. Maar we willen niet in clichés vervallen, want staat deze prachtige stad niet altijd op die plek? Gelukkig is het wel meer dan terecht! In Amsterdam vind je alles, van het drukke centrum met voor ieder wat wils, tot meer rustige buitenwijken, singels, grachten en een mooi park. Ook wat betreft eten wint Amsterdam met het indrukwekkende vega(n) aanbod van 68 vegan en 57 vega-restaurants. Zo heb je tijdens je bezoekje aan onze hoofdstad meer dan genoeg keuze aan lekker, plant-based eten.

5. Nijmegen

Historische stad Nijmegen doet ook mee met hip en trendy, en dus ook met de vegan trend. Dat is dan ook te merken aan de restaurants in de stad. Gelukkig maar! Want ook in deze stad is het mooi wandelen en heerlijk rondkijken bij vintage en tweedehands winkels. Vanaf het station loop je zo het centrum in. En krijg je onderweg trek? Dan geniet je in één van de restaurants en tentjes met volledig of deels vega(n) aanbod. Wie het eerst bij de trein is!

Afbeeldingen via pexels.

Huishoudboekje: Zo red ik het tot mijn pensioen

Toen Liesbeth (56) haar baan verloor, wist ze meteen dat ze nooit meer haar oude inkomen zou verdienen. Maar gaandeweg merkte ze dat ze ook kon rondkomen van de helft.

Geen baan meer, wat nu

‘Vijf jaar geleden werd ik weggereorganiseerd bij een grote uitgeverij. Gelukkig had ik het zien aankomen, het ging er al een tijd slecht. We waren dus al zuiniger gaan leven en extra gaan aflossen op de hypotheek, waardoor onze vaste lasten laag waren toen ik mijn ontslag kreeg. Bovendien kreeg ik als 50-plusser een mooi bedrag mee, dus er was niet meteen reden voor financiële paniek. Maar ik wist wel dat het op mijn leeftijd moeilijk zou worden weer een vaste baan te vinden. En ook dat een bestaan als freelancer me niet trok: de tarieven in de uitgeefwereld zijn beroerd. 

Leven met een uitkering

In de periode dat ik een uitkering had, ging ik daarom stevig door met bezuinigen – meer dan op dat moment eigenlijk nodig was. Zo bouwde ik niet alleen een mooie buffer op, maar kon ik ook onderzoeken welk inkomen ik minimaal moest verdienen om nog een beetje op mijn manier te kunnen leven. Ik wist al dat ik een aantal dingen best kon missen – drie keer per jaar op vakantie, dure kleren… Een auto hadden we nooit gehad en ik hoefde ook nooit de nieuwste gadgets. Onze dochter van twintig wil die wel, maar daar mocht ze dan zelf voor werken. Voor haar studie hadden we gelukkig al een mooi spaarpotje.

Er waren ook dingen waarvan ik wist: die wil ik me wél kunnen blijven veroorloven. Zoals een krantenabonnement, biologisch vlees, geregeld naar de sauna en mijn maandelijkse etentje met vriendinnen. Uiteindelijk berekende ik dat ik van 1400 euro per maand ongeveer kon leven zoals ik dat wil.

Balanceren tussen passie en zekerheid

Vlak voor mijn uitkering afliep, vond ik een parttime functie in een zorginstelling. Het is geen vreselijk uitdagend werk en het salaris is laag, maar ik heb in ieder geval het gevoel dat ik zinnige dingen doe. Ik verdien nu maandelijks netto 1195 euro. Nog niet de helft van wat ik vroeger kreeg en ook nét iets minder dan ik zou willen, maar doordat het parttime is kan ik ernaast freelancen. 

Dat is een combinatie die voor mij goed werkt: nu ik verzekerd ben van een vast inkomen, kan ik het me veroorloven alleen de leuke opdrachten aan te nemen. Dat voelt goed. Zolang mijn man zijn baan houdt – wat helaas niet zeker is, want hij zit in de culturele sector en daar volgt ook de ene bezuiniging op de andere – redden we het wel tot ons pensioen.’

Tips om te besparen:

Heb jij ook minder geld te besteden of wil je bezuinigen? Liesbeth deelt een paar praktische tips om geld te besparen op eten en boodschappen:

  • Zoek een goede bewaarplaats voor fruit, aardappelen en uien. Vroeger bewaarde ik alles gewoon in onze open keuken, maar daar is het voor veel producten eigenlijk te warm. 
  • Koop peulvruchten niet in pot of blik, maar gedroogd – dat is veel goedkoper. Ik kook zo’n hele zak in één keer gaar, met knoflook, kruiden en zout in een snelkookpan, dan zijn ze ook nog eens veel lekkerder. Een deel verwerk ik direct in een minestrone of stoofschotel, de rest vries ik in.
  • Bewaar brood in een goed afgesloten doos in de koelkast. Sinds wij dat doen, gooien we veel minder beschimmelde sneetjes weg.
  • Ga niet met vastomlijnde menuplannen naar de supermarkt, maar kijk ter plekke wat in de aanbieding of afgeprijsd is. Ik koop bijvoorbeeld geregeld meerdere verpakkingen stooflappen of kippendijen die tegen de houdbaarheidsdatum aan zitten, en maak dan grote porties boeuf bourguignon of coq au vin. Op die manier heb ik altijd een lekker voorraadje in de vriezer, en de sjalotten en bleekselderij krijgen zo ook geen kans om te verleppen.

De naam Liesbeth is om privacyredenen gefingeerd.

Dit artikel geschreven door Anne Pek verscheen eerder in Genoeg 125.

afbeelding: Unsplash Christian Dubovan