Goed nieuws: meer natuur voor Zuid-Holland

Het plan om 128 hectare nieuwe natuur aan te leggen in Zuid-Holland, grenzend aan het Staelduinse Bos, gaat definitief door. Dat is een enorme winst voor de regio, waar natuur erg schaars is. De komende jaren wordt de Bonnenpolder omgevormd tot een toegankelijk natuurgebied, met ruimte voor natuurbegraven.

Jarenlange wens

Na meer dan 25 jaar onduidelijkheid is er eindelijk een definitief plan voor de toekomst van de Bonnenpolder, één van de laatst overgebleven groene polders in Hoek van Holland. De Bonnenpolder blijft open en groen en wordt toegankelijker voor publiek. Deze wens leeft al jaren bij de gemeente Rotterdam, provincie Zuid-Holland en ook bij veel bewoners. Door het initiatief van Stichting Het Zuid-Hollands Landschap, Natuurbegraven Nederland en Vereniging Natuurmonumenten wordt deze nu werkelijkheid.

Positieve uitspraak

Het bestemmingsplan Oranjebonnen werd in september 2021 vastgesteld door de gemeenteraad van Rotterdam. Tegen het bestemmingsplan gingen 4 partijen in beroep. De partijen zijn op 23 mei 2024 gehoord tijdens een zitting van de Raad van State. Deze concludeert na bestudering van de bezwaren dat het plan op alle aspecten goed en volledig is onderzocht en dat voorbereidingen en procedures zorgvuldig zijn verlopen. Daarmee is het bestemmingsplan onherroepelijk verklaard en mag de 128 hectare natuur ontwikkeld worden.

Impuls voor biodiversiteit

De Bonnenpolder grenst aan natuurgebied het Staelduinse Bos, dat hierdoor in omvang ruim wordt verdubbeld. Bisschops: ‘Het te drukbezochte Staelduinse Bos wordt ontlast doordat er ook in de polder meer wandelpaden bijkomen. Dat is heel wenselijk, want er is in Zuid-Holland behoefte aan veel meer natuur in combinatie met recreatieruimte.’ Het Zuid-Hollands Landschap en Natuurbegraven Nederland gaan het nieuwe gebied beheren. Het gebied ligt tussen de Hollandse Duinen en Midden-Delfland en geeft een impuls aan het natuur- en recreatienetwerk van de provincie.

Het belang van het versterken van de natuur wordt steeds groter. De Bonnenpolder zal zich de komende jaren ontwikkelen tot een aantrekkelijk gebied met bloemrijke graslanden, een duinbos en moeraszones vol kleur en leven.

Plattegrond van de nieuwe natuur in Zuid-Holland
Plattegrond van het nieuwe natuurgebied, grenzend aan het Staelduinse Bos. Foto: Zuid-Hollands Landschap

Natuurbegraven

Een gedeelte van het natuurgebied, 30 hectare, gaat ruimte bieden aan mensen die een laatste rustplaats willen in de natuur. Natuurbegraven Nederland ontwikkelt al ruim 10 jaar natuurgebieden met ruimte voor natuurbegraven. Zij doen dat in samenwerking met Natuurmonumenten. Met dit plan wordt in de Bonnenpolder de zevende natuurbegraafplaats gerealiseerd, die voor altijd natuur blijft dankzij de eeuwige grafrust. Roy van Boekel, directeur Natuurbegraven Nederland: ‘Er is overal, maar vooral in deze drukbevolkte provincie, behoefte aan meer natuur. Het is prachtig dat we dankzij de gezamenlijke ambitie en door natuurbegraven mogelijk te maken, extra betekenis aan nieuwe natuur kunnen toevoegen.’

Vervolg

De komende periode wordt het projectplan uitgewerkt tot een definitief ontwerp. De voorbereidingen hiervoor zijn al in gang en de eerste werkzaamheden in het gebied starten naar verwachting begin 2025. Na de zomer van 2024 lichten de betrokken partijen de planning van de werkzaamheden toe aan de omgeving tijdens een informatieavond.

Meer nieuws

Duurzame boeren ontvangen vanaf volgend jaar meer geld van supermarkten

Supermarkten gaan boeren die melk, groenten en fruit duurzaam produceren meer betalen vanaf 2025. Deze afspraken zijn gemaakt tussen een aantal grote supermarktketens en het keurmerk On the way to PlanetProof. Dit keurmerk strijdt al sinds 2017 voor een eerlijkere compensatie voor duurzame telers. Het gaat in totaal om zo’n 3.000 boeren die volgens de eisen van het keurmerk produceren.

Betalingsregeling

Producten die op duurzame wijze worden geteeld volgens de eisen van het PlanetProof keurmerk ontvangen vanaf nu dus een betere compensatie. Dit houdt in dat de onkosten die boeren maken om duurzaam te zijn, bijvoorbeeld door het gebruiken van mechanische onkruidbestrijding in plaats van chemische, worden vergoed. Voorheen waren deze kosten voor de boer voor eigen rekening, waardoor de kosten vaak hoger opliepen en het minder aantrekkelijk was om duurzame oplossingen te gebruiken. Volgens Stefanie de Kool, van Stichting Milieukeur, beheerder van het keurmerk PlanetProof worden de compensaties die de boeren moeten krijgen voor hun duurzame oplossingen onafhankelijk vastgesteld en worden deze op transparante wijze aan de boer betaald.

Tip: meer lezen over boeren die het anders aanpakken? Lees dan dit interview met boerin Mieke.

Lange weg

Het keurmerk bestaat al sinds 2017 maar het is dus nu pas gelukt om deze eerlijke betalingsregeling van de grond te krijgen. Volgens De Kool komt dit vanwege de mededingingswetgeving. Dit maakte het eerder lastiger om bepaalde prijsafspraken te maken tussen de boeren en de supermarkten, maar omdat deze wet door de Europese Unie onlangs werd aangepast en daarmee versoepeld, werden deze afspraken ineens wel mogelijk.

Hoewel bijna alle grote supermarkten meedoen met de afspraken en het keurmerk, ontbreekt de grootste supermarkt van Nederland. Albert Heijn heeft zijn eigen keurmerk en doet daarom niet meer met On the way to PlanetProof. Volgens Frits Kremer, voorzitter van Kennisnetwerk FoodNet, is dat een flink gemis. In gesprek met NPO Radio 1 vertelt hij dat het keurmerk en de prijsafspraken een mooie vooruitgang zijn, maar dat het ontbreken van Albert Heijn nog een flinke kanttekening is. Hij hoopt dat beide keurmerken samen kunnen integreren waardoor er één duidelijk keurmerk komt, zodat het makkelijker en duidelijker wordt voor de consument. 

Kosten voor de consument

De prijsafspraken betekenen dat de supermarkten in veel gevallen meer gaan betalen voor hun duurzame producten, betekent dit voor de consument dan ook hogere prijzen? Volgens De Kool is er door de supermarkten niet duidelijk gecommuniceerd hoe zij deze prijsstijgingen gaan oppakken, maar ook al zouden de supermarkten deze doorberekenen aan de consument, dan zou de prijsstijging niet hoger zijn dan 2 of 3 procent. Als zo’n prijsstijging er komt, is het nog de vraag of de consument bereid is om dit te betalen in ruil voor duurzaam geteelde producten en een eerlijke vergoeding voor de boer.

Verandering

Het keurmerk zet met deze stap hopelijk een mooie verandering in gang. Er was voorheen nauwelijks een verdienmodel voor boeren die duurzaam willen telen. De prijsafspraken laten zien dat duurzaamheid ook winstgevend kan zijn en hopelijk worden hiermee meer boeren gestimuleerd om de stap naar duurzaamheid te maken.

Bronnen: Radio 1, Een Vandaag.

Foto: Nederlands boerenbedrijf in Breskens. Foto: Tom De Decker via Pexels.

Meer nieuws

Steeds meer investeringen in schone energie

Er wordt steeds minder geïnvesteerd in fossiele brandstoffen als energiebron. Dit blijkt uit onderzoek van International Energy Agency (IEA). Volgens IEA is er in 2023 meer geïnvesteerd in duurzame energiebronnen als zonnepanelen, windturbines, batterijen en warmtepompen. Minder ontwikkelde landen lopen nog wel achter als het gaat om het gebruik van schonere energie.

In een nieuw rapport van het International Energy Agency (IEA) staat dat in 2023 met zeventig procent meer is geïnvesteerd in energie uit herbruikbare bronnen ten opzichte van 2022. Het gaat hierbij om zonne- en windenergie, batterijen, elektrolyse en warmtepompen. De reden dat er meer is geïnvesteerd in schone energie is omdat fossiele brandstoffen steeds duurder worden. De oorlog in Oekraïne is hier ook een oorzaak van, fossiele brandstoffen als olie en gas zijn daardoor steeds schaarser geworden, waardoor er opzoek wordt gegaan naar duurzame alternatieven.

Zonne-energie en batterijen grote aanwinst 

Er is vooral meer geïnvesteerd in zonne-energie. In 2023 zijn de uitgaven voor de productie van zonne-energie verdubbeld ten opzichte van 2022. Hierdoor is de productiecapaciteit van zonnepanelen al op weg naar wat het in 2030 zou moeten zijn. Naast zonne-energie worden batterijen ook steeds vaker gebruikt als energiebron.

Vooral in China wordt er veel geëxperimenteerd met duurzame energie, met name als het gaat om zonnepanelen. Zij beheren momenteel 80 procent van de wereldwijde productiecapaciteit. Europa en de Verenigde Staten zouden volgens het rapport in 2030 15 procent van de capaciteit bereiken.

Nederland meer duurzaam

In Nederland wordt ook steeds meer gekozen voor hernieuwbare energiebronnen. Uit cijfers van het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS) blijkt dat in 2023 48 procent van de energieproductie van herbruikbare energiebronnen kwam zoals zon, wind en water. De elektriciteitsproductie uit hernieuwbare bronnen steeg, terwijl het gebruik van fossiele bronnen daalde.

Fossiele brandstoffen

Toch is er ook een kanttekening te plaatsen bij het goede nieuws. De vraag naar fossiele brandstoffen blijft namelijk hoog, ondanks dat er steeds meer wordt geïnvesteerd in duurzame energie. Daarnaast is het voor minder ontwikkelde landen lastiger om te investeren in schonere energie. Uit eerder onderzoek van IEA blijkt dat dit heeft te maken met het beleid, er worden namelijk veel subsidies gegeven voor fossiele brandstoffen. Daarnaast spelen hoge rentepercentages en het verhogen van de kosten voor duurzame energie een rol.

Meer nieuws

Onderzoek: levende schimmel kan plastic in oceaan afbreken

In een onderzoek, waar ook Nederlandse wetenschappers aan hebben meegewerkt, is gebleken dat een nieuwe schimmel plastic afval in de zee deels kan afbreken. Het gaat hierbij om (micro) plastic dat zich hoog in het zeewater en oppervlakte bevindt. Onderzoekers zijn positief gestemd en denken zelfs dat er in de diepere delen van de oceaan meer schimmels zijn die het plastic in de zee kunnen weghalen.

Plastic afval

Er is veel plastic afval in de zee. Volgens onderzoek van de Universiteit Utrecht gaat het om 3,2 miljoen ton plastic. Plastic vergaat niet. Dieren kunnen verstrikt raken in het plastic of zien het plastic aan voor voedsel. Grote stukken plastic kunnen makkelijk uit de oceaan gehaald worden, maar dit geldt niet voor microplastics. Microplastics zijn kleine stukjes plastic die voor de mens onzichtbaar zijn, maar wel schade kunnen aanbrengen aan de natuur. Dieren eten de microplastics, waardoor het ook in ons eten terechtkomt. De effecten van microplastics op onze gezondheid zijn nog wel onduidelijk.

Onderzoek nieuwe schimmel

Een nieuw onderzoek dat verscheen in het blad Science of the Total Environment lijkt een doorbraak te zijn voor het plastic afval in de oceaan. Een internationaal team van onderzoekers, waaronder ook Nederlandse wetenschappers van het NIOZ (Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee) en de Universiteit Utrecht, ontdekte een schimmel in de gyre in de Noordelijke Stille Oceaan die leeft op dunne laagjes plastic afval. De schimmel genaamd Parengydontium album blijkt polyetheen (PE) te kunnen afbreken, dit is het meest voorkomende type plastic in de oceaan. Polytheen wordt onder andere gebruikt om plastic tasjes en flesjes te maken. Voordat het afgebroken kan worden, moet het wel eerst blootgesteld zijn aan Uv-licht. Uit resultaten blijkt dat het voor zeeschimmels dan makkelijker is om het plastic af te breken.

Diepere delen van de oceaan

Een groot deel van het plastic afval dat in de oceaan belandt, blijft niet alleen op de oppervlakte. Het plastic dat naar de diepere delen van de oceaan zakt, kan de schimmel niet afbreken. Naast de schimmel Parengydontium album zijn er nog vier andere zeeschimmels bekend die plastic kunnen afbreken. Onderzoekers blijven daarom hoopvol dat er ook in de diepere delen van de oceaan een schimmel bestaat die ook dat plastic uit de oceanen kan weghalen.

Voorkom plastic afval

Het beste is om plastic afval in de zee te voorkomen. En ook al lijkt dat lastig en kan het niet altijd helemaal perfect, zijn er toch simpele dingen die je kunt om plastic afval in de oceaan te voorkomen.

  • Ruim je afval altijd op: Het is een simpele tip, maar wel een belangrijke! Ben je een dagje weg en ga je naar het strand? Ruim je afval altijd op en kijk om je heen voor afval van anderen. Juist het zwerfafval dat blijft liggen is een grote boosdoener voor de oceaan.
  • Beach-clean up: Jaarlijks wordt op veel plekken een beach-cleanup georganiseerd. Samen met grote groepen vrijwilligers zorg je ervoor dat de stranden weer schoon zijn van plastic en ander afval dat daar niet thuishoort.
  • Herbruikbare producten: Zorg thuis ook voor minder plastic afval door gebruik te maken van herbruikbare producten. Je hebt hierdoor minder afval en kunt langer met een product doen.
  • Producten van zwerfafval: Je kunt organisaties supporten door producten te kopen die van plastic afval gemaakt zijn. Zo kun je t-shirts, armbandjes, tassen en waterflesjes kopen. Het opgehaalde geld wordt gedoneerd aan organisaties die zich bezighouden met het opruimen van zwerfafval op stranden.
  • Zero-waste-winkelen: In de winkel zijn veel producten verpakt in plastic. Bij een zero-waste winkel is dat niet het geval, alle producten zijn plasticvrij. Je neemt je eigen bakje of fles mee naar de winkel en vult dit met de producten die jij nodig hebt. De producten worden gewogen en zo wordt de prijs bepaald. Zo heb je geen losse afvalverpakkingen.

Hoofdfoto via Pexels

Meer nieuws

Positieve ontwikkeling: schonere lucht door minder fijnstof

Er zit minder fijnstof in de lucht, bomen en planten vangen steeds minder fijnstof op. Volgens cijfers van het CBS is de lucht steeds schoner van fijnstof geworden. Dit is een positieve verandering. Fijnstof is namelijk schadelijk voor onze gezondheid en kan bij veel mensen voor klachten zorgen.

Volgens cijfers van het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS) daalde de hoeveelheid schadelijke fijnstofdeeltjes die de bomen en planten afvangen tussen 2013 en 2021 met ruim een derde. Bomen en planten filteren de stofdeeltjes uit de lucht. De daling komt vooral doordat de lucht in 2021 schoner is geworden ten opzichte van 2013. Volgens het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) is de lucht is schoner door verschillende maatregelen. Zo zijn auto’s nu vaker voorzien van een roetfilter, moet de industrie emissies die uit de productie vrijkomen filteren, en zijn stallen in de veehouderij voorzien van filters die het fijnstof uit de lucht halen.

Gezondheid

Fijnstof is schadelijk voor onze gezondheid. Mensen met astma of hart- en vaatziekten kunnen naast hun eigen klachten ook extra klachten krijgen, maar ook mensen zonder gezondheidsklachten kunnen tijdelijke of blijvende klachten krijgen, zoals droge ogen, hoesten of kortademigheid. Dat de lucht schoner is en de natuur steeds minder fijnstof afvangt, is dus een positieve ontwikkeling voor ons welzijn.

Toch blijven er ook andere risico’s voor onze gezondheid. Chemische bestrijdingsmiddelen ook wel pesticiden genoemd, en PFAS zijn schadelijke stoffen en komen steeds vaker terecht in de natuur. Vooral bij land- en akkerbouw worden de middelen gebruikt om planten en schimmels te doden, maar dit komt ook terecht in de lucht waardoor wij deze stoffen ook inademen. De gevolgen voor mens en dier zijn nog onduidelijk, maar dat het slecht is voor de biodiversiteit is zeker. Zo is er een zekere afname van insecten en een duidelijke achteruitgang van vogels. Voor PFAS geldt hetzelfde, ook deze stof is meer aanwezig in de lucht, deze schadelijke stof vormt een bedreiging voor de gezondheid van mens en milieu. Zo kan het onder andere effect hebben op het immuunsysteem en de cholesterol in het bloed.

Stedelijk groen

Nu even terug naar de verminderde fijnstof. Bosgebieden zijn belangrijk voor het opvangen van fijnstofdeeltjes. Hoeveel fijnstof wordt afgevangen verschilt per type natuur en ecosysteem. Het stedelijk groen neemt de minste fijnstof op, maar ook deze bomen en planten zijn belangrijk. De meeste mensen wonen namelijk in een stad of dorp. Hierdoor profiteren juist op in dit soort gebieden meer mensen van minder fijnstof in de lucht, dan in gebieden waar minder mensen wonen, maar waar juist meer natuur is. Gelderland en Noord-Brabant leveren bijvoorbeeld het hoogste aantal fijnstof afvang. Beide provincies hebben namelijk relatief veel bosgebieden.

Wat kun je zelf doen tegen minder luchtvervuiling?

Ondanks dat er minder fijnstof in de lucht zit, is het nog steeds goed om rekening te houden met luchtvervuiling. Zeker als het gaat om je eigen gezondheid of dat van een ander. Hierbij delen wij daarom een paar simpele tips met wat je kunt doen tegen luchtvervuiling en hoe je er zelf voor kunt zorgen dat je minder schadelijke stoffen binnenkrijgt.

  • Route met minder verkeer: Ga je een stukje wandelen of fietsen? Vermijd drukke wegen en kies voor een rustige weg of vertrek op een ander tijdstip. Dit zorgt ervoor dat je minder schadelijke stoffen binnenkrijgt.
  • Huis ventileren: Het is belangrijk om je huis goed te blijven ventileren. Er kan namelijk ook vervuiling ontstaan door koken en het stoken van hout. Zorg er daarom voor dat je je ramen en ventilatieroosters openhoudt.
  • Kies voor alternatief vervoer: een auto zorgt voor fijnstof in de lucht. Pak de fiets voor de kortere stukken of ga met het openbaar vervoer als je iets verder weg moet zijn.   
  • Minder hout stoken: Hout stoken zorgt voor veel fijnstof in de lucht, kies er daarom vaker voor om de open haard of vuurkorf uit te laten. 

Hoofdfoto via Pexels

Meer nieuws