Categorie: Praktische tips

52 weken duurzaam – ga voor green friday

Posted on by Heleen van der Sanden

Elke week een stapje groener: de initiatiefnemers van 52 weken duurzaam, die zichzelf ‘milieupositivo’s’ noemen, willen mensen stimuleren hun leven duurzamer te maken met een jaar lang elke week een nieuwe uitdaging. Makkelijk, vrolijk, vrijblijvend en gratis. ‘Word je er gelukkig van, dan hou je het vol. Zo niet, dan skip je het.’ Elk stapje helpt, aldus de positivo’s.

Ho, ho, ho, dit jaar krijg je een duurzaam cadeau

Zo luidt de uitdaging van deze week van 52 weken duurzaam: ‘Green is the new black. Op Green friday gaan we nadenken over hoe we het Sinterklaas- en Kerstfeest weer leuk én duurzaam kunnen maken. De Kerstman en Sinterklaas zijn er helemaal klaar mee. Deze twee oude wijzen zien dat ons consumeergedrag leidt tot steeds minder. Daarom gaan we deze week juist consuminderen! Om weer meer voldoening te krijgen.

We gaan voor Green Friday! De vrijdag deze week waarop we dit keer geen nieuwe spullen kopen. Je kunt eigen spullen een nieuw leven geven, tweedehands cadeautjes kopen, of ervaringen geven. Want wist je dat ervaringen veel gelukkiger maken dan spullen?’

Green-friday-tips van 52 weken duurzaam

Ontdek de leukste kringloopwinkels en andere tweedehandswinkels in Nederland en België: https://allekringloopwinkels.nl/

Tweedehands kleding: 
https://www.vinted.nl/

https://thenextcloset.com

Vind markten met tweedehands spullen bij jou in de buurt: https://www.meukisleuk.nl

Let op spullen in jouw buurt, gratis af te halen: https://www.gratisaftehalen.nl

Of zoek op facebook en marktplaats op: gratis af te halen

Meer duurzame kado tips:

https://zerowastenederland.nl/blog/cadeaus-hoe-doe-je-dat

Help mee om duurzame cadeau de normaalste – en meest wenselijke – zaak van de wereld te maken! https://www.presentpresent.nl

Tips voor het geven van duurzame kindercadeau’s: https://kiind.nl/tips-duurzame-cadeaus


Meedoen? Beginnen kan op elk moment op 52wekenduurzaam.nl.

Slim stekkeren en elektrisch rijden

Posted on by Genoeg redactie

Elektrisch rijden heeft de toekomst. Steeds meer grote automerken brengen nieuwe elektrische auto’s op de markt. Vanaf 2035 mogen er geen nieuwe auto’s op de markt gebracht worden die uitstoot produceren. Het wordt dus steeds interessanter om ook over te stappen op elektrisch rijden.

Maar: hoe zit het met de oplaadkosten? Niet alleen voor gebruik in en rond het huis hebben veel huishoudens te maken met hoge energiekosten, ook het opladen van een elektrische auto kan een flink beroep doen op je energierekening. Hoe ga je hier het beste mee om?

Stekkeren is het nieuwe normaal geworden.

Voordelig stekkeren

Een elektrische auto is op diverse manieren op te laden en het maakt daadwerkelijk verschil uit waar je de auto oplaadt. De voordeligste keuze is doorgaans thuis opladen (afhankelijk van je energieleverancier), maar soms kom je er niet omheen om je auto in de publieke ruimte op te laden.

Thuis opladen

Logisch dat thuis opladen de voorkeur heeft. Je bent immers vaak thuis en hebt dan verder geen omkijken naar het opladen. Ook het tijdsbestek waarin het opladen plaatsvindt is minder van belang – tot een bepaalde hoogte. Want kies je voor opladen vanuit een (aangepast) stopcontact thuis, dan kun je daar flink wat extra oplaadtijd bij optellen ten opzichte van een eigen laadpaal. Gemiddeld zal het opladen vanuit een stopcontact (met eigen groep) zo’n 12 uur in beslag nemen om de accu vol te laden, best lang dus. De meeste eigenaren van een elektrische auto laten dan ook een eigen laadpaal plaatsen, waarvan de kosten op zo’n 2000 euro uitkomen. Om een accu te laden heb je een speciale kabel nodig, namelijk een laadkabel type 2 , de meest voorkomende laadkabel in Europa.

Kosten reduceren met zonnepanelen

Zonnepanelen op je dak bieden een belangrijke reductie van de oplaadkosten, dus laat als het even kan zonnepanelen plaatsen. Tegenwoordig zijn zonnepanelen ook te huur, dus voor vrijwel iedereen toegankelijk.

Snel laden?

Wil je extra snel opladen, dan is er de snellaadpaal. Houd er echter wel rekening mee dat snel laden van de accu op termijn niet heel goed is voor een accu. De levensduur van accu’s kan verkort worden door snelladers. Voor de meeste accu’s geldt dat fluctueren tussen een 20% en 80% gevulde accu optimaal is. Dus niet tot 10% leegrijden, maar ook niet tot 100% opladen – iets wat je in de praktijk misschien wél liever doet, zeker wanneer je grotere afstanden moet afleggen. Toch is het iets om in gedachten te houden en toe te passen als er geen lange afstanden afgelegd hoeven te worden.

Elektrisch laden in de openbare ruimte

Bijna overal zijn tegenwoordig wel laadpalen te vinden; bij benzinestations, in parkeergarages, op grote parkeerterreinen van winkels. De tarieven willen nog wel eens verschillen. Waar je het goedkoopste laadt is zelfs afhankelijk per laadpaal en van welke laadpas-aanbieder je gebruikmaakt. Het is de moeite waard om dit op internet op te zoeken. Zo ontdek je vanzelf de voor jou voordeligste laadpalen buitenshuis. Tip: sla de goedkope locaties op in je routeplanner.

Zo voorkom je E-bike-waste

Posted on by Genoeg redactie

Dit jaar was het aandeel verkochte elektrische fietsen voor het eerst groter dan het aandeel fietsen zonder elektrische aandrijving, zo meldden RAI Vereniging en BOVAG onlangs. Op zich een gunstige ontwikkeling, want fietsen is gezond en als je de auto laat staan scheelt dat weer CO2-uitstoot. Maar hoe zit het verder met e-bikes en duurzaamheid?

Accu’s van een E-bike, duur of goedkoop, gaan gemiddeld vier tot vijf jaar mee. Dan ben je toe aan een nieuwe. Da afgedankte accu’s moeten dan gerecycled worden. Soms kun je ze laten reviseren. Tot zover het verhaal van de accu’s. Maar helaas wordt vaak de complete E-bike ook afgedankt na een jaar of vijf, in ruil voor een nieuwe E-bike ‘uit de aanbieding’. De oude E-bike belandt bij het oud ijzer, terwijl de levensduur van een goede fiets vele malen langer is dan 5 jaar.

Total loss

De reden dat veel elektrische fietsen zo snel worden afgedankt ligt deels in het design. Elektrische ondersteunings-systemen zijn vaak opgenomen in het rijwielgedeelte. Dat ziet er strak uit, dat wel. Maar de levensduur van de relatief kostbare elektronica in een E-bike de elektrische componenten veel korter dan het rijwielgedeelte.

Helaas ontwerpen veel fabrikanten niet voor de lange termijn, en zijn nieuwe motoren voor een bepaald type e-bikes na een paar jaar vaak niet meer leverbaar. En zelfs als een nieuwe motor nog wel een optie is blijkt een nieuwe E-bike ‘uit de aanbieding’ vaak goedkoper dan een update van de oude fiets met een nieuwe accu en een nieuwe motor. Gevolg: de fiets die met een nieuwe motor nog jaren bruikbaar zou zijn is economisch total-loss.

Een E-bike om door te geven

Wil je een werkelijk duurzame keuze maken voor de aanschaf van een E-bike, dan kun je het beste investeren in een modulair ontworpen elektrische fiets van goede kwaliteit.Het Nederlandse merk Santos heeft bijvoorbeeld een ruime keuze in dit soort fietsen. Kies je voor een Koga fiets, dan ben je ook verzekerd van een degelijke fiets van Nederlands fabricaat.

Ook voor E-bikes geldt: goedkoop is vaak duurkoop.

Modulaire elektrische systemen kunnen ook in een gewone fiets gebouwd worden. Modules zijn per onderdeel te repareren, te vervangen en te updaten, maar het grootste voordeel van een modulair systeem is dat de fiets altijd weer van zijn elektrische onderdelen ontdaan kan worden wanneer deze kapot, versleten of verouderd zijn. Je houdt dan weer een goede gewone fiets over, die niet vroegtijdig op de afvalberg belandt.

Uiteindelijk blijkt ook de keuze voor kwaliteit duurzamer en op de lange termijn voordeliger. De levensduur van een modulaire fiets van topkwaliteit strekt zich uit over meerdere decennia. Zo kan een kind straks met gemak naar de middelbare school fietsen op de ex-E-bike van opa of oma.

Meer weten? Handige tips, tricks en trends vindt je in de E-bike-special 2022 van De fietsersbond, vraag hem hier gratis aan.

Meer doen met minder: maak een fotoboek

Posted on by Genoeg redactie

Wat doe jij met alle foto’s die je maakt? Alleen opslaan? Dat kan ook anders: selecteer, want minder is meer. En maak dan eens je eigen fotoboek. Zo heb je meer plezier van je foto’s.

Maak een selectie

Het is even wennen, maar het kan: bekijk wekelijks de beelden die je in die periode hebt gemaakt. Daarvan maak je een selectie. Net als bij het opruimen van andere zaken kun je je afvragen: doet deze foto me iets? (check opruim-goeroe Marie Kondo). Sla je selectie op. De overige beelden kun je opslaan op een externe harde schijf, heb je de permanente cloud-opslag niet eens nodig. Dat scheelt ook weer energie en mogelijk kosten voor de opslag in de cloud. Echte die-hards verwijderen de overige beelden permanent.

Met de geselecteerde foto’s kun je vervolgens leuke dingen doen. Maak bijvoorbeeld eens vaker een fotoboek. Zo kun je ook een prachtig persoonlijk cadeau voor iemand maken.

Met de technologie van vandaag is het gemakkelijker dan óóit om een mooi fotoboek te maken. Alles wat je nodig hebt, is een goede kwaliteit printer, een portie creatieve energie en wat tijd. In één avond kun je een prachtig fotoboek maken dat een leven lang meegaat.

Kies je onderwerp

Bepaal het onderwerp waar je fotoboek over moet gaan: een reis, een familiebijeenkomst, of gewoon  je favoriete foto’s van het afgelopen jaar? Neem de tijd om door je verzameling te bladeren en beperk je keuzes tot ongeveer 50-75 van favorieten. Als je dat gedaan hebt, kun je gaan creëren.

Foto’s afdrukken of…

Je favoriete foto’s uitgezocht? Dan is het tijd om ze af te drukken. Als je een printer van goede kwaliteit hebt, kun je je foto’s thuis afdrukken. Anders kun je bij een professionele printer laten afdrukken. Daarna kun je ze ‘old style’ knus opplakken in een foto-album en ze desgewenst voorzien van handgeschreven bijschriften. Niets mis mee.

… een fotoboek laten drukken

Je kunt ook een online platform of software-programma kiezen om met je foto’s meteen een boek te ontwerpen, dat je vervolgens laat afdrukken. De kosten hiervan zijn vaak niet veel hoger dan het laten afdrukken van losse foto’s en de aanschaf van een fotoalbum. Er zijn online mogelijkheden, waarmee je gemakkelijk in enkele minuten een prachtig fotoboek kunt maken.

Je hoeft je niet te beperken tot een fotoboek: je kunt ook perfect een verjaardagskalender maken. Leuk om zelf te houden, maar natuurlijk ook om als cadeau weg te geven!

Online ontwerpen

Als je je platform gekozen hebt, kun je meteen beginnen met ontwerpen. Kies een lay-out voor elke pagina van je boek. Voeg dan je foto’s toe en de tekst die je er eventueel bij wilt hebben. Dat kunnen ook citaten of wat leuke quotes zijn die een speciale betekenis voor je hebben. Je kunt ook een kort bijschrift bij elke foto schrijven om wat context te geven of er een echt verhaal van te maken. Als je tevreden bent over je ontwerp, plaats je je bestelling en wacht je tot je zelfgemaakte fotoboek op de deurmat ploft. Zo heb je in weinig tijd een prachtig aandenken gemaakt dat een leven lang meegaat. Veel plezier bij het maken!

Beeld: Albuu Design on Unsplash

Groen begraven

Posted on by Genoeg redactie

We hebben er in Genoeg magazine al vaker aandacht aan besteed: duurzaamheid rond de uitvaart. Er valt gelukkig steeds meer te kiezen als je een duurzaam laatste afscheid op je bucketlijst hebt staan. Een van die keuzen die je in elk geval moet maken is de grafkist. We zetten de duurzame opties voor je op een rijtje.

Ook een traditionele kist moet altijd aan milieueisen voldoen. Hij mag bijvoorbeeld geen kunststof bevatten. Maar het kan qua duurzaamheid altijd beter, want bij het maken van een gangbare kist wordt meestal behoorlijk wat lak en lijm gebruikt. Voor het hout moeten bovendien bomen gekapt worden. Er zijn inmiddels redelijk wat groene alternatieven. Er valt heel wat te kiezen. We geven je een aantal voorbeelden.

Biologisch afbreekbaar

Er zijn ook grafkisten verkrijgbaar die volledig biologisch afbreekbaar zijn. Bijvoorbeeld de ‘Loop Living Cocoon’.
Deze grafkist is gemaakt van mycelium en zet – eenmaal in de aarde geplaatst – organisch materiaal om in waardevolle voedingsstoffen voor nieuwe natuur. We schreven eerder al een artikel over deze bijzondere ‘levende’ doodskist in Genoeg 129.

De Beuk is een grafkist van onbehandeld hout uit bossen van Staatsbosbeheer. Voor elke kist wordt een nieuwe jonge boom aangeplant en gaat er 50 euro naar Staatsbosbeheer. De bekleding is van ongebleekte katoen.

Duurzame uitvaartkisten worden meestal vergoed uit het vrij te besteden bedrag van de uitvaart verzekering. Het is aan te raden de voor- en nadelen van een uitvaartverzekering goed op een rijtje te zetten: wil je dat alles goed geregeld is en wil je daarvoor maandelijks een vast bedrag reserveren, dan kan een uitvaartverzekering een goede keuze zijn. Heb je voldoende geld op de bank om een uitvaart van je keuze mee te kunnen financieren, dan is een verzekering wellicht niet nodig vanwege de financiële zekerheid, maar zorg dan wel dat je nabestaanden weten wat je wensen zijn voor je uitvaart en welk bedrag je daarvoor hebt gereserveerd.

Kartonnen doos

Eenvoudig en goedkoop is een uitvaartkist van golfkarton. Een kartonnen ‘dooskist’ is er vanaf 350 euro. Voordeel van een kartonnen kist is dat je die heel mooi kunt beschilderen, het materiaal leent zich daar heel goed voor. Voor jonge) kinderen kan het een mooie manier zijn om actief bezig te zijn rond het afscheid van een (groot)ouder, om zo het verlies beter te kunnen verwerken.

Zelfmaakkist

Een unieke grafkist kun je ook zelf maken. Je kunt dan bijvoorbeeld kiezen voor hergebruik van hout en dat onbehandeld laten, dat is een duurzame keuze. Zelf een grafkist timmeren kan heel eenvoudig, zoals je hier kunt zien.

Je kunt van een zelfgemaakte grafkist ook een waar kunstwerk maken: Ruben Feenstra maakte een prachtige grafkist voor zijn moeder in de vorm van een boot. Zijn moeder wilde geen poespas maar stemde in met het plan voor deze bijzondere grafkist, op voorwaarde dat Ruben de werkbeschrijving en tekeningen beschikbaar zou maken voor iedereen. De werkbeschrijving en tekeningen deelt hij hier.

Zonder kist

Het is sinds 1991 toegestaan om iemand zonder kist te begraven. Wel moet het lichaam bedekt zijn. Kistloos begraven gebeurt vooral op natuurbegraafplaatsen. De overledene krijgt een lijkwade en wordt in een draagbaar van bijvoorbeeld wilgentenen of bamboe naar het graf gebracht.

Cremeren zonder kist is minder milieuvriendelijk dan begraven zonder kist, omdat er door het ontbreken van hout of ander brandbaar materiaal meer brandstof nodig is.