DIY: eenvoudig je energieverbruik verlagen en wooncomfort vergroten

Je woning verduurzamen onbetaalbaar? Met wat vindingrijkheid kun je ook voor weinig geld je energieverbruik verlagen en je wooncomfort vergroten, weet Dirk Wiedijk. Vorig jaar herfst bouwde deze ‘hobbyist-uitvinder’ een zuil die de opgestegen warmte van de radiatoren terug naar beneden zuigt. ‘Plafondcirculatie’ noemt hij zijn verplaatsbare vondst.

Handig: de warmtezuil

Wiedijk bedacht de warmtezuil toen hij twee thermometers had laten slingeren en zag dat het vlak onder het plafond in zijn woonkamer maar liefst acht graden warmer was dan op de vloer. ‘We zaten met onze voeten dus in het koudste deel.’

Daarop monteerde hij op een plaat ter grootte van een liggend ventilatiekacheltje vier staande balkjes die bijna even lang zijn als zijn plafond hoog is; in zijn geval 2,70 m. Aan die staanders bevestigde hij drie hardboard platen van dezelfde lengte. De vierde plaat maakte hij vijftig cm korter, waardoor de zuil aan de onderkant een ‘uitblaasopening’ kreeg. Vlak boven die opening hing Wiedijk het kacheltje op, de ventilator naar beneden gericht. Met een aluminium plaat beschermde hij het hardboard in deze opening tegen schroeien.

Verwarming flink omlaag

Sinds hij de zuil heeft, kan hij de thermostaat om zes uur ’s avonds al op 16 graden zetten, vertelt Wiedijk. ‘Met het kacheltje in de zuil op standje 1 of 2 blijft het op vloerhoogte tot bedtijd behaaglijk.’ Op deze manier heeft Wiedijk afgelopen winter 463 kuub gas bespaard. ‘Al is ons stroomgebruik natuurlijk wel iets hoger geworden.’

Werkomschrijving

Nodig voor een plafondcirculatiezuil:

  • 1 ventilatiekacheltje
  • 1 hardboard vloerplaat die ca 4 cm groter is dan de omtrek van de voorzijde van het ventitlatiekacheltje
  • 4 voetjes (of wieltjes) voor onder deze plaat
  • 2 hardboard platen die zo’n tien cm korter zijn dan de afstand vloer-plafond, en zo breed als het kacheltje hoog is; dit worden de zijkanten van de zuil;
  • 1 hardboard plaat die zo’n tien cm korter is dan de afstand vloer-plafond, en zo breed als het kacheltje breed is; dit wordt de achterkant van de zuil;
  • 1 hardboard plaat die zo’n zestig cm korter is dan de afstand vloer-plafond, en zo breed als het kacheltje hoog is; dit wordt de voorzijde van de zuil.
  • 3 stukken aluminium plaat van 0,5 mm dikte om de binnenzijde van de zuil onder het kacheltje mee te bekleden; 2 hiervan ca 60 cm hoog, de derde ca 90 cm hoog
  • 4 staanders van ca 2×2 cm met de lengte van de lange hardboard platen
  • 4 hoekbeugels
  • 2 handvatten
  • 8 schroeven, voor de staanders
  • een doosje spijkers, voor de hardboardplaten

Werkbeschrijving:

  • Lijm de voetjes onder de voetplaat.
  • Schroef 2 staanders op een brede kant van de voetplaat en spijker hierop de achterkant van de zuil vast.
  • Bevestig vervolgens de 2 smalle hardboardplaten die de zijkanten vormen.
  • Bevestig op deze 2 smalle platen de hoekbeugels, ca 2 cm boven het punt waar de korte voorzijde straks eindigt.
  • Schroef de beide andere staanders op de voetplaat en spijker de zijkanten hieraan vast.
  • Bekleed de zuil met de aluminium platen; de 2 stukken van 60 cm tegen de zijkanten, het stuk van 90 cm licht gebogen tegen de achterwand.
  • Plaats het kacheltje op de hoekbeugels, met de uitblaaszijde naar de voetplaat gericht en de schakelaar aan de voorzijde van de zuil.
  • Bevestig de laatste, korte hardboardplaat op de staanders, zo dat aan de onderkant van de zuil een uitblaasopening van ca 50 cm over blijft.

De originele bouwtekening van Dirk:

Léon: ‘Als mijn bedrijf niet meer nodig is, ben ik blij’

Wat Léon Polman (29) het liefst zou willen voor zijn onderneming? ‘Dat ik een persbericht kan uitsturen dat we wegens succes zijn opgeheven. Omdat al het papier wordt hergebruikt, in plaats van weggegooid.’ Met Green Side wil Léon mensen bewustmaken en aan het denken zetten. Om producten niet weg te gooien, maar te kijken naar welke waarde het nog kan hebben en wat je er wél nog mee kunt. Om dat te bereiken onderneemt hij op een duurzame manier: lokaal, sociaal en met hergebruikte materialen.

Hoe het idee ontstond

Als net afgestudeerde ruimde de toen 24-jarige Léon zijn bureau eens goed op. ‘Ik eindigde met enorme stapels oud papier,’ vertelt hij. ‘Artikelen, versies van mijn scriptie. Allemaal enkelzijdig gedrukt en dus aan één kant nog blanco.’ Hij vond het zonde om al dat papier weg te gooien en vroeg zich af of het niet ergens anders voor gebruikt kon worden. Zo ontstond het idee van gerecyclede notitieboekjes.

Thuis aan de slag

Léon: ‘Ik liet de eerste 4 boekjes maken bij een lokale printshop en nam ze vervolgens overal mee naartoe. Wie het maar wilde liet ik de boekjes bekijken, om te zien hoe mensen reageerden. En eigenlijk was iedereen meteen verwonderd en positief over de boekjes. Dat gaf mij veel vertrouwen in het product.’ Léon kon enige tijd vooruit met het oud-papier van zijn studie. ‘Ik sorteerde alles met mijn moeder en maakte de boekjes thuis met een tweedehands inbindmachine. Toen het papier op was tijdens het verwerken van een bestelling, heeft hij al zijn vrienden opgebeld voor oud papier. Zo is er zelfs een oud basisschool werkstuk over dinosauriërs in een notitieboek gekomen. Daarna ben ik gaan kijken hoe ik het oud-papier en de boekjes gestructureerd kon verzamelen en maken.’

Sociale werkplaats waar de boekjes van Green Side worden gemaakt van hergebruikt papier
Sociale werkplaats waar de boekjes worden gemaakt. Beeld: Green Side.

Sociaal ondernemen

Als student deed Léon al ervaring op met ondernemen, via een organisatie die studenten helpt met het opstarten van sociale ondernemingen. Zo organiseerde hij workshops voor statushouders op de Zuidas in Amsterdam. Léon: ‘Het was mooi om zoiets voor elkaar te krijgen en te merken dat veel mensen willen bijdragen aan een goed doel. In mijn werkende leven wilde ik daarom zelfstandig gaan ondernemen én iets bijdragen aan de wereld. Met geld als middel en niet als doel.’

Langzaam groeien

Voor Green Side werkt de jonge ondernemer inmiddels samen met verschillende sociale werkplaatsen. Al het papier voor de notitieboekjes wordt lokaal ingezameld, verwerkt en verzonden. Léon: ‘Ieder boekje wordt met de hand gemaakt, daarom groeien we ook relatief langzaam. We kunnen bestellingen niet sneller verwerken dan nu.’ Ook is het belangrijk dat mensen er met plezier aan werken, zo vertelt de ondernemer: ‘We hebben nauw contact met de werkplaatsen en er is altijd een testperiode. Als mensen het product niet leuk vinden om te maken, zoeken we een andere werkplaats om mee samen te werken.’

Inmiddels is Green Side uitgegroeid tot een onderneming van 3 personen, waaronder Léon zelf. Ook zijn er nu zo’n 8 lokale ‘ecosystemen’ neergezet, verspreid over Nederland. Waar de producten dus van begin tot einde worden gemaakt, verwerkt en gebruikt. Het inzamelen gebeurt vooral op scholen. Léon: ‘Daar wordt veel papier gebruikt, en daarnaast is het geen privacygevoelige informatie. Dat zou op een kantoor bijvoorbeeld lastiger zijn. En natuurlijk staat het ook leuk: een oude tekening in je notitieboekje.’

Notitieboekje van Green Side met aan één kant bedrukt (oud)papier
Binnenkant van een notitieboekje, met aan één zijde bedrukt papier. Beeld: Samuel Wagner.

Impact

Het doel van de boekjes is zeker om bij te dragen aan minder papierverspilling. Maar Léon ziet de grootste impact van zijn bedrijf vooral in de bewustwording bij klanten. ‘Aan ons product kun je meteen zien dat het hergebruikt is, dat het gerecycled is. Daarmee zetten we mensen aan het denken. Dat je eigenlijk alles nog kunt hergebruiken. En dat je goed nadenkt voordat je iets zomaar als afval weggooit.’

Andere ondernemers en initiatieven weten Green Side ook steeds beter te vinden. Zo is er inmiddels een samenwerking met Frans de Plakker, waarbij posters worden hergebruikt als enveloppen.

Léon doet ook nog een oproep:

‘Wil je bijdragen aan dit initiatief? Bijvoorbeeld door papier in te zamelen of door een lokaal ‘ecosysteem’ uit te rollen? Dan kun je Léon altijd een mail sturen. info@green-side.nl en wie weet ben jij binnenkort ook duurzaam ondernemer!

Basisrecept voor vegan knolselderijpuree

Knolselderij is een echte herfst- en wintergroente. En het is een uitstekende vervanger voor aardappelen. Je kunt er makkelijk puree van maken, heerlijk door de stamppot! Deze knolselderijpuree is helemaal vegan en koolhydraatarm. Dit recept komt van Miriam, oftewel The Veggie Reporter.

Knolselderijpuree in de stamppot

Van knolselderij kun je namelijk superlekkere puree maken. En ja, een echte Hollander mag natuurlijk in de winter niet zonder puree voor de stamppot komen te zitten. O wee, o wee! 

Hoe schil je een knolselderij?

Ik kan niet anders dan toegeven dat een knolselderij er best intimiderend uit kan zien. Er zit vaak nog prut op, de schil is niet egaal en soms zitten er zelfs een soort dikke haren aan. Niet zo sexy, dus.

Je kunt een knolselderij het beste schillen door er gewoon plakken af te snijden met een aardappelschilmesje. Een dunschiller kun je ook gebruiken, maar omdat de schil niet zo egaal is, werkt dat vaak minder goed. Je hoeft de knolselderij niet te wassen voor of na het schillen.

Ingrediënten

  • 1 knolselderij
  • 1 groentebouillonblokje
  • 1 grote ui
  • Olie om in te bakken
  • Zout en peper naar smaak
  • Optioneel: plantaardige boter en bieslook

Zo maak je het

  • Schil de knolselderij en snijd deze in blokjes. Breng met ruim water en een bouillonblokje aan de kook. Laat het pruttelen voor 15 minuten en giet af. Vang een klein beetje bouillon op om het straks nog smeuïger te maken.
  • Snipper tijdens het koken van de knolselderij de ui en bak deze glazig in een beetje olie.
  • Voeg de gekookte knolselderij en ui samen. Pureer met een staafmixer of gebruik een stamper. Voeg eventueel nog wat bouillon toe om het smeuïg te maken. Breng op smaak met versgemalen zout en peper.
  • Garneer eventueel met een klontje plantaardige boter en wat verse bieslook.
  • Variatietip: deze knolselderijpuree is heel lekker met plantaardige spekjes en paprika. Dat recept vind je hier. En het gaat ook goed samen met geroosterde pompoen.

Benieuwd hoe knolselderij groeit? Bekijk dan eens deze video van De Hippe Vegetariër:

The Veggie Reporter

Dit recept komt van Miriam Groot, oftewel The Veggie Reporter. Miriam deelt regelmatig lekkere vegan recepten met ons, meld je aan voor de Genoeg nieuwsbrief om niets te missen!

Recept: frisse salade met kiemgroenten

In de zomer is een salade een fijne, lichte maaltijd. En het is natuurlijk ook nog eens gezond, zeker met allemaal (blad)groenten erdoor. Deze salade met kiemgroenten heb je zo gemaakt, en kun je makkelijk vegan maken door de kaas eruit te laten.

Kiemgroenten

Kiemgroenten hebben een superfood imago. Ze bevatten vaak meer voedingsstoffen dan de volwassen plant die eruit groeit. Naast de overbekende taugé (gekiemde mungboontjes) zijn er dan ook allerlei gespruite mengsels op de markt. Als frisse saladesmaakmaker zijn kiemen heel geschikt, in grotere hoeveelheden is het andere koek. Sommige bevatten inderdaad goed beschikbare voedingsstoffen en vitamine A en C. Tips: was kiemgroenten goed voordat je ze eet. Houd je daarnaast aan de TGT-datum en blancheer of kook ze kort als je zwanger bent. Dan zijn ze niet meer rauw.

Meer lezen over kiemgroenten? Er staat een ‘Over de datum’ op de site speciaal over kiemgroenten.

Dit heb je nodig

Ingrediënten voor 1 persoon:

  • Grote hand bladspinazie
  • 1 peer
  • Handje walnoten
  • Halve komkommer
  • Flinke hand kiemgroenten
  • Optioneel: wat blauwe kaas of geitenkaas, verbrokkeld
  • Dressing: olijfolie, balsamico azijn en wat peper

Zo maak je het

  • Scheur de bladspinazie klein en leg op het bord of in een (salade)kom
  • Snijd de peer in kleine stukjes
  • Verbrokkel de walnoten
  • Snijd de komkommer in kleine stukjes
  • Voeg alles samen en verdeel de kiemgroenten over je salade
  • Vroeg eventueel de kaas toe
  • Maak de dressing in een kommetje of direct op je bord
  • Eet smakelijk!

Dit kun je doen om de vlinders een handje te helpen

Dat het niet goed gaat met de natuur en biodiversiteit in Nederland, was al langer bekend. En dat is nu ook terug te zien in het aantal vlinders. Begin augustus vond de jaarlijkse Vlindertelling plaats en nog nooit werden er zo weinig vlinders geteld in ons land.

Natuurliefhebbers door het hele land gingen afgelopen weekend in de tuin zitten om een kwartier lang te zoeken naar vlinders. De deelnemers zagen er gemiddeld slechts vijf, tegen acht vorig jaar en zelfs zestien gemiddeld in de beginjaren van de telling.

Gelukkig kan iedereen met een tuin of dakterras zelf een steentje bijdragen om de biodiversiteit en vlinderpopulatie te helpen. Hieronder geven we een aantal tips om je tuin vlindervriendelijk te maken!

Waar koop je je planten?

Hoe meer planten, hoe beter, toch? Dat zou je denken, maar dan ligt het er wel aan waar je die planten koopt. Planten uit de meeste tuincentra zijn namelijk vaak flink besproeid met pesticiden, waardoor ze slecht zijn voor insecten. Daarom wordt aangeraden om zoveel mogelijk planten te kopen die biologisch geteeld zijn. Google op ‘biologisch geteelde planten’ en je vindt genoeg aanbieders die planten voor in de tuin verkopen, die niet met schadelijke stoffen zijn bespoten. Biologisch geteelde planten zijn vaak nog wel wat duurder, omdat de vraag lager is. Als de vraag groeit, zal ook het aanbod steeds verder groeien en de prijs dalen.

Tip: In dit artikel lees je 8 praktiche tips voor een duurzame tuin.

Snoeien

Een strak gesnoeide tuin ziet er natuurlijk mooi uit, maar is niet zo fijn voor vlinders en andere insecten. Insecten hebben namelijk plekken nodig om te schuilen en dat doen ze vaak in de takken en bladeren van planten. Daarom is het slim om minder te maaien en gefaseerd te snoeien, hierdoor blijven er genoeg takken en bladeren over voor de insecten om te gebruiken.

Een Dagpauwoog-vlinder. Foto: Pexels

Maak jij je tuin ‘klaar voor de winter’? Dan is het goed om je tuinafval niet meteen weg te doen. In de takken en bladeren zitten namelijk vaak nog eitjes van rupsen en andere insecten verstopt. Wanneer je je groenafval nog een tijdje laat liggen, krijgen deze nog de kans om uit te komen. Hiermee bevorder je het aantal rupsen en daarmee ook het aantal vlinders.

Kruidentuin

Een kruidentuin is een ideale plek voor vlinders en bijen. Deze insecten zijn gek op bloeiende kruidenhoekjes met rozemarijn, lavendel, kattenkruid, marjolein, tijm, of venkel. In deze planten zijn namelijk veel nectar te vinden.

Bekijk deze lijst met meer planten waar vlinders van houden.

Liever een brandnetel dan een hortensia

Veel mensen denken dat de hortensia de ideale plant is voor vlinders. Toch is dat zeker niet zo. De grote bloemen van een hortensia zijn zo ver doorgekweekt dat ze geen stuifmeel of nectar meer bevatten. Hoewel het mooie planten zijn, zijn ze waardeloos voor de biodiversiteit.

Rupsen eten het liefst planten die oorspronkelijk voorkomen in Nederland. Eenmaal uit hun cocon maakt het niet meer zoveel uit waar de vlinder zijn nectar vandaan haalt. De brandnetel is veruit de beste voedselplant voor veel soorten rupsen, mocht je in de tuin ergens een rommelhoekje hebben, laat er vooral een paar brandnetels groeien. Of zet een pot met een brandnetel ergens verstopt in een hoekje van je tuin neer, de rupsen en daarmee later de vlinders zullen je dankbaar zijn.

Bronnen: Vlinderstichting, Natuurmonumtenten, NOS.

Nieuws