Wij gingen langs in de moestuin van Kim, oftewel Moesmeisje. Kim is een nieuwe redacteur voor Genoeg Magazine en zij gaat allerlei leuke en handige tips met je delen voor het onderhouden van een super moestuin! Bij Kim bloeit en zoemt het in ieder geval volop en er wordt lekker veel geoogst. In dit artikel lees je alvast wat meer over Kim en haar moestuin. En om je een voorproefje te geven van haar nieuwe rubriek deelt ze ook wat handige tips!
Hoe zorg jij voor een milieuvriendelijke moestuin?
‘In mijn moestuin is alles biologisch, dat is hier ook de richtlijn. Dus ik gebruik biologische zaden. Verder spit ik niet, dus ik woel de grond niet om zodat alle diertjes lekker kunnen blijven zitten. Ook gebruik ik organisch materiaal, zoals compost en gewied onkruid dat ik laat liggen om de bodem te voeden. En ik gebruik zeker geen ‘gif’ zoals bestrijdingsmiddelen en geen kunstmest. Wat ik daarnaast ook heel belangrijk vind is om ook aan de insecten te denken. Bijen heb je nodig om je gewassen te bevruchten, dus ik plant veel bloemen en kruiden voor de insecten.’
Hoe staat jouw moestuin erbij deze zomer?
‘Door alle bloemen en zo’n 30 soorten groenten en kruiden zoemt en bloeit het nu volop in mijn moestuin. Nu in het hoogseizoen kom ik hier drie keer per week. Het liefst zou ik iedere dag komen, maar daar heb ik helaas geen tijd voor! En ik neem iedere keer weer van alles mee, zo oogst ik nu erg veel courgettes. Dus zelfs op 15 vierkante meter kun je héél veel zaaien en oogsten. Wel hebben we dit jaar heel veel last van slakken… Het zijn er nog nooit zoveel geweest als dit jaar. Mensen doen van alles om van de slakken af te komen, ook heel dieronvriendelijke methoden zoals verdrinken en doormidden knippen. Zelf kan ik dat niet! Ik raap ze op en zet ze weer uit in een plantsoen waar geen (moes)tuinen zijn.’
Hoe is jouw account –Moesmeisje heeft nu 16K volgers– zo’n succes geworden denk je?
‘Bij mij gaat eigenlijk alles spontaan en organisch, want ik ben geen planner. Ik had mijn moestuintje en heb toen spontaan een Instagram-account aangemaakt om daarover te kunnen delen. Samen met mijn vriend bedacht ik de naam, Moesmeisje, dat klinkt grappig en is makkelijk te onthouden. In corona-tijd merkte ik dat ik ineens ook veel meer bezoekers op mijn site kreeg. Tuinieren was in die periode een heel fijne afleiding en het is nog populairder geworden. Toch had ik nooit verwacht dat het zo’n succes zou worden!’
Inmiddels is het leven weer druk en werkt iedereen weer. Wordt zo’n moestuin dan geen last?
‘Voor mij is de moestuin nooit een moetje. Ik heb ADHD weet ik sinds kort, en ik heb de tuin echt nodig om te ontspannen en even niet duizend gedachten tegelijk te hebben. Dus voor mij is de moestuin nog steeds heel fijn om tot rust te komen. Ik denk ook dat het steeds populairder wordt omdat mensen zich ervan bewust worden dat de landbouw zoals we die nu bedrijven, echt niet goed is voor de aarde, bodem en dieren. Met zoveel kunstmest en ‘gif’ zoals bestrijdingsmiddelen. In je eigen moestuin kun je dat anders doen.’
Je bent geen planner zei je net. Hoe doe je dat in de moestuin?
‘Voor de moestuin heb ik wel een moestuinplan! Dit jaar probeer ik dat voor het eerst wat meer los te laten maar in het begin hield ik me daar strak aan. Na zoveel jaren weet ik inmiddels ook wel wat ik wanneer moet zaaien en oogsten. Maar nog steeds heb ik een uitgeprint A4’tje met wat ik welke maand moet zaaien. Als je dertig groenten kweekt is dat overzicht toch wel heel handig.’
Jij komt tot rust in je moestuin. Wat brengt het tuinieren jou verder?
‘Ik zeg altijd: een moestuin is één grote cursus in omgaan met teleurstellingen. Zoals met de slakken dit jaar. Het is voor mij ook slikken dat ik acht keer iets zaai en het dan wéér helemaal weg is. Maar ik vind dat een mooie metafoor voor het leven: niks is te plannen, dus ook je moestuin niet. Mensen doen net of het leven maakbaar en te plannen is, maar dat is natuurlijk niet zo.’
Wat raad je mensen aan die willen beginnen met een moestuin?
‘Mijn belangrijkste tip is: wees niet te perfectionistisch. Verwacht niet dat alles in één keer goed gaat en probeer juist te genieten van het proces. Dat is voor veel mensen moeilijk want je gaat toch tuinieren voor een goede oogst. En als dat dan niet lukt… Maar dat hoort er echt bij met een moestuin. Van een moestuin leer je omgaan met teleurstellingen en dat niet alles gaat zoals jij wilt. Het maakt je nederig en dat is denk ik niet verkeerd in het leven.’
Wat zijn volgens jou top-gewassen in de moestuin, ook als je wat minder ruimte hebt?
‘Als je net begint en je hebt wat minder ruimte, dan zijn groenten die weer aangroeien heel handig. Zoals pluksla. Normale kropsla trek je eruit en dan is het weg, pluksla knip je net boven de grond af en dan groeit het weer aan. Dat kan dus ook met raapsteel, rucola, winterpostelein en snijbiet. Die zijn allemaal heel handig. Je zaait één rijtje en daar kun je maanden van oogsten. Van palmkool kun je zelfs twee jaar lang oogsten.’
Moestuin tips van Kim op een rijtje:
Ga je net beginnen met moestuinieren? Wees dan niet te perfectionistisch, verwacht niet dat alles goed zal gaan en probeer te genieten van het proces.
Milieuvriendelijk tuinieren doe je met: biologische zaden en planten, organisch materiaal, en veel bloemen en kruiden voor de insecten. En natuurlijk zonder gif.
Last van slakken? De meest diervriendelijke methode is rapen en uitzetten in een gemeenteplantsoen.
Maak een moestuinplan, zeker in het begin. Zo weet je wat je iedere maand kunt zaaien, uitplanten en oogsten.
Minder ruimte? Denk aan gewassen die weer aangroeien, zoals pluksla, raapsteel, rucola, snijbiet en winterpostelein.
Lekker koken met oogst uit de moestuin? Kijk dan eens bij de recepten van Kim!
Nadat Fanny de Vries (26) klaar was met haar studie Social Work, wist ze niet direct wat ze in haar werkende leven wilde doen. Een vriend stuurde haar een vacature door voor een baan bij een Green Office: werken bij een platform voor en door studenten, om de hogeschool op allerlei manieren te verduurzamen. Fanny: ‘Dat sprak me meteen aan. Inmiddels is duurzaamheid een heel belangrijk thema in mijn leven geworden, zowel in mijn werk voor de Green Office als daarbuiten.’
Duurzaamheid op de kaart
Wat is het doel van de Green Office? Fanny: ‘We zetten duurzaamheid op de kaart binnen de hogeschool. Dat gebeurt op allerlei manieren. Zo kan het zijn dat we bij een aanbesteding zitten voor nieuwe meubels voor de school. We denken dan mee en zorgen dat er ook wordt nagedacht over duurzaamheid en circulariteit.
‘Daarnaast organiseren we allerlei kleine en grotere evenementen voor medewerkers en studenten. We inspireren en activeren daarbij op een positieve manier. Denk aan een kledingruil, een workshop ‘koken met restjes’ en het maandelijkse Repair Café voor medewerkers en studenten. Dat is allemaal laagdrempelig en binnen werktijd, zodat mensen makkelijk kunnen deelnemen.’
Circulair kantoor
Inmiddels werkt Fanny fulltime voor de Hogeschool Utrecht (HU). Dit doet ze in een door studenten gebouwd, volledig circulaire kantoor op het Utrecht Science Park. In het team van medewerkers en studenten werken straks 3 coördinatoren samen met 10 studenten. Fanny: ‘Voor studenten is dit een goedbetaalde bijbaan. Het is de bedoeling dat ze hier maximaal twee jaar werken, om ook weer ruimte te bieden aan nieuwe studenten.’ Naast deze vaste club, werken ze ook samen met een groep vrijwilligers. Vaak studenten en medewerkers van de HU die regelmatig helpen tijdens evenementen.
Cleanup-walk en plandelen
Ook weten studenten de Green Office te vinden met hun eigen ideeën. Fanny: ‘Ze kunnen een projectvoorstel doen en de Green Office helpt hen ook bij de organisatie. Zo was er recent een ‘coffee and cleanup-walk‘ in Utrecht, waarbij deelnemers Utrecht leerden kennen, koffie dronken en tegelijk afval raapten. Ook is er op initiatief van een docent een ‘plandelclub’, die maandelijks samen gaat wandelen en zwerfafval raapt rondom de hogeschool.
Student met kleine beurs
Toch blijft het voor Fanny en het team van de Green Office een uitdaging om studenten te bereiken. Hoe dat komt? ‘Naast onze Green Office zijn er natuurlijk nog veel meer clubjes die de studenten willen bereiken,’ vertelt Fanny. ‘Er is dus veel concurrentie in de communicatie naar studenten toe. Daarnaast kiezen studenten toch vaak met hun portemonnee. Als de duurzame optie goedkoper is, dan is het interessant voor ze.’
Daarover heeft de Green Office-medewerker nog een anekdote: ‘Laatst vertelde een student mij dat hij geen vlees meer at. Ik werd al enthousiast, want dat is natuurlijk beter voor het milieu. Maar het bleek een financiële overweging te zijn, vlees was gewoon te duur geworden voor de student en het vegetarische alternatief was goedkoper. Op die financiële prikkel zetten we nu ook meer in, bijvoorbeeld met video’s over vintage shoppen in Utrecht. Zo van: kijk, het is goedkoop én duurzaam.’
Foto links: Green Office tijdens de Dag van de Duurzaamheid, fotograaf: Seth Carnill. Foto rechts: Fanny tijdens het ‘ploggen’, eigen beeld.
Duurzaamheid populair
Fanny merkt ook dat het thema duurzaamheid steeds meer leeft onder studenten. Zo vertelt ze: ‘Vier jaar geleden stond ik op de open dag met vegan koekjes. Zo’n 80% van de studenten keek mij toen vreemd aan en moest er niks van hebben. Een paar maanden terug heb ik precies hetzelfde gedaan maar toen keek niemand er meer vreemd van op. Het wordt steeds meer gangbaar om voor duurzame en milieuvriendelijke opties te kiezen.’
Duurzame lifestyle
Zelf leeft Fanny inmiddels ook op een zo duurzaam mogelijke manier en ze schrijft hierover op haar instagram-account. Dat was vroeger wel anders. Fanny: ‘Ik was een typische tiener, ik was op zoek naar wie ik was en wat bij mij paste. Ik was graag in de natuur maar ging ook weekendjes weg met het vliegtuig en kocht bij fast fashion ketens. Inmiddels heb ik mijn pad gevonden en kan ik mij niet voorstellen dat ik ooit met een ander thema dan duurzaamheid bezig zal zijn. Ja, het gaat in veel opzichten slecht met de wereld. Maar door mijn werk en leven, kan ik mij dagelijks verbinden met mensen die iets willen terugdoen en die bewust leven. Ik zou niet meer anders willen.’
Eerste Green Office in Nederland
Een hogeschool of universiteit van binnenuit verduurzamen: dat is dus in het kort wat een Green Office (GO) doet. En wist je dat de eerste GO in Nederland werd geopend? Maastricht University opende in 2010 de eerste Green Office en inmiddels zijn er al 27 GO’s verdeeld over 6 landen, waarvan meerdere in Nederland. Zoals die op de Hogeschool Utrecht (HU) waar Fanny werkt.
Tip: wil je weten of jouw hogeschool of universiteit een Green Office heeft en wat ze doen? Check het hier!
Via haar online platform Thegreenlist.nl deelt Saskia Sampimon-Versneij vrolijke inzichten voor een duurzamere lifestyle. Sommige kende je oma ook al, andere zijn hypermodern. ‘Perfect duurzaam leven kun je niet. Je kunt alleen een betere versie zijn van jezelf.’ Dit artikel uit Genoeg magazine kun je nu gratis online teruglezen.
Tekst: Marion Rhoen
Foto’s: Roos van der Sanden
Als je bij Saskia Sampimon-Versneij binnenkomt, in haar huis aan een woonerf in Ouderkerk aan de Amstel, is het alsof je al eens bij haar op bezoek bent geweest. Bij het raam staan de plantenpotten van gerecyclede autobanden die haar man zo leuk vindt, in de zithoek ligt het kleed dat ze via Marktplaats ophaalde bij een meisje in de Amsterdamse wijk De Pijp, en daar staat het drankentafeltje dat ze kocht van een schoolmoeder met een vintage winkeltje.
Wie haar volgt, heeft dat allemaal op internet gezien. Op Thegreenlist.nl en op haar Instagramaccount doet Saskia (40), journalist en contentmaker, verslag van haar zoektocht naar een duurzamer leven. Ze startte die op 1 januari 2020, met een challenge om een jaar niets nieuws te kopen (tweedehands en circulaire producten mochten wel). Sinds maart 2023 wijdt ze zich fulltime aan Thegreenlist.nl. Op Instagram heeft ze 27.000 volgers. Het is daarmee volgens haarzelf ‘de grootste Instagram-community voor mensen die duurzamer willen leven’ in Nederland. Ze was regelmatig op televisie als ‘duurzame lifestyle-expert’, onder meer bij Koffietijd. En vorig jaar bundelde ze haar duurzame kennis op papier in Niks nieuws (maar toch zal het je verrassen), in eigen beheer uitgebracht en gedistribueerd.
Skibroek aan in huis
Sinds die challenge is er veel veranderd. Saskia is parttime vegetariër geworden. De thermostaat staat thuis op maximaal 17 graden; als ze het koud heeft, zit ze in een skibroek achter haar laptop. Ze breekt een lans voor fairtrade producten. Hoe is dat zo gekomen? Van thuis heeft ze het niet meegekregen, haar man evenmin. Ze maakte graag vliegreizen naar Azië, ze hield van shoppen. Saskia: ‘Bij ABN Amro maakte ik veel content over duurzaamheid. Over schaarste van grondstoffen bijvoorbeeld, en wat dat betekende voor de bank én de klanten. In 2015 werd ik moeder. Door dat alles ging ik meer nadenken over de toekomst van de aarde. Met je gebruik van spullen heb je daar direct invloed op. Ik bleek vier aardes per jaar te consumeren, berekende ik met de methode van Babette Porcelijn (schrijver van De verborgen impact, red.). Daar schrok ik van.’
Ze ging lezen, luisteren, documentaires kijken op Netflix en NPO. Maar af en toe werd ze daar ‘een beetje depressief’ van. ‘Ik ging op zoek naar positieve inspiratie. Op internet vond ik donkergroene blogs, maar daar sloeg de spruitjeslucht van af. Dat zat hem in de soms wat dwingende toon, en in het verlies van comfort: zelf je wasmiddel maken is niet haalbaar als je fulltime werkt, een gezin en een sociaal leven hebt. Ik dacht: het moet toch ook anders kunnen, zonder dat het voelt als huiswerk?’ Thegreenlist.nl werd een verslag van die zoektocht. Geen donkergroene site, maar eentje die varieert van licht tot donkergroen. In een jaar had ze 11.000 volgers, onder meer door de aandacht van traditionele media voor haar challenge om een jaar lang niets nieuws te kopen.
Toegankelijke onderwerpen
De toon van Thegreenlist.nl is steeds enthousiast en wist-je-dit-al-achtig. Belerend moet het niet worden. Saskia: ‘Ik schrijf over mijn verwondering, om nieuwe mensen te bereiken. Die krijg je met toegankelijke, leuke onderwerpen. De makkelijke dingen, zoals clothing loops, leveren op Instagram de meeste reacties op.’ Bij die loops geven deelnemers elkaar een tas gebruikte kleding door, je haalt eruit wat je leuk vindt en stopt er iets in dat niet meer bij je past. Lofzangen op baking soda en schoonmaakazijn zijn er ook, sommige artikelen zijn bijna hardcore consuminderen.
Geleerd van Thegreenlist.nl: de gemiddelde Nederlander gebruikt per wc-bezoek 8,6 velletjes wc-papier, en dat kan best minder. En de velletjes vouwen is efficiënter dan frommelen. Dat artikel is trouwens van een van de zestien freelance redacteuren. Artikelen over het belang van stemmen voor de Provinciale Staten vind je er ook. Of over palmolie, een product dat onder vuur ligt vanwege de boskap die ervoor nodig is. ‘Zo zwartwit is het niet’, aldus Saskia. ‘Voor vervangers als kokosolie is veel meer grond nodig. Zulke posts zijn nodig om het totaalplaatje te snappen. Uiteindelijk draait het allemaal om minderen, minderen, minderen.’
Veertig vuilniszaken vol spullen
Dat minderen deed Saskia dus met spullen. Ze ruimde haar huis op volgens de aanpak van de Japanse opruimgoeroe Marie Kondo (met de beroemde vraag: does it spark joy?). Veertig vuilniszakken vol spullen vonden elders onderdak. Toen was het tijd voor meer. ‘We hebben ons huis zo veel mogelijk verduurzaamd. Ik ging minder vlees eten, seizoensgroenten kopen en letten op voedselverspilling. Dat laatste is écht makkelijk! En het levert nog geld op ook.’ Over haar worsteling met vliegen (uitslag: voorlopig niet meer doen) maakte ze een podcast.
Een podcast, nóg een kanaal, naast de site, Instagram en ook Pinterest en LinkedIn? Plus nog een nieuwsbrief. Waarom? ‘Het liefst bereik ik mensen die nog niet zo erg bezig zijn met duurzamer leven en ik zoek continu naar nieuwe manieren om dat te doen. Dat vind ik leuk, ik kan er mijn creativiteit in kwijt. En ik wil zien wat werkt en wat niet. Misschien komen er ook nog workshops, e-books, of een event.’ De keerzijde: ze is áltijd aan het werk. ‘Echt altijd! Ik heb een startend bedrijf waarin werk en privé ook nog eens door elkaar lopen, want ik leg mijn leven vast. Dat is meestal leuk, maar soms ook vermoeiend.’ En dat terwijl ze nooit de ambitie had om te ondernemen. Na lang piekeren (hoe moest het dan met geld?) hakte ze maart 2023 de knoop door. ‘Ik dacht: ik ga spijt krijgen als ik het niet probeer. En bij de bank ben ik vervangbaar, bij Thegreenlist.nl niet.’
Samenwerkingen
Hoe het met geld gaat nu: dat verdient ze met samenwerkingen. Organisaties vragen of ze aandacht wil besteden aan hun producten of initiatieven, en daar krijgt ze geld voor. Bijvoorbeeld de zeepjes van Marcel’s Green Soap, ontwikkelingsorganisatie Oxfam, of een app om je energieverbruik te monitoren (de EnergyFlip).
Bang dat dat ten koste gaat van haar objectiviteit, is ze niet. ‘Ik denk goed na over elke samenwerking, want mijn volgers en lezers zien me als een autoriteit. Ik kijk goed of het past en of het een betere, duurzamere, keuze is. Ik vermeld het ook duidelijk als iets een samenwerking is.’ Uiteindelijk, zegt ze, is Thegreenlist.nl een commercieel bedrijf. ‘Zonder die samenwerkingen is er geen redactie, geen journalistiek uitzoekwerk. Eigenlijk is het niet veel anders dan Genoeg, dat heeft ook duurzame partnercontent in het blad.’
Soms maakt ze content voor de site van zo’n organisatie. ‘Daar krijg ik ook geld voor. Maar als iemand vraagt: wil je een braderie organiseren? Nee. Het moet altijd te maken hebben met journalistiek. Verhalen vertellen is wat ik goed kan. Ik had nooit gedacht dat je dat kunt combineren met iets goeds doen.’
Boek: Niks nieuws
Het boek Niks nieuws (maar toch zal het je verrassen) is ook een uitvloeisel van haar online werk. ‘Mijn persoonlijke zoektocht plus alles wat ik onderweg heb geleerd, heb ik daarin gebundeld. Ik heb er veel extra research voor gedaan en feedback gekregen van deskundigen. Daardoor ben ik weer wijzer geworden. Dat is ook goed voor mijn zelfvertrouwen. Alle vragen op het gebied van duurzame lifestyle kan ik nu wel beantwoorden, denk ik. En als ik het antwoord niet weet, durf ik te zeggen dat ik het moet uitzoeken. Dan is het gewoon een moeilijke vraag.’
Afgelopen herfst reed ze in een geleende elektrische auto langs meer dan 150 winkels om de boeken af te geven. Haar vader, die de tekstcorrectie deed, chauffeerde – voor de gezelligheid. Van de drieduizend exemplaren die Saskia had laten drukken, waren eind januari tweeduizend stuks verkocht.
Band met je spullen
Haar duurzame zoektocht bracht haar meer dan alleen kennis. ‘Ik ben tevredener geworden. Dat levert meer headspace op. Ik heb vroeger veel gewinkeld: winkel in, winkel uit. Daar moet ik niet meer aan dénken. Ik heb minder nodig dan ik dacht. En wat ik nodig heb, vind ik op Marktplaats of in de kringloop. Dat kost meer moeite, maar zo bouw je wel een band op met je spullen.’
Hamvraag is natuurlijk of we met lifestyleveranderingen de wereld gaan redden. ‘Poeh. De eerste keer dat ik mijn impact berekende, met het boek van Babette Porcelijn, zat ik op vier aardes. Nu zit ik op 1,9. Of één haalbaar is, weet ik niet. De gemiddelde Nederlander zit op 3,6. Als we onder de twee komen, is dat al een hele stap. Perfect duurzaam leven, zonder belastend te zijn voor de planeet, kun je niet. Je kunt alleen een betere versie zijn van jezelf. Wat gaat je goed af? Voor mij is dat kritisch zijn over spullen en voeding, voorlopig niet meer vliegen en mijn huis verduurzamen. Je kunt ook niet alles doen wat in mijn boek staat.’
Afgaande op de laatste Tweede Kamerverkiezingen, heeft een flink deel van de Nederlanders daar ook geen zin in. Saskia: ‘Ik sprak mensen die na de Kamerverkiezingen zeiden: nu moeten we nóg meer hameren op verduurzamen. Maar dat heeft geen zin. Ik denk: voor deze stemmers zijn problemen rond zorg, asiel en wonen groter en acuter. Die moet je óók aanpakken. Dan kom je bij de donuteconomie uit, van Kate Raworth. In dat model gaat het sociale ook mee.’ De Britse econome stelt dat we menselijke behoeftes moeten vervullen zonder de ecologische grenzen van de aarde te overschrijden. ‘Toen ik me vier jaar geleden begon te verdiepen in duurzaamheid, zei iemand: klimaatverandering, milieu, grondstoffen, ongelijkheid: het heeft allemaal met elkaar te maken. Dat vond ik toen heel vaag, ik zag de verbanden niet. Maar het is waar, denk ik nu.’
Deel van het systeem
Hoe dan intussen omgaan met de klimaatverandering? ‘Deze zomer was ik op Springtij, een festival over systeemverandering. Dat vond ik heftig hoor. Ik snap dat het niet gaat zonder systeemverandering. Maar je daarvoor inzetten, dat ligt andere mensen beter. Voor mij zijn praktische tips haalbaarder. Al ben ik natuurlijk wel onderdeel van het systeem.’
Zeg je systeemverandering, dan kom je uit bij de klimaattoppen. Saskia schreef niet over de top eind vorig jaar in Dubai. ‘Ik dacht: ik zie het allemaal wel. Ik weet niet zo goed hoe die afspraken uitpakken.’ Een club als Extinction Rebellion ontbreekt ook in het universum van Thegreenlist. nl. ‘Ik vind hen behoorlijk radicaal en activistisch. Ze willen bijvoorbeeld dat een grootbank als ING per direct stopt met het financieren van de fossiele industrie. Ik snap dat ze vinden dat banken daar niet snel genoeg mee zijn, maar mijn aanpak is gematigder, meer inspirerend. Ik heb natuurlijk ook bij ABN Amro gewerkt, dus misschien ben ik bevooroordeeld. Maar ik denk echt dat we mét grote bedrijven moeten verduurzamen.’
Ze heeft dus niet de A12 geblokkeerd, in Den Haag. Maar ze heeft wel meegelopen in de Klimaatmars, in november 2022 in Amsterdam. Dat was een gemoedelijker actie, zegt ze.
Innovatie
Een organisatie als Extinction Rebellion is natuurlijk wel nodig, zegt Saskia, om de systeemverandering in gang zetten. ‘Maar er moet ook innovatie komen. In zijn boek Hoe we een klimaatramp kunnen vermijden legt Bill Gates de nadruk op innovatie, innovatie en nog eens innovatie. CO2 opslaan, dat zou heel veel kunnen uitmaken. Maar ik weet ook wel dat klimaatwetenschappers ongerust zijn over het tipping point. Daar word ik naar van. 2023 was het warmste jaar ooit. Het enge van klimaatverandering is dat het zo geleidelijk gaat, het voelt niet urgent. Terwijl we er middenin zitten. Ik vind het eng, voor mijn zoontje al helemaal. Wat ik dan doe? Ik denk er niet te lang over na, en ga iets leuks doen.’
Met duurzaamheid bezig zijn geeft haar dan houvast, zegt ze. ‘Het heeft mijn leven leuker gemaakt, ik ervaar meer zingeving. Ik ruim een kast uit, ga oesterzwammen kweken of tuinieren. Ik ontmoet leuke mensen, dan hoef ik ook niet zo bezig te zijn met de slechte berichten.’
Dit artikel van auteur Marion Rhoen verscheen eerder in Genoeg Magazine (2024).
Follow This werd begin 2015 opgericht door Mark van Baal. Het bedrijf wil Shell ertoe bewegen zich aan het Klimaatakkoord van Parijs te committeren. Dat doet Follow This door mensen via de website één Shell-aandeel te laten kopen. Op die manier heeft ze inmiddels al bijna 5000 ‘groene aandeelhouders’ samengebracht. In dit interview uit Genoeg Magazine spreken we uitgebreid met Mark van Baal over zijn bedrijf én ambities!
Door: Anne Pek
Hij is niet bang is om uitgelachen te worden. Waarschijnlijk is dat zijn grootste kracht, zegt Mark van Baal halverwege het gesprek. Of nee, nuanceert hij meteen: ‘Misschien is het eerder zo dat ik een plaat voor mijn kop heb. Ik werd bijvoorbeeld ooit ontzettend agressief geïnterviewd door een bekende journalist, maar dat realiseerde ik me pas toen ik het interview terughoorde. Ook kreeg ik in het begin van Follow This vaak te horen: “Je wilt Shell veranderen? Een nobel streven.” Pas later begreep ik dat ze eigenlijk zeiden: Jongen, dat gaat je nooit lukken.’
Klimaatdoelen
Gelukkig hielp die plaat voor zijn hoofd hem dus onverstoorbaar door te gaan. En zie: het lukte hem wél. Shell begint te veranderen. In 2018 formuleerde de multinational als eerste en tot nu toe enige oliemaatschappij concrete klimaatdoelen. ‘En dat was heus niet doordat de bedrijfstop zo gevoelig was voor onze morele argumenten – “de wereld gaat kapot als we fossiele energie blijven gebruiken”. Het was doordat we een aantal grootaandeelhouders zover kregen dat ze onze resolutie steunden. Dát kon Shell niet negeren.’
Het motto van Van Baal – ‘Change the system by entering it’ – lijkt daarmee bewaarheid te worden: om gehoor te vinden bij Shell moet je niet boos op de voordeur bonzen, maar via het aandeelhouderspoortje naar binnen glippen. ‘Shell is zo machtig dat het echt niet luistert naar verontruste burgers en ook niet naar overheden. De enigen naar wie dit bedrijf luistert, zijn de beleggers.’
Verschil maken
Sinds 2015 draait het leven van Mark van Baal volledig om het Shell-aandeelhouderschap. Terwijl hij helemaal geen financial is. Hij is werktuigbouwkundig ingenieur, hij werd opgeleid in Delft. Waar hij trouwens de collegebanken deelde met een aantal latere Shell-medewerkers – in zijn ervaring ‘slimme, fatsoenlijke mensen die heus het beste met de wereld voorhebben’. Daarom kiest hij in de actiemails die nieuwe Follow This-aandeelhouders automatisch aan Shell kunnen sturen, ook bewust voor een positieve toon: ‘We geloven dat Shell de wereld kan veranderen, onze steun heb je.’ En nee, dat is geen tactisch slijmen, Van Baal gelooft er echt in. ‘Ze hebben de brains, ze hebben de billions. Als ze die inzetten voor hernieuwbare energie, kunnen ze echt het verschil maken.’
Carrièreswitch
Zelf ging Van Baal na zijn afstuderen niet bij Shell werken. Hij werd salesmanager en reisde de wereld rond om koelsystemen te verkopen. Leuk werk, mooi inkomen. Maar hij merkte dat hij dit werk toch niet tot zijn pensioen wilde doen. Daarom volgde hij in de avonduren een opleiding tot journalist. In 2006, hij was inmiddels 36, zegde hij zijn baan op en begon hij te schrijven voor diverse technische bladen. Heel fijn werk: ‘Je denkt “daar zou ik wel wat meer van willen weten”, en dan kun je daar betaald onderzoek naar doen.’ Een vaste baan zat er echter niet in, want zo’n beginneling in dienst nemen vonden veel bladen te riskant. Zijn inkomen daalde dus behoorlijk. Maar in de jaren ervoor had hij veel geld opzijgezet, waardoor het mogelijk was. Als freelancejournalist wist hij uiteindelijk trouwens best nog een behoorlijk inkomen bijeen te schrijven. En doordat de spaarzaamheid bleef, kon hij zich in 2015 die tweede carrièreswitch veroorloven. ‘Het was me duidelijk dat Follow This alleen kans van slagen had als ik me er volledig op kon focussen. Ik moest dus minstens een jaar zonder inkomen kunnen. Maar dat was mogelijk. Overigens ook doordat mijn vrouw toen nog een vaste baan had.’
Een missie
In 2006 zag van Baal de documentaire An Inconvenient Truth, hierdoor begon zijn missie. ‘Voor mij was dat een enorme eye-opener. Ik was al twaalf jaar ingenieur, ik had geleerd machines te maken die CO2 de lucht in pompen, maar ik had nooit nagedacht over de gevolgen daarvan! Dat verweet ik mezelf, en ik verweet het Delft, want ik had echt al eerder kunnen weten dat het klimaat verandert door al die uitstoot. Maar vanaf het moment dát ik het wist, wist ik ook: hier moet ik iets aan doen.’
De energietransitie was daarmee het belangrijkste thema in zijn journalistieke werk. Talloze keren riep hij de vaderlandse olie-industrie erinop om meer in duurzame energie te investeren. En al was dat voor hem echt een morele kwestie, hij droeg er zorg voor dat hij ook met gedegen financiële argumenten kwam. ‘Want ik had al snel door dat ze het klimaat in de oliebranche nog steeds zagen – en zien – als een soort van corvee. Iets waar je heus wel wat voor wilt doen, maar alleen zolang het de winst niet in gevaar brengt.’
Dus schreef Van Baal dingen als: Shell, je moet een energiemaatschappij worden, want de makkelijk winbare olie- en gasreserves raken op! Als je jezelf puur als oliemaatschappij blijft definiëren ben je ten dode opgeschreven! En daar zullen je grootaandeelhouders ook niet blij mee zijn! Maar zelfs daarmee vond hij geen gehoor. En ondertussen werden de klimaatvooruitzichten steeds grimmiger. Zodat Van Baal eind 2014 besloot het stuur opnieuw om te gooien en zelf zo’n grootaandeelhouder te worden.
Follow This
Follow This heeft naam gemaakt. Follow This-supporters hebben voor vijf miljoen euro Shell-aandelen gekocht. Dit aandelenpakket geeft de vereniging het recht om op de jaarlijkse aandeelhoudersvergaderingen resoluties in te dienen. Ook lobbyt Van Baal intensief onder andere grootaandeelhouders – zoals de Nederlandse pensioenfondsen, goed voor een kwart van de Shell-aandelen – om ze over te halen deze Follow This-resoluties te ondersteunen en zelf ook met Shell in gesprek te gaan over klimaatdoelen. Van Baals aandeelhoudersactivisme begint inmiddels effect te sorteren; Shell beweegt voorzichtig in groene richting. Sinds 2019 focust Follow This zich daarom op BP, Chevron en Equinor.
Eigen visie
Een groepje sponsors zorgt ervoor dat Van Baal zijn werk zonder geldzorgen kan voortzetten. Toch heeft hij het bord voor zijn kop soms nog hard nodig. ‘Want als je eenmaal in het systeem zit, moet je er wel voor zorgen dat je geen polderaar wordt. Je moet je eigen missie en visie wel steeds duidelijk voor ogen houden.’ Gelukkig vindt hij ook geregeld gelegenheid om te spreken voor een publiek dat ‘dezelfde mindset’ heeft: ‘Mensen die ook geloven dat je de wereld kunt veranderen, en zich daarbij niet afvragen of dat misschien tegen hun belangen in gaat. Zulke bijeenkomsten geven weer energie.’
Wat gaat Van Baal doen als hij zijn doel heeft bereikt en Big Oil de overstap naar hernieuwbare energie heeft gemaakt? O, zegt hij, hij kan altijd terug naar de journalistiek. ‘Hoewel…’ vervolgt hij, en zijn toon wordt haast dromerig; ‘Ik denk wel eens: straks hebben we ons helemaal vergist en is niet de klimaatverandering, maar de bijensterfte het grootste probleem van dit moment.’ Kortom, Mark van Baal is nog lang niet klaar met actievoeren.
Dit artikel van Anne Pek verscheen eerder in Genoeg Magazine. Deze versie is iets ingekort voor online gebruik.Foto’s: Anke Teunissen.
Wilma van Stek (61) houdt zich al langere tijd bezig met het klimaat. Met het oog op de toekomst heeft ze haar levensstijl aangepast om zo te denken aan het milieu, en zij moedigt anderen aan om hetzelfde te doen! Wij spraken met haar over hoe jij zelf een duurzame levensstijl kunt toepassen.
Wilma vertelt dat velen denken dat duurzame keuzes maken ingewikkeld of duur is, terwijl dat helemaal niet zo hoeft te zijn, benadrukt ze. ‘Je levensstijl veranderen hoef je echt niet perfect te doen. Alle kleine stappen die je wél zet helpen al. Als genoeg mensen zulke stappen maken, heeft dat toch impact. Ik wil mensen laten zien dat er veel mogelijk is zonder al te veel kosten te maken. Het is belangrijk om dichtbij jezelf te blijven en in je omgeving te kijken wat je kunt veranderen en hoe je anderen daarbij kunt inspireren’.
Anderen inspireren
Via onder andere haar website helpt Wilma anderen om een meer duurzame levensstijl te kiezen. Wilma: ‘Ik schrijf blogs op mijn website en ik geef coaching en training op dit gebied. In juli breng ik een boek uit waar ik ook tips deel om je levensstijl te verduurzamen. Een boek dat mij daarvoor erg heeft geïnspireerd is onder andere Verborgen Impact van Babette Porcelijn.’
Duurzame levensstijl
Berichten over klimaatverandering, verhogende uitstoot van broeikassen en vervuiling van de natuur hebben ervoor gezorgd dat Wilma heeft gekeken hoe ze haar levensstijl kon aanpassen. ‘Ik ben vegetarisch gaan eten, doe langer met mijn spullen en ik kijk kritischer naar wat ik koop. Ik kijk of ik wel echt nieuwe spullen nodig heb. Verder heb ik mijn huis helemaal verduurzaamd. Mijn huis is geïsoleerd en ik ben van het gas af. Ik heb een warmtepomp en zonnepanelen. Dat is dan wel een grotere investering waar je voor moet sparen’, vertelt ze. Wilma is zich ervan bewust dat niet iedereen hiervoor de middelen heeft. In haar boek belicht ze daarom ook vooral aspecten in het leven die eenvoudiger of goedkoper aan te passen zijn.
Foto: Wilma van Stek
Concrete tips
Maar hoe kan je je levensstijl op een simpele en milieuvriendelijkere manier verbeteren? Hierbij een aantal concrete tips van Wilma:
Let op je voeding. Kies er bijvoorbeeld voor om vegetarisch te gaan eten.
Verminder je energieverbruik, door gebruik te maken van groene stroom zoals van zonnepanelen.
Kijk kritisch naar je spullen voordat je iets nieuws koopt. Veel spullen verdwijnen namelijk in de kast, zonder je er meer naar omkijkt.
Koop verzorgingsspullen die geen microplastic bevatten. Met de app Beat the microbead kun je de labels van producten scannen en zien of het product microplastic bevat.
Kijk bij het kopen van producten naar de duurzame variant of merken waarbij natuurlijke ingrediënten worden gebruikt.