In de wereld van het hardlopen kan het zijn dat je jezelf letterlijk en figuurlijk voorbijloopt. Het moet steeds maar sneller, verder en meer. Een (halve) marathon rennen, waarom niet? Nou, omdat dat allemaal helemaal niet nodig is om gezond bezig te zijn. Dat kan namelijk ook heel goed met minder, korter en langzamer. Oftewel: met slow running!
Wat is slow running?
Zie jij weleens zo’n heel trage jogger, ook wel ‘sjogger’, en kun je een lach dan niet onderdrukken? Vanaf nu zal dat anders zijn. Slow running zou namelijk een stuk beter zijn voor zowel lichaam als geest. Het zal je misschien niet verbazen dat ook deze trend vanuit Japan is komen overwaaien. Inmiddels kun je op verschillende plekken in Nederland aan de slag met een ware slowrun coach, of je kunt natuurlijk zelf aan de slag. Het is misschien even schakelen. Want als je eenmaal aan hardlopen doet, lijkt streven naar meer, beter en sneller het algemene doel. Met slow running is dat verleden tijd!
Zo werkt het
Eigenlijk is het heel simpel: je rent op een manier die natuurlijk is voor jouw lichaam. Dat betekent dat je een stuk rustiger rent dan je normaal zou doen. Je laat alle doelen los en streeft niet meer naar verder, langer en sneller. Bij slow running neem je kleine stapjes en land je idealiter op de bal van je voet in plaats van de hiel, wat zorgt voor minder blessures. Je armen bewegen natuurlijk mee, je schouders zijn ontspannen en je lichaam en rug zijn rechtop. Dat gaat als het goed is vanzelf, je zakt namelijk niet steeds verder in door vermoeidheid. Je ademhaling is ook natuurlijk, je raakt als het goed is niet buiten adem. Klinkt allemaal best ideaal toch?
Video over de Japanse gewoonte ‘slow running’
De voordelen
En dan heeft deze manier van joggen ook nog eens veel voordelen ten opzichte van de snellere variant:
Het is een stuk minder uitputtend voor zowel lichaam als geest
Bij slow running leer je meer luisteren naar en afstemmen op je eigen lichaam
Er is geen prestatiedruk. En in een druk leven mag sporten best even gewoon ontspannen zijn, toch?
Zachtere landing: doordat je langzamer rent, kun je makkelijker op de bal van je voet landen. Dat zorgt voor een zachte landing en minder kans op blessures
Slow running is net zo goed voor je conditie, alleen bouw je dit iets langzamer op dan je misschien gewend bent
Ook met slow running profiteer je van een betere weerstand en voel je je fitter (zeker als je ook in de herfst en winter doorgaat!)
Gezellig kletsen tussendoor? Tijdens het hardlopen lukt dit vaak niet omdat je zo buiten adem bent. Bij slow running kun je als het goed is gewoon blijven kletsen.
Getest
Webredacteur Sanne probeerde het meteen uit: ‘Dat gaan we vaker doen! Het langzame rennen zorgde voor spierpijn op nieuwe plekken, zoals in de bal van de voet en kuiten. Dat in plaats van kleine pijntjes in bijvoorbeeld de knieën en schenen. Ook kun je inderdaad blijven kletsen en rustig om je heen kijken, in plaats van helemaal uitgeput te raken door het rennen. Al met al best prettig om te doen!’
Rustig aan met slow running of ‘sjoggen’. Ketut Subiyanto via Pexels
Trend: alles slow
Slow is een echte trend aan het worden. Zo heb je tegenwoordig onder andere slow living, slow travel, slow food, slow fashion en nu zelfs slow running. Waar komen al deze ‘slow’ trends vandaan en waarom is dit beter dan ‘fast’? Slow heeft uiteraard voordelen voor jezelf. Zo zou je hiervan bewuster en rustiger gaan leven en minder stress ervaren. Daarnaast speelt de impact van ons gedrag op onze omgeving ook een grote rol bij deze trend. Denk maar aan Slow Fashion: daarbij gaat het om minder kopen (of helemaal niet kopen), en áls je iets koopt dan doe je dat zo duurzaam en circulair mogelijk. Kortom: ‘slow’ oftewel langzaam en bewust zou beter zijn voor jezelf en voor onze planeet. Zullen we daar allemaal maar snel aan beginnen dan?
Ken je dat, dat je schoen bij elke stap die je zet een zacht piepje maakt? Heel vervelend, vooral in een stille omgeving zoals op kantoor of een wandeling in de natuur. Maar hoe komt het? En kun je er iets tegen doen? Het antwoord is: ja dat kan! Er zijn meerdere oorzaken voor piepende schoenen, we zetten ze hieronder op een rijtje. Gooi die piepende schoenen dus zeker niet weg!
Gepiep onder de zool
Een piepende zool hoeft niet meteen te betekenen dat je de laatste kilometers op je huidige paar schoenen wandelt. Als de zool van je schoen niet altijd piept, maar alleen als je op een specifieke ondergrond loopt, hoef je je geen zorgen te maken; het betekent dat de zool gemaakt is van hoge kwaliteit rubber! Het is nou eenmaal zo dat rubber in combinatie met sommige materialen, zoals bijvoorbeeld beton, een piepgeluid maakt. Daar kun je in de praktijk weinig aan doen, behalve misschien dit type ondergrond vermijden.
Gepiep in de zool
In sommige gevallen, voornamelijk als het schoenen met een dikke zool betreft, kan er lucht vast zitten tussen de binnen- en buitenzool. Dit kun je verhelpen door met een naald onder je zool te prikken, zodat de lucht eruit kan lopen. Daar moet je wel mee uitkijken, bijvoorbeeld als je zool uit veel verschillende materialen bestaat, of als er bijvoorbeeld luchtkamers of andere zachte materialen in de zool verwerkt zijn. Dan kan het een goed idee zijn om even naar de schoenmaker te gaan.
Gepiep aan de binnenkant van de schoen
Gepiep aan de binnenkant van de schoen kan ook veroorzaakt worden door vocht aan de binnenkant van je schoen. Bijvoorbeeld omdat er een beetje lucht of vocht onder de losse binnenzool zit. Het kan in dit geval helpen om je binnenzool er even uit te halen en een beetje talkpoeder aan de binnenkant van je schoen te strooien. Dit absorbeert het vocht en kan daarmee het piepende geluid verhelpen.
Gepiep aan de bovenkant van de schoen
Een van de meest voorkomende oorzaken van een piepende schoen is dat de tong van de schoen tegen het leer aan de binnenkant van het bovenwerk van je schoenen wrijft. Je kunt proberen om wat handcrème of vaseline tussen de tong en het stuk leer waar je vetergaten zitten te doen. Dit stopt de stugge wrijving en kan het piepen stoppen. Ook kan gepiep een teken zijn dat je schoenen niet helemaal goed zitten. Je schoenen (nog) beter inlopen kan vaak al helpen. Zijn je schoenen al ingelopen? Kijk dan of je het piepgeluid kan verhelpen door je veters wat beter aan te trekken, of je veters even helemaal opnieuw te rijgen.
De documentaire An Inconvenient Truth opende expat Floris (38) de ogen. Samen met zijn vrouw Wende (36) stapte hij uit de ratrace om eenvoudiger en milieuvriendelijker te gaan leven.
Minder verdienen met nuttiger werk
Floris: ‘Ik ben nu in opleiding tot docent en werk daar- naast nog drie dagen per week bij een groot Nederlands bedrijf. Mijn salaris is ongeveer de helft van wat ik verdiende toen ik voor datzelfde bedrijf als expat in Singapore zat, maar ik realiseer me dat het nog steeds heel hoog is. Ik verdien in die drie dagen meer dan ik als docent met vijf dagen werken zal verdienen. Dat is toch bizar? Ik heb soms het idee: hoe nuttiger het werk, hoe minder je ermee verdient. Maar het weerhoudt me er niet van om straks die switch naar het onderwijs te maken. Ik heb het gevoel dat ik als docent echt iets kan bijdragen. In het bedrijfsleven ben je toch vooral bezig met productiviteit verhogen en winst voor aandeelhouders genereren. Daar sta ik steeds minder achter. Ik heb bijna vier jaar in Singapore voor het bedrijf gewerkt en leefde daar een extreem rijk leven met veel reizen en dagelijks uit eten. Maar ik heb ook altijd bewust geld opzijgezet, want ik wist toen al: dit wil ik niet mijn hele leven doen.
Eye-opener in Dubai
‘Toen ik een relatie kreeg met Wende besloten we al snel dat we eventuele kinderen niet in Singapore wilden laten opgroeien. Alles draait daar om status, geld en consumeren, dat stond ons steeds meer tegen. Ook wilden we voor onze kinderen en onszelf geen expatleven, waarbij je steeds overgeplaatst kunt worden. We wilden ze een stabiel leven in Nederland geven. Voor we remigreerden zijn we op reis gegaan: naar Dubai, India, Nieuw-Zeeland en Australië, waar vrienden en familie van Wende wonen. Tijdens die reis ontdekten we hoe weinig we eigenlijk nodig hadden, en hoe heerlijk het was om alle tijd te hebben. Dat zette ons aan het denken over een eenvoudiger manier van leven.
‘Maar de echte eye-opener kwam in Dubai. Het tv-kanaal in ons hotel zond gek genoeg non-stop documentaires uit als An Inconvenient Truth van Al Gore. En die kwamen daar, in dat extreem rijke land waar niets natuurlijks is, enorm binnen. Ik zag ineens: onze hele economie drijft op fossiele brandstoffen en die zijn we in razend tempo aan het opgebruiken. Met enorme gevolgen voor de biodiversiteit, het klimaat en dus de leefbaarheid van de aarde. Dat is niet houdbaar. Terug in Nederland hebben we enorm veel spullen weggedaan, vooral elektronica: iPads, de televisie, het koffiezetapparaat. We zijn vegetarisch gaan eten en hebben ons huis optimaal laten isoleren.’
Stabiel leven, minder werken
Floris: ‘Met het geld dat ik in Singapore had gespaard, hebben we de hypotheek afbetaald van het appartement dat ik Nederland had aangehouden. Dat zijn we blijven verhuren. Hierdoor, en doordat we veel zuiniger leven, kon ik minder gaan werken om te studeren en kon Wende de eerste jaren veel thuis zijn bij de kinderen. In Singapore werkte zij als manager, hier is ze aan de slag gegaan als lerares. Daarnaast oriënteert ze zich nu op een baan in de kinderopvang. We willen allebei dat ons werk maatschappelijke waarde toevoegt. Dat we die keuzes kunnen maken, voelt heel rijk.’
Tips van het stel
Mijd reclame
‘Laat je niet verleiden, ban reclame zoveel mogelijk uit je leven. Geen televisie en geen sociale media helpt daarbij, maar ook een zoekmachine als DuckDuckGo en een browser als Firefox, die de hoogste barrières heeft voor cookies.’
Denk eerst na
‘Denk voor je iets koopt eerst goed na of je het wel echt nodig hebt. Is iets kapot? Kijk of het misschien nog gerepareerd kan worden. Moeten we toch iets kopen, dan kopen we tweedehands én degelijke spullen die lang meegaan.’
Zoek een gelijkwaardig alternatief
‘Geld besparen of een duurzamer leven leiden betekent dingen laten. We proberen daarbij altijd eerst een gelijkwaardig alternatief te vinden dat net zoveel vreugde geeft. Zo zijn we niet ineens vegetariër geworden, maar hebben we eerst lekkere gerechten zonder vlees gezocht. Op een gegeven moment aten we alleen deze gerechten nog – het zijn er een hoop! – en waren we vegetariër zonder ooit vlees te missen. Ook gaan we vaak picknicken in plaats van uit eten. Goedkoper en misschien nog wel leuker, zeker met kinderen.’
Dit Huishoudboekje komt uit Genoeg Magazine. De namen Floris en Wende zijn voor de online publicatie gefingeerd.
Emile (43) is na veel omzwervingen met zijn gezin in Nederland neergestreken. Hij verdient zijn geld met tekstschrijven en vertalen: ‘Twintig uur per week is genoeg voor onze levensstijl.’
Goedbetaalde klussen
‘Ik schrijf teksten voor de Nederlandse markt voor bedrijven uit de Verenigde Staten, Polen, Italië en Tsjechië. Daar ben ik een beetje ingerold, van oorsprong ben ik filosoof. Inmiddels heb ik een vaste klantenkring opgebouwd. Vaak willen die bedrijven een native speaker, dat is in mijn voordeel. En die klussen betalen goed. Ik hoef niet meer dan twintig uur per week te werken voor een inkomen waarvan we als gezin kunnen leven. Dat is fijn, want mijn vrouw is Koreaans en kan in Nederland niet zo makkelijk aan de slag.
Hoge huur
Toch is teksten schrijven niet mijn echte werk. Dat is gedichten, essays en boeken schrijven. Ik heb een eigen website en draag regelmatig in het land gedichten voor. Een poëziebundel, een kinderboek en een roman heb ik zelf uitgegeven. Doordat ik goed verdien en we uit principe niet veel geld uitgeven, kan ik dat zelf financieren. Onze huur is wel hoog voor een flat van 65 m2, ik wil ook niet scheefhuren. Maar we kunnen het makkelijk betalen. De flat heeft bovendien een voordeel. Ik zeg altijd: we hebben heel dikke spouw- muren waar mensen in zitten. Onze buren zijn onze isolatie.
Warmblijven met een dansje
Dat de gasprijs stijgt door de oorlog in Oekraïne is wel een punt. Afgelopen winter stond de thermostaat op 16,5 graden en zijn we gewoon voor de radiator gaan zitten. Mijn dochter van 9 vindt dat prima. Die danst hier regelmatig in de woonkamer een anti-Poetin-dansje. Het is ook een beetje hoe je ertegen aankijkt. Als je denkt: bah kou, dan wordt het ook naar. Maar je kunt je er ook op verheugen om onder een warme deken en met een beker warme chocolademelk fijn artikelen te schrijven.
Het huishoudboekje van Emile
Tweedehands
Ik koop verder vrijwel alles tweedehands. Dat is een beetje een dogma. Zo heb ik in allerlei kringloopwinkels gezocht naar een zeefje. Dat had ik helemaal niet zo nodig, maar het was wel leuk om te doen. Ook mijn laptop en mobiele telefoon zijn tweedehands. Als ik ze vinden kan, koop ik zelfs mijn onderbroeken bij de kringloop. Zolang ze maar een fris kleurtje hebben. Dingen die je bij de kringloop koopt, kun je ook weer terugbrengen of doorgeven. Verder zijn we enthousiaste couchsurfers en hebben ook hier regelmatig mensen te logeren. Die geef ik dan een warme trui mee. Mee-eters zijn bij ons ook altijd welkom.
Deeleconomie
Dat vind ik het mooie van deze levensstijl: je kunt gul zijn en mensen in je overvloed laten delen. Een deeleconomie zou wat mij betreft ideaal zijn. Jammer genoegen ontaarden initiatieven in die richting zo vaak in een commercieel verdienmodel. Neem Airbnb, dat heeft niets meer met delen te maken. Dat is gewoon uitbuiting extra ordinaire. Ik heb genoeg geld en veel vrijheid, dat is een privilege. Maar uiteindelijk zijn de saaie routineklussen een springplank om straks te kunnen leven van mijn creatieve schrijfwerk. Zover is het nog niet, met een oplage van honderd boeken die nog niet is verkocht. Nee hoor, dat frustreert me helemaal niet. Ik lijd niet onder een gebrek aan erkenning. Ik bleef honderd procent plezier aan het schrijven, dat is mijn beloning.’
Tips van Emile
Onbetaalde uren
Wil je als zelfstandige leven van geldklussen zodat je tijd overhoudt voor andere dingen? Houd er dan rekening mee dat je in eerste instantie extra onbetaalde uren maakt om te acquireren.
Energieslurpers
Wees kieskeurig en neem niet alles wat je krijgt aangeboden aan. Ik neem bijvoorbeeld nooit langdurige opdrachten aan. Die slurpen energie en dat gaat ten koste van mijn creativiteit.
Goedkoop treinen
Een auto is duur en in Nederland helemaal niet nodig. Met mijn tweedehands fiets van vier tientjes en een treinabonnement van 31 euro per maand kan ik overal komen waar ik wil. Zo reis ik naar poëziefestivals. Daarna ga ik lekker wandelen, dat is nog gezond ook.
Dit artikel van Miriam Notenboom verscheen eerder in Genoeg magazine (nummer 135). De naam Emile is voor het internet gefingeerd.
Stel je voor dat je je nooit meer druk hoeft te maken over geld voor basale dingen, omdat je elke maandvoldoende geld krijgt voorhuur, gas, water, licht en boodschap-pen. Zomaar, zonder daar iets voor te doen. Alle volwassen burgers krijgen dat geld van de overheid, ongeacht of je het huishouden doet, studeert of werkt, huurt of een huis bezit, arm bent of rijk. Gratis geld voor iedereen. Niet als gunst, maar als recht. Een onhaalbare en onbetaalbare utopie? Of een realistische oplossing voor armoede, ongelijkheid en de aankomende robotisering? In dit artikel uit Genoeg Magazine delen wij de stand van zaken in tien vragen en antwoorden!
Door: Eva Prins
1. Wat is een basisinkomen eigenlijk?
Al jaren is het basisinkomen een veelbesproken thema in Nederland en de rest van de wereld. In binnen- en buitenland ontvingen experimentele groepen al een basisinkomen. Zoals recent de onthulling van een geheim experiment in Nederland. Rutger Bregman schreef het boek ‘Gratis geld voor iedereen’ over dit onderwerp en werd zo een veelgevraagd spreker in binnen- en buitenland.
In de definitie die het meest gehanteerd wordt, onder meer door het internationale Basic Income Earth Network (BIEN) en de daarbij aangesloten Nederlandse Vereniging Basisinkomen (VBi), voldoet een onvoorwaardelijk basisinkomen in elk geval aan vier voorwaarden:
1. Het is universeel. Elke volwassene krijgt het.
2. Het is individueel. Elke volwassene krijgt evenveel, ongeacht of hij/zij alleen of samenwoont, een gezin heeft of niet.
3. Het is onvoorwaardelijk. Er zijn geen regels, geen verplichtingen en geen voorwaarden.
4. Het is genoeg om sober van te leven in de samenleving waar je deel van uitmaakt.
2. Wat zijn de voordelen?
Het basisinkomen is al een eeuwenoud idee, bedoeld als middel om armoede te bestrijden. Voor voorstanders is dit nog steeds een belangrijke reden, maar er zijn er meer, zoals een eerlijker verdeling van de welvaart. Ook zelfbeschikking, keuzevrijheid en eigen regie worden vaak genoemd. Anders dan bij een uitkering of studiebeurs is een basisinkomen immers onvoorwaardelijk: er zijn geen eisen, regels en controles aan verbonden. Iedereen krijgt het, en mag volledig zelf weten wat hij of zij ermee doet.
Meer waardering voor onbetaald werk
Volgens historicus Rutger Bregman, in Nederland de bekendste pleitbezorger van een basisinkomen, moeten we af van het dogma dat je moet werken voor je geld. Veel van het betaalde werk is overbodig terwijl we juist behoefte hebben aan werk dat nu onbetaald is, zoals het opvoeden van kinderen en zorgen voor onze ouders, stelt hij. Het basisinkomen is een instrument om al dit onbetaalde werk van bijvoorbeeld huisvrouwen, ouders, de meer dan vier miljoen mantelzorgers, en de naar schatting vijf miljoen vrijwilligers meer mogelijk te maken. En te waarderen en belonen.
Ter illustratie: Movisie, kennisinstituut voor sociale vraagstukken, schatte in 2017 dat betaling van al het vrijwilligerswerk per jaar 6 miljard euro zou kosten (uitgaande van 5 miljoen vrijwilligers die gemiddeld twee uur per week vrijwilligerswerk doen tegen een uurtarief van 11 euro).Volgens het rapport Werk & mantelzorg uit 2017 van Mezzo (de landelijke vereniging voor mantelzorgers, nu Mantelzorg.nl) bespaart de inzet van mantelzorgers jaarlijks 7 miljard euro aan zorgkosten. In 2040 is de behoefte aan mantelzorg verdubbeld, stelt het rapport.
Met een basisinkomen zal waardevol maar onbetaald ‘werk’ meer gewaardeerd worden. Foto: Andrea Piacquadio via Pexels.
Afname ongelijkheid
Bovendien, stelt Bregman: de stelling ‘u zult werken voor uw geld’ is voor een groep mensen, de happy few, al nauwelijks meer waar. ‘Of je in Amsterdam een huis kunt kopen, hangt niet af of je werkt of hoeveel je verdient, maar of je ouders rijk genoeg zijn om je een ton te lenen of te geven’, zei hij in een aflevering van televisieprogramma Tegenlicht. Oftewel: je vermogen wordt een steeds bepalender factor voor rijkdom dan je salaris.
En de waarde van vermogen – denk aan aandelen, onroerend goed, erfenissen – groeit harder dan dat de lonen stijgen. Zonder dat daar arbeid tegenover staat: wie rijk is, wordt vaak slapend rijker. Het gevolg hiervan is een groeiende kloof tussen een kleine groep have’s en een groeiende groep have-nots, onder wie steeds meer mensen met een of meerdere banen waarvan ze niet of nauwelijks rond kunnen komen. Een basisinkomen zou die (groeiende) ongelijkheid enigszins terugdringen.
Lagere gezondheidskosten
De Vereniging Basisinkomen verwacht nog veel meer heil van het basisinkomen. Zo zou het leiden tot minder stress en daardoor een betere gezondheid. De kosten voor gezondheidszorg zouden dus afnemen. Ook Bregman dicht het basisinkomen veel positieve effecten toe. ‘Wereldwijd zijn er al experimenten gehouden en iedere keer opnieuw bleek dat het basisinkomen zorgde voor minder ongelijkheid, minder armoede, minder kindersterfte, lagere gezondheidskosten, minder criminaliteit, betere schoolresultaten en zelfs economische groei’, zei hij in een TedTalk in Maastricht in 2014.
3. Zijn al die positieve effecten ook bewezen?
Bregman haalt in zijn boek Gratis geld voor iedereen een lange lijst experimenten en onderzoeken aan. Veel van de voorbeelden komen uit arme landen, het uitdelen van ‘gratis geld’ werd (en wordt!) er ingezet voor armoedebestrijding. Het geld werd goed besteed, wees een analyse van talloze projecten door de universiteit van Manchester uit. De armoede nam af, en op de lange termijn namen inkomen, gezondheid en belastingopbrengsten toe. Er werd niet minder door gewerkt en de programma’s waren goedkoper en effectiever dan traditionele vormen van ontwikkelingshulp.
Succesvol was ook het veel aangehaalde experiment in het Canadese Dauphin in de jaren zeventig. waar duizend arme gezinnen vier jaar lang een basisinkomen kregen van (omgerekend naar 2014) zo’n 19.000 dollar per jaar. Dit mincome leidde onder andere tot betere schoolprestaties, lagere geboortecijfers, minder ziekenhuisbezoek (een daling van 8,5 procent), minder huiselijk geweld en minder psychische problemen. Stoppen met werken deed vrijwel niemand, of hooguit tijdelijk.
Dit vinden tegentanders
Volgens critici zeggen de uitkomsten van dit soort kleinschalige experimenten weinig over wat er zal gebeuren als een basisinkomen in een land als Nederland op grote schaal wordt ingevoerd, dus niet alleen voor arme mensen, maar voor iedereen. Het Vlaamse Centrum voor Sociaal Beleid (CSB) concludeert op basis van simulatiemodellen dat invoering van een basisinkomen voor Nederland, ‘een land met juist relatief lage inkomensongelijkheid, en uitkeringen die tot meest adequate ter wereld behoren’ eigenlijk geen goed idee is. ‘Het zal bijzonder moeilijk, zo niet onmogelijk zijn om met een basisinkomen betere resultaten te boeken op het vlak van armoede en ongelijkheid voor hetzelfde budget’, staat in hun rapport Feit en fictie omtrent het basisinkomen in Nederland, uit december 2018.
4. Wat zijn de bezwaren tegen een basisinkomen?
Het belangrijkste bezwaar van tegenstanders: het is onbetaalbaar. Of misschien is het basisinkomen wel betaalbaar, maar dan toch alleen door de belastingen voor iedereen, of van vooral de meest draagkrachtigen, fors te verhogen. Meer over de betaalbaarheid bij vraag 7. Ook zijn er principiële bezwaren. Zo zou het mensen lui maken, want de prikkel tot werken wegnemen. Het beschikbare onderzoek naar de effecten van het basisinkomen staaft deze bewering trouwens niet, zie vraag 3.
Volgens diverse economen, onder wie dus de onderzoekers van het CSB, zou het bovendien weinig effectief zijn als middel tot armoedebestrijding en het verminderen van ongelijkheid. Immers: ook mensen met tonnen op de bank of een topsalaris krijgen het. Je geeft een basisinkomen aan de 95 procent die het niet nodig heeft, aldus het CSB, en dat staat volgens hun rapport ‘gelijk met het spreekwoordelijke hagelkanon gebruiken om een mug te doden. En dan zijn er nog de praktische bezwaren van onuitvoerbaarheid en onvoorspelbaarheid. Ongeacht hoe je het regelt en financiert (zie vraag 7): invoering van het basisinkomen is een gigantische operatie met veel haken en ogen en een ongewisse uitkomst. Het blijft toch een beetje koffiedik kijken.
5. Vanwaar de groeiende belangstelling?
Rutger Bregman heeft met zijn boek de discussie over het basisinkomen een boost gegeven. Het kwam uit in 2014, toen de economische crisis nog heerste en de werkloosheid opliep. Recenter, tijdens de coronacrisis in 2020, werd het onderwerp opnieuw populair.
Robotisering
Inmiddels is de coronacrisis voorbij. Maar er gebeurt nog iets anders: de aard van ons werk verandert. Al jaren is de trend: minder vaste banen en meer flexibele krachten en zzp’ers. Dat zorgt voor groeiende inkomensonzekerheid. En daar komt de (aankomende) robotisering nog bij: die gaat banen kosten, zo vrezen velen. Het zijn deze ontwikkelingen die niet alleen vakbondsbestuurders (zie vraag 6) maar ook ceo’s en economen openlijk doen pleiten voor een (gedeeltelijk) basisinkomen.
‘Als simpelweg blijkt dat door de gevolgen van automatisering, kunstmatige intelligentie en robotisering de meeste mensen geen baan meer kunnen vinden waar een menswaardig loon aan verbonden is, moet er een gegarandeerd basisinkomen komen. Daar zijn we rijk genoeg voor’, aldus Willem Buiter, hoofdeconoom van de Amerikaanse bank Citigroup, in een interview met De Telegraaf eind 2016. Radar-presentatrice Antoinette Hertsenberg pleitte vorig jaar voor een basisinkomen van duizend euro voor een andere groep ‘verliezers van de arbeidsmarkt’: werkloze 55-plussers. Welbeschouwd is dat geen basisinkomen, maar het schrappen van de sollicitatieplicht voor werkzoekende ouderen.
6. Zijn er al concrete plannen?
FNV Uitkeringsgerechtigden heeft een uitgewerkt plan. Het basisinkomen is volgens deze bond een manier om tot een eerlijker verdeling van werk en inkomen te komen. In tien jaar zou dat moeten kunnen lukken, staat in het plan. Ook de Vereniging Basisinkomen (VBi) zet zich in om het basisinkomen in Nederland ingevoerd te krijgen.
Basisinkomen: alle werk loont
Nu loont het voor uitkeringsgerechtigden – als ze van hun gemeenten en of het UWV al mogen werken – vaak niet om betaald werk te doen, want het verdiende loon wordt van de uitkering afgetrokken. En bij een baan met een iets hoger salaris dan de uitkering, belanden ze in de zogenaamde armoedeval: toeslagen verdwijnen of worden dusdanig minder dat ze netto minder overhouden dan de uitkering. Anderzijds zuchten steeds meer werkenden onder een (te) hoge werkdruk. In 2007 ervoer 11 procent van de werknemers burn-outklachten, in 2017 was dit volgens cijfers van onderzoeksinstituut TNO 16 procent. Met een basisinkomen loont elk uur werk voor iedereen en zullen zij die overwerkt zijn of dat dreigen te raken wellicht eerder minder gaan werken. Dat levert werkgelegenheid op.
En minsten zo belangrijk voor FNV Uitkeringsgerechtigden: een basisinkomen verlost uitkeringsgerechtigden van het stigma van ‘nietsnutten die hun hand ophouden’ en van ‘een waslijst aan verplichtingen, controles en restricties’. Ook zou invoering van een basisinkomen volgens de bond het complexe systeem rond sociale zekerheid enorm vereenvoudigen en de positie van werkenden verstevigen. ‘Met een basisinkomen hoeven mensen geen genoegen meer te nemen met onzekere contracten en slechte betaling. Werkgevers zullen dus met betere arbeidsvoorwaarden moeten komen’, aldus Harry Ortmans, sectorvoorzitter en mede-bedenker van het plan.
7. Hoe gaan we dat betalen?
Het plan van FNV Uitkeringsgerechtigden kost naar schatting zo’n 117 miljard euro per jaar. Het plan van de Vereniging Basisinkomen pakt met ruim 170 miljard euro per jaar nog duurder uit. Waar komt dat geld vandaan? In beide plannen komt het voor een groot deel uit het afschaffen van alle inkomensafhankelijke toeslagen en belastingkortingen. De Vereniging Basisinkomen wil alleen de huurtoeslag laten voortbestaan, FNV Uitkeringsgerechtigden ook de zorgtoeslag. Werkgerelateerde uitkeringen als WW (werkloosheid) en WIA (arbeidsongeschiktheid) blijven bestaan, AOW en bijstand niet. Dat scheelt niet alleen een hoop geld, maar ook in de bureaucratie en uitvoeringskosten eromheen. Verder gaat in beide plannen de inkomstenbelasting omhoog, met name voor de meest draagkrachtigen; het hoogste belastingtarief van 72 procent wordt weer ingevoerd.
Gratis geld voor iedereen. Foto: Christian Dubovan via unsplash
Nieuwe belastingen
Andere mogelijke financieringsbronnen: een robottax (een belasting voor bedrijven voor het vervangen van werknemers door robots), een CO2-belasting, verhoging van de belasting op consumptie, vermogen en/of erfenissen en een zogenaamde Tobintax: een belasting op wereldwijde financiele transacties. Bovendien: als, zoals in de experimenten gebeurde, het dokters- en ziekenhuisbezoek daalt, zal dat schelen in de zorgkosten. Net als meer mantelzorg die mensen mogelijk gaan verlenen. (zie ook bij vraag 2).
Burgerschapsdividend
Rutger Bregman wil het basisinkomen onder andere bekostigen uit ‘rente’ op land, gebouwen, kennis, en technologie, zei hij in een Tegenlicht-uitzending van november 2018. ‘Het is een feit dat we waanzinnig rijk zijn. We hebben vreselijk veel land, gebouwen, technologieën, kennis. En daar valt rente op te trekken van degenen die daar de beschikking over hebben. En wat als we die rente nou eens eerlijk gaan verdelen? Dan is dat het dividend, het durfkapitaal dat we allemaal krijgen.’
Er is geld zat
Welke wijze van financiering ze ook bedenken, voorstanders zijn allemaal van mening dat financiering vooral een kwestie is van politieke wil en keuzes maken. Het geld is er, het is maar hoe en waar je het aan uit wilt geven. Of misschien is het geld er nog niet, maar dan kan het er komen. Zo staat Nederland vierde op de lijst van wereldwijde belastingparadijzen en loopt de Nederlandse schatkist volgens Oxfam Novib, mede-opsteller van die lijst, hierdoor jaarlijks vijf tot tien miljard euro mis aan inkomsten. Dat is al een begin. Ad Planken, destijds voorzitter van de Vereniging Basisinkomen, zei het in 2014 in Genoeg zo: ‘We hebben miljarden gevonden om de banken overeind te houden. We geven multinationals enorme belastingvoordelen. Dan kunnen we onze creativiteit ook inzetten om een pot te maken voor het basisinkomen.’
8. Wordt er al mee geëxperimenteerd in Nederland?
Onder andere in Groningen, Wageningen, Tilburg, Utrecht, Nijmegen en Amsterdam lopen sinds 2017 tweejarige experimenten met bijstandsgerechtigden. Zij zijn onderverdeeld in verschillende groepen met verschillende regels. Zo mag de ene groep bijvoorbeeld meer bijverdienen naast de uitkering, een andere groep krijgt extra begeleiding en weer een andere wordt helemaal vrij gelaten. Een bijstandsuitkering zonder verplichtingen zou je kunnen zien als een vorm van een basisinkomen. Ook zijn er in Nederland in het geheim al experimenten uitgevoerd met het basisinkomen.
Maar die waren nog verre van universeel: het gaat immers om een specifieke groep mensen. Doel van dit soort experimenten is onder andere om te kijken met welke aanpak deelnemers het snelst een betaalde baan hebben. Een ander belangrijk doel van het recente geheime expiriment was te onderzoeken of het basisinkomen voldoende zekerheid biedt aan mensen die flexibele arbeidscontracten hebben. Esmah Lahlah, wethouder in Tilburg zei over het expiriment uit 2017: ‘Belangrijker vind ik de vraag of mensen gelukkiger en gezonder worden.’
9. En in het buitenland?
Een recent tweejarig experiment in Finland kreeg veel (media)aandacht. Maar ook hier ging het niet echt om een basisinkomen, omdat ook hier alleen (tweeduizend) werkloze Finnen een onvoorwaardelijk geldbedrag kregen van 560 euro per maand (lang niet voldoende om van te leven, de kosten van levensonderhoud zijn in Finland vergelijkbaar met die in Nederland). En ook hier was de insteek vooral: vinden de deelnemers hierdoor eerder of sneller betaald werk? Nee, zo bleek.
In Duitsland hebben sinds 2014 ruim driehonderd mensen een jaar lang een basisinkomen ontvangen via Mein Grundeinkommen. Deze organisatie wil de bekendheid en populariteit van het basisinkomen vergroten. Door middel van crowdfunding wordt geld ingezameld. Zit er 12.000 euro in de pot, dan volgt een loterij en wint iemand die zich daarvoor heeft ingeschreven een jaar lang een basisinkomen van 1000 euro per maand. Onvoorwaardelijk. In Nederland heeft de Maatschappij voor Innovatie van Economie en Samenleving (MIES) dit ook een paar jaar geprobeerd. Maar de stichting kwam niet verder dan twee basisinkomens, ze is dit jaar opgeheven.
10. Hoe voelt het om een basisinkomen te hebben?
Heel veel ervaring is er in Nederland dus nog niet mee, maar toch valt er wel iets over te zeggen. Door Frans Kerver bijvoorbeeld, de eerste Nederlander die in 2015 (via MIES) een jaar lang een basisinkomen van 1000 euro per maand ontving. Kerver was toen, en is nog steeds, zelfstandig tekstschrijver met een bescheiden inkomen. Ook is hij initiatiefnemer van Tuin in de Stad, een groene en ideële plek voor ontmoeting en contact in Groningen. ‘Met een basisinkomen was ik verlost van de zorg om genoeg inkomen te verdienen en kon ik meer tijd en energie besteden aan de dingen die belangrijk voor me zijn, zoals Tuin in de Stad’, vertelt hij. ‘Een jaar lang hoefde ik veel minder te sappelen. Daardoor had ik minder stress. En een leven zonder stress maakt een mens gelukkiger.’
Eenzelfde soort ervaring hadden de deelnemers aan het experiment in Finland. Ook zij ervoeren minder stress en voelden zich mentaal beter en gezonder. ‘Het was alsof ik de loterij won’, zegt een deelnemer, werkloos journalist, in een reportage van BBC News uit februari 2019. ‘Het basisinkomen betekende het einde van de bureaucratische rompslomp. Ik voelde me vrij.’
Dit artikel van Eva Prins verscheen eerder in Genoeg Magazine Herfst 2019. Het is op sommige delen aangepast en aangevuld, om het passend te maken voor publicatie op de website in 2024.