Verspilling door overprecisie in datums

Sommige levensmiddelen met een Tenminste Houdbaar-Tot-datum specificeren onnodig een jaar, maand én dag: overprecisie die tot verspilling leidt.

Auteur: Martin van der Gaag in Genoeg Herfst 2023.

Verschil TGT en THT

Houdbaarheidsdatums zorgen voor allerlei verwarring. Niet iedereen weet bijvoorbeeld het verschil tussen de Te Gebruiken Tot-datum (TGT, op risicovol bedervende artikelen uit de koeling, negeren hiervan is risicovol) en de Tenminste Houdbaar Tot-datum (THT, liberale omgang hiermee is ongevaarlijk, zie Genoeg 110). Veel mensen lezen daardoor álle houdbaarheidsdata als “hierna weggooien”, wat veel onnodige verspilling op van bruikbare, ongevaarlijke producten met THT oplevert. Wat niet meehelpt is de soms overdreven precieze datumvermelding.

Dit moet vermeld worden

Volgens het ‘Handboek etikettering van levensmiddelen’ (NVWA) hoeven alleen dag en maand vermeld te worden op een product dat korter dan 3 maanden houdbaar is; het jaar mag vermeld. Op tussen de 3 tot 18 maanden houdbare producten hoeven alleen maand en jaar vermeld, en op langer dan 18 maanden houdbare producten hoeft zelfs alleen het jaar vermeld te worden. De reden is hoogstwaarschijnlijk: verspilling voorkomen.

Pot appelmoes

De afgebeelde pot appelmoes heeft bijvoorbeeld terecht een THT van ‘2018’. Mits ongeopend zal appelmoes ook veel langer dan 18 maanden na productie en ver na 2018 veilig eetbaar zijn. Stel de pot is gevuld op 10/6/2016 en de fabrikant garandeert de kwaliteit voor 2 jaar. Een houdbaarheidsdatum van ‘10/6/2018’ of ‘6/2018’ kan dan suggereren dat de eetbaarheid op een bepaalde dag of maand aankomt, waardoor menigeen op 11 juni respectievelijk 1 juli 2018 denkt: weggooien. Door alleen ‘2018’ te vermelden gebeurt hetzelfde pas op 1 januari 2019, terwijl de daadwerkelijke kwaliteitsachteruitgang van de appelmoes tussen 1 juli en 31 december 2018 maar weinig mensen opvalt. Een minder precieze datum leidt dus tot minder snel weggooien.

Overprecisie

Er zijn echter flink wat lang houdbare levensmiddelen waarop vrij preciese datumaanduidingen met dag, maand én jaar worden geprint. Dit etiket van een blik lychees maakt het wel erg bont: de kwaliteit veranderde niet ineens van 31/12/2007 op 1/1/2008 – terwijl die datumprecisie dat wel suggereert. Bovendien is de datum hier niet met een kloknauwkeurige matrixprinter opgebracht, maar vast in het etiketontwerp opgenomen. Die etiketten worden in enorme voorraden vooraf gedrukt, en naarmate de lychee-inbliktijd verstrijkt zou de houdbaarheid van nieuwe blikken bij die gelijkblijvende etiketdatum dus feitelijk steeds korter worden. Dat is natuurlijk onzin.

Iets andere verwarring ontstaat bij producten waarop wel een gedetailleerde datumcode staat, maar die geen houdbaarheidsdatum is (zoals op het hier afgebeelde schoonmaakmiddel “15:11 10/9/2020”). Het gaat dan om de productie- of verpakkingsdatum, om productiefouten achteraf te kunnen identificeren. Die is bij aankoop natuurlijk per definitie ‘overschreden’, want voorbij. Als het etiket niets zegt over productbederf of verval – wat bij levensmiddelen zelden voorkomt – dan is het een productiedatum, die je kunt negeren.

Ook een foto of vraag? Stuur hem door!

Vragen over en foto’s van (veel te precieze) data zijn welkom via overdedatum@genoeg.nl. Op verzoek geeft de auteur een presentatie over houdbaarheid en bederf bij jou in de buurt.

Afbeelding boven artikel: Pexels

Over de datum: vlees

Dat vlees bederfelijk is, is algemeen bekend. Maar wanneer wordt het eten ervan gevaarlijk?

Klaar voor consumptie

Rauw vlees dat je bij de slager of in de supermarkt koopt, is bijna nooit afkomstig van een dier dat zojuist is geslacht. De meeste soorten vlees moeten eerst een tijd rijpen – besterven – voordat het mals is.

Als vlees eenmaal geschikt is voor consumptie, doet de geur vaak een beetje denken aan roomboter. Bewaar je het te lang of niet koel, dat gaat het zuur ruiken, naar camembert of rotte eieren. Het is dan niet meer aantrekkelijk en ook niet veilig om te eten. Mochten deze vieze luchtjes nog subtiel zijn en aan je aandacht ontsnappen, dan merk je het gelukkig vrijwel meteen zodra je het vlees gaat verhitten: dat stinkt verschrikkelijk.

Bedorven vlees

Is vlees gekookt of gezouten, dan verloopt het bederf anders. Gekookt vlees zonder zout kan heel gevaarlijk bederven door bacteriën zonder dat er vieze luchtjes te ruiken zijn. Boven een zoutgehalte van 1 procent merk je dat bederf veel beter, aan vieze smaak, een groenige uitslag of slijmerigheid: je moet het dan weggooien.

Bacteriën

Dat vleeswaren zelden een gevaar opleveren voor de volksgezondheid, komt dan ook doordat hierin behoorlijk wat zout of nitriet verwerkt wordt. Vlees dat echt wemelt van de bederfbacteriën zorgt in de praktijk zelden voor gezondheidsproblemen. Voedselinfecties door vlees worden meestal veroorzaakt door gevaarlijke bacteriën die in kleinere aantallen aanwezig zijn en daardoor onopgemerkt blijven. En dat geldt dan nog alleen voor rauwe of onvoldoende verhitte vleesproducten zoals filet americain of niet goed doorbakken tartaar, want bacteriën gaan dood bij verhitting. Ook ‘kruisbesmetting’ kan een probleem zijn: keukengerei gebruikt voor rauw vlees kan bacteriën overbrengen op andere voedingsmiddelen. Snijd rauw vlees daarom met aparte messen op een apart plankje

Koel bewaren

Om de kans op een voedselinfectie zo klein mogelijk te maken, moet vlees zo veel mogelijk koel blijven. Neem op een warme dag eventueel een koeltas mee bij het boodschappen doen en doe het vlees meteen bij thuiskomst in de koelkast (maximaal 7 graden, maar liever 4 graden). Snel invriezen kan ook. Vers bevroren vlees wordt niet gevaarlijk, maar de structuur wordt wel slechter. Bij de bereiding is het belangrijk om vlees door en door te verhitten. Vlees uit één stuk van rund of varken, zoals biefstuk, mag van binnen nog rosé zijn, omdat de meeste bacteriën aan de buitenkant van het vlees zitten. Gemalen vlees zoals gehakt moet echter altijd goed doorbakken zijn. Doe restjes bereid vlees, na afkoeling, meteen in de koelkast en eet ze binnen enkele dagen op.

Toch bedorven vlees in huis? Als je sportvisser bent, goed tegen stank kunt en een hekel hebt aan je buren, zou je kunnen overwegen om zelf maden te gaan kweken. Andere toepassingen zijn ons niet bekend, maar we staan open voor suggesties.

Dit artikel van Martin van der Gaag verscheen eerder in Genoeg Magazine #99. Vragen en suggesties zijn welkom via overdedatum@genoeg.nl.

Afbeelding bij bericht: Valeria Boltneva via pexels.

Over de datum: fruit

Gevaarlijk fruitbederf is goed te zien en te ruiken. Vooral verstandig bewaren is belangrijk. Houd appels, peren, bananen en perziken uit de buurt van ander fruit. Ze versnellen de rijping ervan.

Door: Martin van der Gaag

Soorten fruit

Vers fruit is een lekker en gezond tussendoortje. Het bevat veel water en dus weinig energie, maar ons lichaam haalt er makkelijk wat suikers en vitaminen uit. Fruit koop je vers, gedroogd, geconfijt, als jam (zie Genoeg 94), in blik (Genoeg 91) of in potten. Hier bespreken we vers fruit. Tomaten, courgettes, aubergines en peulvruchten zijn botanisch gezien ook fruit, maar noemen we groenten. Het bederf verloopt bij allemaal hetzelfde: hoe steviger de vrucht en hoe dikker de schil, hoe minder snel het fruit bederft.

Te gebruiken tot

Voorgesneden fruitstukjes hebben een Te Gebruiken Tot (TGT)-datum op de verpakking. Mits gekoeld bewaard (4-7°C) zijn ze tot dan veilig. Op die nattige stukjes kunnen veel bacteriën groeien – en ze kunnen gevaarlijk bederven. Eet ze niet na de TGT en gebruik ze liever meteen na aankoop. Op ongesneden fruit hoeft geen houdbaarheidsaanduiding te staan. Je kunt gevaarlijk bederf daarvan namelijk goed herkennen. Vers fruit geurt weinig of aangenaam zoet. Rotting, schimmel of vieze geur betekenen allemaal: niet opeten.

Rottende fruitdelen zitten vol bacteriën en moet je weggooien. Uit hard fruit zoals appels of peren kun je die veilig wegsnijden. Rotte plekken voorkom je door fruit droog te bewaren én voorzichtig te behandelen. Door stoten kan fruit kneuzen, en de (wegsnijdbare) beurse plekken gaan sneller rotten. Beschimmeld fruit is foute boel: weggooien. Schimmels groeien snel door de hele vrucht, dus alleen de plek met zichtbaar schimmelpluis ruim wegsnijden, helpt niet. Rotting en schimmel steken bovendien ander fruit aan, dus verwijder het tijdig.

Sommige harde fruitsoorten, zoals bananen en sinaasappels, kunnen alleen last hebben van lelijke plekjes op de schil en prima eetbaar zijn. Snijd minder mooi fruit dus eerst open, schil het eventueel en zoek naar verkleuring. Snijd dat weg. De rest is eetbaar. Klassiek is de bruin geworden banaan: hij oogt onsmakelijk, maar is niet ongezond en kan heel lekker zijn. Bijna alle fruit kan bovendien rimpelig uitdrogen, ook dat is gewoon eetbaar.

Fruitmand
Bananen kun je beter apart bewaren, ze versnellen de rijping van ander fruit. Foto: PhotoMIX Company via Pexels.

Hoe te bewaren

Alle fruit kun je (lang) invriezen. Zonder vriezer bewaar je het standaard koel, droog en donker, met tussenruimte en niet in plastic. Bijvoorbeeld in manden of kratten in een koele kelder of schuur. De koelkast hoeft niet altijd (appels, onrijp fruit), maar vooral zachte fruitsoorten zoals aardbeien, bessen, bramen en frambozen blijven (beschermd in papier) daarin wel veel langer houdbaar. Exotisch fruit (bananen, mango’s, ananas) gaat juist achteruit in de koelkast: bewaar dat op kamertemperatuur. Fruit mét kroontje of steeltje is bovendien langer houdbaar dan zonder. Appels, bananen, peren en perziken produceren ethyleengas, dat rijping bevordert. Leg hen dus uit de buurt van andere vruchten (en vazen met bloemen). Wil je dit fruit juist sneller laten rijpen, zoals groene bananen? Stop ze dan in een papieren zak, zo rijpen ze sneller.

Fruitrestjes zonder schimmel over? Die kunnen gepureerd met gist wijn worden. In de winter lusten merels graag fruitrestjes, in alle andere jaargetijden de kippen. Is het fruit te ver heen? Dan kan het naar de composthoop.

Dit artikel van Martin van der Gaag verscheen eerder in Genoeg Magazine. Een vraag of tip voor Over de datum? Stuur hem naar overdedatum@genoeg.nl.

Over de datum: kliekjes

Kliekjes hebben geen houdbaarheidsdatum. Veilig opeten kan door verstandig afdekken en koelen – vooral bij warm weer.

Wat zijn kliekjes

De Chinese afhaalmaaltijd die wat groot uitviel, de te ruim geschatte porties rijst of pasta of die iets te grote pan soep: het levert allemaal kliekjes op, en het is zonde die weg te gooien. De afgelopen jaren verschenen er flink wat ‘kliekjeskookboeken’ om alles op te leren maken in je keuken. Vreemd genoeg gaan die vaak niet over kliekjes maar over onbereide restjes ingrediënten. Maakt dat wat uit? Ja, want kliekjes vormen een veel grotere bron van voedselinfectie. Gevaarlijk voedselbederf ontstaat bijna altijd door micro-organismen – meestal bacteriën. Krijg je te veel van de verkeerde soort ineens binnen, dan word je ziek. Braken, diarree, misselijkheid, koorts en een algeheel ellendig gevoel zijn het gevolg: gastero-enteritis noemt je huisarts dat.

Bacteriën in kliekjes

Om zich tot een grote ziekmakende kolonie te kunnen ontwikkelen hebben bacteriën warmte, vocht en lucht nodig waar ze makkelijk bij kunnen. Veel levensmiddelen maken dat moeilijk door taaie celwanden (verse groenten), een schil (vers fruit) of een blikje, deksel, pot of plastic verpakking (alle andere levensmiddelen). Zonder die bescherming kan bederf veel sneller gaan. Door snijden, snipperen en raspen maak je cellen kapot en het voedseloppervlak groter, waardoor er nog meer plaats komt voor bacteriën.

Bewaren en bereiden van kliekjes

Door het eten te koken dood je die micro-organismen. Maar tijdens en na de maaltijd landen er nieuwe bacteriën uit de omgeving – de lucht, je handen, bestek, je neus, speeksel – in het gekookte, dus ook voor micro-organismen makkelijk verteerbare eten. Laat je kliekjes onbedekt staan, dan kunnen ze daarin makkelijker hun gang gaan dan in ongekookte restjes. Kamertemperatuur vinden bacteriën heerlijk, buitentemperaturen ’s zomers nog lekkerder. Daarom zijn barbecue-resten zo berucht.

Dek daarom na de maaltijd kliekjes af, zet ze uit de zon en liefst binnen het uur in koelkast of vriezer. Koel kliekjes warmer dan kamertemperatuur eerst in een gootsteen met koud water. Anders moet je koelkast of vriezer te snel ineens koelen. Dat kost heel veel energie en laat de temperatuur tijdelijk stijgen. Koelkastkliekjes maak je liefst binnen twee dagen op; voor vriezerkliekjes maakt de bewaarduur minder uit (zie Genoeg 104). Verhit je kliekje door en door zodat je bacteriën doodt en liever niet vaker dan één keer – iedere volgende keer komen er bacteriën bij, terwijl het vitaminegehalte vermindert.

Naar de varkens

Een vers genoeg kliekje kan bijna altijd in een hartige taart, soep of paté. Anders zijn de varkens er blij mee. De kippen niet. Heb je geen varkens in de buurt, dan lijkt de biobak het beste. Er zelf compost van maken is een minder goed idee, omdat kliekjes ratten kunnen aantrekken.

Dit artikel van Martin van der Gaag verscheen eerder in Genoeg Magazine #105. Vragen en suggesties zijn welkom via overdedatum@genoeg.nl.

Afbeelding bij bericht: FOX via pexels.

Over de datum: koffie

Een vers kopje koffie is maar even lekker. Bonen en gemalen koffie blijft stukken langer goed. Vacuüm verpakt of niet: dat maakt nog veel uit. Kortom: wanneer is koffie over de datum?

Verse koffie

Op het bederf van een kopje koffie kun je letterlijk wachten. Meestal hoeft dat niet en is het brouwsel je voor. Een kwartier na het zetten wordt het al beduidend minder lekker: de geurige aroma’s verdampen. De oliën cafestol en kahweol die in koffie zitten, reageren bij hoge temperatuur met lucht tot zurig smakende stoffen.

Door vers gezette koffie te blijven verhitten op een warmhoudplaatje dampt hij in, wat de smaak geconcentreerder maakt. Door warm houden kunnen de suikers in koffie bovendien verbranden, en ontstaat een sterke smaak die lijkt op Buisman-poeder (gebrande suiker). Het bordje ‘De koffie is klaar’ in de horeca is dus geen aanbeveling. Tenzij men serveert uit een thermoskan – dat is een minder kwalijke manier van warmhouden dan een plaatje, maar ook een kan komt de smaak niet ten goede.

Hoe zit het met koffiebonen?

Op verpakte koffie staat een Tenminste Houdbaar Tot-datum (THT). Dat betekent dat na die datum de kwaliteit langzaam zal afnemen, maar bederf ongevaarlijk is. Omdat koffie een tamelijk zuur, droog product is, vinden mogelijk ziekmakende micro-organismen er weinig aan. Koffiebederf gebeurt dan ook vooral door geurverlies. Hoe snel dat gaat, is afhankelijk van de verpakking en de maling.

Als er geen lucht bij kan komen, kunnen de geurstoffen niet ontsnappen. Met zuurstof reageren kan ook niet, waardoor de koffie-oliën niet ranzig worden. Daarom staat gemalen koffie vacuüm verpakt in de winkel. De kwaliteit gaat achteruit zodra je de verpakking opent. Gesloten blikken koffie bederven overigens minder snel dan pakken koffie.

Gemalen koffie

Naarmate koffie fijner gemalen is, heeft die een groter oppervlak. Dan reageert hij makkelijker met zuurstof en kunnen lekkere aroma’s er sneller uit verdwijnen. Gemalen koffie verliest daarom sneller smaak dan hele bonen, en snelfiltermaling en fijn espressopoeder sneller dan grove oploskoffiekorrels.

Vacuüm verpakte, gemalen koffie is zeker een jaar na de THT nog bruikbaar, onverpakte bonen enkele maanden. Vaak nog veel langer, dus proef en probeer het vooral zelf: de bederfsnelheid van koffiemelanges kan sterk verschillen. Te oude koffie smaakt muf, maar is niet gevaarlijk. Tenzij het vochtig is geworden en schimmelt. Gooi het dan weg, want wat die schimmels maken is niet gezond.

Bewaren en alternatief gebruik

Bewaar koffie in een afgesloten bus die geen licht doorlaat en zet die koel weg: warmte zorgt altijd voor snellere achteruitgang. In de vriezer stoppen kan ook.

Is je koffie te oud? Koffiepoeder absorbeert vieze geuren in je koelkast en is net als koffiedik bruikbaar om vis- en knoflookluchtjes van je handen te krijgen. Koffiedik helpt vette handen schoonmaken voordat je ze wast met zeep. Het is ook prima bruikbaar in de tuin. Rozen, azalea’s, rododendrons en andere zuurminnende planten vinden koffiedik lekkere mest. En een mengsel van sinaasappelschillen en koffiedik schrikt poepende katten af.

Dit artikel van Martin van der Gaag verscheen eerder in Genoeg Magazine #106. Vragen en suggesties zijn welkom via overdedatum@genoeg.nl.

Afbeelding bij bericht: Jessica Lewis via pexels.