In Nederland worden jaarlijks veel nieuwe kledingstukken gekocht, maar ook weer weggegooid. De kledingindustrie is enorm vervuilend voor het milieu. Een groot deel van het textiel is namelijk niet recyclebaar en wordt dus vernietigd als het niet wordt verkocht. Hoe voorkom je dat je weer snel nieuwe kleding moet kopen die je eigenlijk nog makkelijk kunt dragen?
Zo gaat jouw kleding langer mee
De textielindustrie is erg schadelijk voor het milieu. Het is dus belangrijk dat we minder kleding kopen en langer met onze eigen kleding kunnen doen. Maar hoe zorg je ervoor dat je kleding minder snel slijt of slecht wordt? Wij geven een paar tips!
Minder wassen: Was kleding niet te vaak. Hoe vaker je een bepaald kledingstuk wast hoe sneller de kleding gaat slijten of de kleur vervaagt. Wil je dat je kleding snel weer fris is zonder het te snel te hoeven wassen? Laat het even buiten luchten of gebruik een droogspray. Zo kun je snel je kledingstuk snel weer dragen!
Lees het waslabel: Een simpele tip is het lezen van het waslabel, zo zie je meteen hoe jouw kleding gewassen moet worden. Sommige kleding gaat namelijk krimpen en kan daardoor niet op elke temperatuur gewassen worden.
Strijken: Je kunt niet alle kleding strijken. Op het waslabel kun je zien welke temperatuur van strijken de kleding aankan. Verder kun je je kleding het beste binnenstebuiten strijken zodat de print langer mooi blijft.
Geen droger: Vermijd de droger en laat jouw kleding aan de lucht drogen. Zo behoud je langer de kwaliteit van de kleding en is de energierekening ook lager! Kijk wel goed waar je de kleding ophangt, in de zon kan jouw favoriete shirtje weer sneller verkleuren.
Kleding repareren: Is er iets kapot aan je kleding? Dit is een inkopper en toch vergeten we deze optie vaak: repareer je kleding zelf of kijk of iemand anders je hierbij kan helpen. Je kunt natuurlijk ook naar een kleermaker gaan. Denk aan knopen die los zitten of ontbreken of een kapotte rits. Door dit te repareren is jouw kleding weer zo goed als nieuw!
Kleding opbergen: Kijk hoe je je kleding opbergt in de kast nadat je het hebt gewassen. Kleding met een rekbare stof kun je het beste opvouwen, terwijl je de kleding die sneller kreukt beter kunt ophangen. Zo zorg je ervoor dat de kleding langer de pasvorm behoudt.
Upcyclen: Kleding upcyclen is een manier om jouw oude of versleten kleding weer een nieuw leven te geven! Als je wat op het internet rond speurt naar ideeën vind je snel goede projecten om mee aan de slag te gaan. Maak bijvoorbeeld jouw oude jeans leuker door er bloemetjes op te borduren of het een andere kleur te verven.
(Duurzaam) wasmiddel: Behoud de kwaliteit van je kleding langer door het gebruik van het juiste wasmiddel. In veel wasmiddel zit enzymen, dit is een eiwit die in wasmiddel veel wordt gebruikt om vlekken te verwijderen. Enzymen kunnen de vezels van bepaalde stoffen beschadigen, zoals bijvoorbeeld dat van wol. Kijk daarom naar een (duurzaam) wasmiddel dat geschikt is voor de stof van jouw kleding.
Impact op milieu
Het produceren van textiel heeft een enorme impact op het milieu. Voor het maken van één katoenen T-shirt is grond nodig voor de katoenteelt en daarnaast veel water. Voor de productie van kleding wordt schoon (drink)water gebruikt. Het water wordt enorm verontreinigd door de verf en andere middelen die worden gebruikt voor de afwerking van het textiel. Daarnaast is de kledingindustrie verantwoordelijk voor 10 procent van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen. Dit is meer dan de internationale vluchten en scheepsvaart in de Europese Unie samen.
Vernietiging textiel
De fast-fashion industrie heeft een enorme invloed als het gaat om hoeveel kleding er wordt gemaakt en wordt weggegooid. Een item in de winkel wordt in een korte tijd veel verkocht, omdat het een trend is. Als zo’n ‘trend’ voorbij is, blijven kledingwinkels met deze kleding zitten. In heel Europa wordt zo’n 260 duizend ton aan kleding vernietigd. Het gaat hierbij om kleding die wordt weggegooid en niet recyclet kan worden, of kleding die in de winkels niet verkocht kan worden. Toch zijn er ook steeds meer regels bijgekomen. Zo zijn kledingwinkels -en merken sinds juli 2023 verantwoordelijk voor inzamelpunten waar je kapotte kleding kunt brengen zodat grondstoffen gerecycled kunnen worden.
Met nog geen veertig kledingstukken in je kast er steeds verrassend uitzien, het is een kunst. Maar het kan! In het boek ‘De capsulegarderobe’ doet stylist Leoni Huisman uit de doeken hoe je zo’n overzichtelijke en tegelijkertijd veelzijdige collectie kiest uit je totale kledingbezit. Wij delen in het kort de 7 stappen met je. Leve de Capsulegarderobe!
Voorbereiding
Zorg dat je in een goede bui bent als je begint met het samenstellen van je capsulegarderobe. Focus alleen op het huidige seizoen en belangrijk: neem er de tijd voor. Maak het leuk voor jezelf!
Stap 1 Inventariseren
Haal alle kleding die je dit seizoen zou kunnen dragen uit je kast en leg die op je bed. En dan bedoel ik echt alle kleding: niet alleen je favoriete spijkerbroek, maar al je spijkerbroeken. Ook de spullen die je niet meer draagt, miskopen, gehavende items, enzovoort. Leg alles bij elkaar wat je het komende seizoen zou kunnen aandoen.
Stap 2 Je bewaarcollectie
Alle kleding die je de komende drie maanden niet gaat dragen, hoort nu bij je ‘bewaarcollectie’. Die haal je uit je kast en leg je apart. Bij stap 7 berg je de bewaarcollectie pas echt op. Je kledingkast is nu leeg, op ondergoed, sportkleding, loungewear en pyjama’s na. Die horen dus niet bij je capsule!
Verdeel al je kleding in maximaal zeven stapels, op kleur. Heb je meer dan 7 kleuren, dan kun je ze samenvoegen in een ‘kleurfamilie’. Heb je kleding die nergens bij past, houd die dan apart. Selecteer nu van elke kleurstapel één bottom en twee tops, tot je zeven van zulke drietallen hebt gevormd. Dit is je ‘Schijf van 7’.
Stap 4 Voeg blijmakers toe
Je basis is klaar, je Schijf van 7. Nu mag je nog zeven extra items toevoegen. Het maakt niet uit van welke stapel. Ook die ene stapel met losse kledingstukken doet nu mee. Het maakt niet uit wat je pakt. Als het maar ‘blijmakers’ zijn, kledingstukken die je dit seizoen echt niet wilt missen.
Stap 5 Selecteer vijf paar schoenen en drie buitenjasssen
Vijf paar schoenen voelt misschien als weinig, maar we hebben het over vijf paar schoenen voor een seizoen, dus drie maanden. Dat is voldoende om verschillende moods te creëren. Hierbuiten vallen: sportschoenen, schoenen voor extreme weersomstandigheden, en schoenen voor speciale gelegenheden zoals een bruiloft. Wat de drie buitenjassen betreft: selecteer drie soorten jassen. Bijvoorbeeld een lange, een korte en een middellange. De ervaring leert dat drie jassen voor drie maanden genoeg is.
Stap 6 Combinaties maken
Nu kun je gaan experimenteren met je collectie. Verzin nieuwe combinaties met de stukken uit je capsule. Pas outfits voor de spiegel en wissel zo nodig nog een kledingstuk om. Laat je verrassen door een nieuwe combinatie die zowaar werkt. Heb je altijd veel kleding en vind je het moeilijk om keuzes te maken? Dit is je eerste capsule, wees vooral niet te streng voor jezelf.
Stap 7 Opbergen & inhangen van je capsulegarderobe
Je bergt nu je bewaarcollectie op. Dat is de kleding van dit seizoen die je niet hebt geselecteerd, samen met alle kleding voor de andere seizoenen. Je kast is schoon en leeg. En dan komt nu het leukste gedeelte. Je eerste eigen fijne kleine capsulegarderobe in je kast hangen en leggen!
Boek: De capsulegarderobe
Wil je meer lezen over dit onderwerp en wil je alle tips kennen voor het samenstellen van de ideale capsulegarderobe? Lees dan het boek ‘De capsulegarderobe‘ van Leoni Huisman!
Dit artikel maakt deel uit van de special ‘Goeie Kleren’ uit Genoeg 127. Foto boven bericht: Ron Lach via pexels.
Niemand wil een ‘vrek’ zijn. Maar wat is er mis met spaarzaamheid en zuinig zijn op je spullen? Niets, betoogt Genoeg-redacteur Anne Pek. Sterker nog: het kan zelfs bijdragen aan je welzijn.
Geuzennaam
Als vrek te boek staan: alleen mensen die niet geven om een sociaal leven, halen daar hun schouders bij op. Alle anderen worden toch liever gezien als gul en vrijgevig, want dat zijn eigenschappen waarvoor mensen elkaar waarderen. Niet zo vreemd: de bereidheid met anderen te delen is de lijm die de maatschappij bijeenhoudt. Een samenleving van louter vrekken ís geen samenleving.
Die negatieve bijklank verklaart waarschijnlijk ook waarom de lancering van de voorloper van de Genoeg dertig jaar geleden zoveel aandacht trok. De oprichters hadden hun blad namelijk deVrekkenkrant gedoopt en daar doken de media in 1992 massaal bovenop. Dat de titel met een knipoog was gekozen, had duidelijk niet iedereen begrepen. Zo suggereerde een tijdschrift dat de makers van de krant hun theezakjes na gebruik aan de waslijn hingen voor een tweede ronde. Ondertoon: bij zulke krenten ga je niet voor je plezier op visite.
Dit terwijl het echtpaar in kwestie – Rob van Eeden en Hanneke van Veen – zich tegenover anderen allesbehalve krenterig gedroeg. Ze staken veel tijd in allerlei idealistische activiteiten en schonken een flink deel van hun inkomen aan goede doelen. Maar inderdaad: dat ze zich dat konden veroorloven, kwam doordat ze voor zichzelf heel weinig uitgaven.
Hun spaarmethode was namelijk: schroef je alledaagse consumptie terug tot het punt dat het oncomfortabel begint te worden. Wat bijvoorbeeld betekende dat ze hun tanden poetsten met gehalveerde doses tandpasta, bij thuiskomst hun (tweedehands) jassen verwisselden voor een woonmantel, kort & koud douchten en pindakaas-potten tot het laatste likje leegden met een flessenschraper. Maar theezakjes voor hergebruik drogen? Nee. Losse thee liet zich immers veel zuiniger doseren.
Zo hield het spaarzame duo bakkenvol geld over, waardoor het minder kon gaan werken en meer aan anderen kon geven. Niet alleen in geld, maar ook in tijd en aandacht. Dat is meteen een van de grote inzichten die de hele internationale voluntary simplicity-beweging waarvan de Vrekkenkrant en Genoeg deel uitmaken, heeft opgeleverd: dat je door een zuiniger leefstijl op immaterieel gebied juist guller kunt zijn dan mensen die op grote voet leven. En andersom: dat gierigheid zich ook kan uiten in geen tijd en aandacht vrijmaken voor anderen, omdat dat botst met het streven naar materieel gewin.
Kennelijk werd het Van Eeden en Van Veen zelf ook al snel duidelijk dat het woord ‘vrek’ niet echt paste bij hun idealistische onderneming. In 1994 brachten ze hun krant onder in de stichting Zuinigheid met Stijl. En in 1997, dit jaar dus een kwart eeuw geleden, ging het blad in een andere vorm en onder een andere eigenaar door onder de naam Genoeg, ‘voor iedereen die meer wil doen met minder’.
Laatste mode
Zuinig leven en gul geven kunnen dus prima samengaan, en spaarzaamheid staat niet per se gelijk aan ziekelijke schraapzucht. Dat is niet iets wat alleen in kringen van consuminderaars bekend is. Het komt bijvoorbeeld ook naar voren uit een discussie op de webpagina Goeievraag.nl. Daar werd een paar jaar geleden de vraag gepost of er verschil was tussen gierigheid en zuinigheid. Anders dan de journalisten die in 1992 de spot dreven met de voorganger van de Genoeg, bleken de bezoekers van deze site dat goed aan te voelen.
Zoals een van hen het verwoordde: ‘Als je zuinig bent, kun je goed met je geld omgaan en weet je te sparen voor zaken die er (voor jou) echt toe doen, zonder een ander tekort te doen. Als je gierig bent, heb je in principe wel wat te besteden, maar ben je te beroerd om dit te delen met een ander – maar niet te beroerd om wel wat van een ander aan te nemen.’
Ook uit onderzoek is gebleken dat spaarzaamheid niet per se betekent dat je anderen niets gunt. Volgens onderzoeksbureau Motivaction, dat vier financiële types onderscheidt, gaan beide trekjes zelfs opvallend vaak samen bij een van die vier types: de Regelaar.* Deze gaat op geldgebied heel planmatig te werk en leeft vaak sober, maar geeft tegelijkertijd van alle types het meest aan goede doelen. Regelaars zijn dus zuinig als het gaat om persoonlijke uitgaven, en in de kroeg zijn het waarschijnlijk niet de gasten die de meeste rondjes geven (of aannemen!). Maar als het om donaties aan ideële organisaties gaat, zijn ze allesbehalve schraperig.
Dit in tegenstelling tot een type als de Trendsetter. Mensen die tot deze groep behoren, laten het graag breed hangen – ze hebben altijd de laatste mode en het nieuwste mobieltje –, maar ze staan niet bepaald te trappelen om een rondje te geven in de kroeg of te doneren aan een goed doel. Hun gulheid komt dus vooral henzelf ten goede. Tenzij het bijdraagt aan hun imago; dan zijn ze nog wel bereid tot gulle donaties, want status is voor hen belangrijk.
Een mooi voorbeeld van zo’n donatie is de nieuwe vleugel van museum Singer Laren, waarin sinds voorjaar 2022 de privé-kunstcollectie van miljardair Els Blokker-Verwer wordt getoond. De weduwe van Jaap Blokker schonk in 2017 al haar 117 schilderijen aan het museum en leverde tevens een flinke financiële bijdrage aan de nieuwbouw. De opening daarvan was een society event van jewelste: prinses Beatrix kwam de vleugel openen en Els Blokker werd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau benoemd. Alles even prachtig, maar wie de bedrijfsreviews op vacaturesite Indeed kijkt, ontkomt niet aan de indruk dat het fortuin van de Blokkers gegrondvest is op uitermate schraperig werkgeverschap.
Stress en schaamte
Oké dan: misschien zijn mensen die met geld smijten dus niet per definitie genereus, en mensen die zuinig leven dus niet per definitie gierigaards. Maar ook als spaarzame types net zo vaak of misschien zelfs wel meer bijdragen aan het welzijn van anderen: van al die beperkingen moeten ze in ieder geval zélf toch wel ongelukkig worden?
Ook dat blijkt bij nadere beschouwing niet het geval. Tenminste, niet bij álle spaarzame mensen, want bij een deel van hen spelen negatieve gevoelens natuurlijk wel een rol. Dat geldt in de eerste plaats voor mensen die getroffen zijn door absolute armoede. Hun spaarzaamheid is geen vrije keuze, maar is ze opgelegd door de omstandigheden. Daardoor gaan financiële handelingen bij hen vrijwel altijd gepaard met stress en vaak ook schaamte.
Daarnaast zijn er echter ook mensen die tot spaarzaamheid worden gedreven door het feit dat ze het ronduit onaangenaam vinden om geld uit te geven. Oók als ze daar ruim voldoende van bezitten. Amerikaanse onderzoekers kwamen in 2008 tot de conclusie dat sommigen daar namelijk letterlijk píjn bij ervaren! Ook in dat geval heeft spaarzaamheid dus een negatieve drijfveer. Tightwads noemen de onderzoekers deze groep. In goed Nederlands: vrekken.
Waarom staat gedrag dat niet alleen goed is voor milieu en klimaat maar ook nog eens bijdraagt aan je welzijn en financiële onafhankelijkheid, niet veel hoger aangeschreven?
Bij een andere groep spaarzame types bleken negatieve drijfveren echter nauwelijks een rol te spelen, en positieve des te meer. Volgens de onderzoekers leverde spaarzaam gedrag hen vooral een goed gevoel op. Frugal noemen de onderzoekers deze mensen. In het Nederlands wordt dat doorgaans vertaald als sober.
In 2015 bogen Spaanse onderzoekers zich over dit sobere mensentype en wisten ze de vinger te leggen op de precieze bron van dat interne jubeltje. Het bleek te gaan om de sensatie van resourcefulness. In het Nederlands wil dat zo veel zeggen als jezelf ervaren als vindingrijk. Mensen die ‘resourceful’ zijn, weten dat ze zelfredzaam zijn en daardoor lastige situaties aankunnen. Wat natuurlijk een heel prettig besef is. Het draagt bij aan zelfvertrouwen en stressbestendigheid. En bingo: een flink deel van de genoegers heeft dat dus om de haverklap.
Nette mensen
Al met al is het best vreemd dat spaarzaam zijn in onze samenleving zo’n slechte naam heeft. Waarom staat gedrag dat niet alleen goed is voor milieu en klimaat maar ook nog eens bijdraagt aan je welzijn en financiële onafhankelijkheid, niet veel hoger aangeschreven?
Dit is des te vreemder als je weet dat een sobere, ingetogen levensstijl in Nederland een eeuw geleden juist als uitermate beschaafd gold. Verkwistend gedrag was iets voor parvenu’s; ‘nette mensen’ waren zuinig op hun spullen. In haar boek Leven op stand (1998) beschrijft historica Ileen Montijn hoe het ook in de hogere kringen begin twintigste eeuw heel normaal was om versleten lakens in de lengte door te knippen en met de buitenranden weer aan elkaar te zetten, en bij de lunch ‘schoteltjes’ te serveren waarin etensresten creatief waren verwerkt. Aan dat laatste danken we gerechten als de kroket en ‘filosoof’, een ovenschotel waarin vleesrestjes worden opgebakken onder een laag overgebleven aardappels.
Zuinig stoken gold toen ook als heel gewoon: zelfs in de Amsterdamse grachtengordel waren de woonkamers niet warmer dan een graad of 18. Aan de jeugdherinneringen van een vrouw uit een illustere Amsterdamse juweliersfamilie ontleent Montijn de anekdote dat de kinderen hun voeten ’s winters warm hielden in een voetenzak die was gevuld met oude kranten. Moeder had voor elk kind een eigen zak genaaid. Zoiets zie je hedendaagse grachtengordelouders niet snel doen.
Wanneer zijn we de gedachte kwijtgeraakt dat zuinigheid een deugd was? Wanneer zijn we gevallen voor de gedachte dat veel geld verdienen én uitgeven zo’n beetje het centrale kenmerk van succes is?
In 2012 publiceerde het Centraal Bureau voor de Statistiek een onderzoek dat daar een idee van geeft. De auteurs constateerden dat Nederlanders in de voorgaande vier decennia waren opgeschoven ‘van economische burgerlijkheid (Plicht) naar consumptief hedonisme (Plezier)’. Volgens hen was het aantal mensen in Nederland dat er ‘sterk hedonistische waarden’ op nahoudt, toegenomen van ongeveer 50 procent in 1980 tot 79 procent in 2011. Nog tot eind jaren zeventig had de helft van de bevolking je dus begripvol toegeknikt als je vertelde dat je al vijf jaar dezelfde winterjas droeg en de thermostaat op 18 had staan.
Tip: Sober leven was een eeuw geleden nog heel gewoon, ook in de hogere kringen. Benieuwd naar enkele voorbeelden van spaarzaam gedrag, dat we zonder veel moeite weer kunnen oppikken? Die lees je in dit artikel met praktische tips!
Dit is een ingekorte versie van het artikel door Anne Pek dat eerder in Genoeg Magazine verscheen.
Wil jij je ecologische voetafdruk verkleinen? Hoewel we van alle kanten worden verleid om alsmaar meer te willen, kun je er ook voor kiezen om bewust minder te kopen. Consuminderen brengt je tijd, geld, vrijheid en hoofdruimte. Wij delen 7 handige tips om minder te kopen.
1: Kledingruilen
In plaats van nieuwe kleding te kopen, kun je ook een kledingruil-feest organiseren met vrienden, familie of buren. Dit geeft niet alleen bestaande kledingstukken een nieuw leven, maar het is ook een leuke sociale activiteit. Neem allemaal wat lekkers te eten en drinken mee en je hebt zeker een geslaagde dag! Er zijn ook mooie initiatieven, zoals de Clothing Loop, waarbij je in jouw buurt kleding kunt ruilen met anderen. Een tas met oude en goede kleding gaat van hand tot hand. Zit er iets voor jou bij, dan haal je dat eruit. En je stopt jouw ongedragen items erin voor een volgende. Als dat niet circulair is?
2: Minimalistische levensstijl
Dit is misschien wel de beste tip om eenvoudig te consuminderen. Wie immers weinig heeft en wil hebben, hoeft ook bijna niets te kopen. Overweeg dus om de principes van het minimalisme te omarmen. Hoeveel spullen heb je nou écht nodig? Kijk kritisch naar je bezittingen en behoud alleen de items die je echt gebruikt en die je waardeert. Je kunt dit eventueel per kamer in je huis aanpakken. Begin met de makkelijkste kamer (de kleinste?) en ga uiteindelijk je hele huis door. Minimalisme kan niet alleen leiden tot een opgeruimd hoofd, huis en leven, het helpt ook zeker om overconsumptie te verminderen.
Tip: Wil jij leren minimaliseren? Gera van den Berg van Heerlijk Minimaliseren biedt hiervoor een leuke cursus aan!
3: Volg geen influencers
Volg jij veel influencers op social media? We besteden allemaal veel tijd online en volgen daar allerlei mensen die we niet echt kennen, zoals BN’ers en influencers. Vaak zijn dit mensen die er een hele andere levensstijl op nahouden. Bijvoorbeeld een levensstijl die voor onszelf – om welke reden dan ook – onbereikbaar is. Realiseer je dat je onbewust wel beïnvloed wordt door al deze beelden en berichten. Terwijl je voor advies en inspiratie misschien beter naar mensen kunt kijken die er min of meer dezelfde levensstijl op na houden. Door dit soort berichten niet meer te volgen of veel selectiever te zijn in wie je volgt, kom je ook niet in de verleiding om allerlei extra spullen te ‘willen’. En ben je helemaal op dreef? Dan verwijder je de app gewoon helemaal of ga je door het leven zonder smartphone. Heerlijk rustig!
4: DIY
Wist je dat je veel dingen zelf thuis kunt maken? Het is vaak leuker én lekkerder dan wanneer je het kant-en-klaar koopt. Toegegeven: dit vergt wel even wat oefening en tijd in het begin. Maar je hebt al snel de smaak te pakken en daarnaast scheelt zelf maken vaak ontzettend veel geld. Zo kun je heel eenvoudig zelf havermelk maken. Of je eigen milieuvriendelijke reinigingsproducten met ingrediënten zoals azijn, baking soda en citroen. Ook kun je zelf groenten en fruit conserveren. Of thuis gefermenteerde dranken maken, zoals kombucha en waterkefir. Aan de slag!
5: Voedselverspilling verminderen
Gooi jij weleens eten of drinken weg, dat eigenlijk nog prima was? Je bent niet de enige. Door je maaltijden van tevoren te plannen, koop je alleen de benodigde ingrediënten. Je kunt hierbij rekening houden met wat er nog in de koel- en voorraadkast ligt. Dat scheelt weer geld en zorgt ervoor dat er niets over de houdbaarheidsdatum gaat. Maak wat extra avondeten en lunch de volgende dag met een lekker restje. Door je maaltijden te plannen en voor te bereiden, voorkom je ook impulsaankopen op het moment dat je trek krijgt. Op dat soort momenten ga je vaak niet voor de meest gezonde en voordelige opties. Val jij vaak toch voor die lekkere snack op het station of bij de winkel? Zorg dan dat je altijd iets bij je hebt dat je echt lekker vindt. Bijvoorbeeld wat noten en rozijnen, een stuk chocolade, wat groenten in een bakje, enzovoort.
6: Herbruikbare producten
Als je gaat voor kwalitatief goede producten, kun je ze vaak veel langer gebruiken. Een goede winterjas kan járen meegaan. Net als kwalitatief goede schoenen en kleding. En deze items zijn zeker ook tweedehands te vinden! Het kost soms iets meer tijd maar het scheelt dan weer veel geld.
Kapotte onderdelen kun je eventueel vervangen of laten repareren. Heeft je favoriete trui bijvoorbeeld veel ‘pluisjes’? Hiervoor kun je een pillenplukker gebruiken en zo kan de trui weer een winter mee. En gebruik je al wasbare wattenschijfjes, menstruatieondergoed of cups? Dit zorgt ervoor dat je op dagelijkse basis veel minder producten weggooit en opnieuw hoeft te kopen. Denk aan enorm veel tampons, ten opzichte van één cup die je keer op keer kunt gebruiken. Dit is een stuk duurzamer, het bespaart uiteindelijke geld en het is vaak ook nog eens fijner in gebruik.
7: Doe een no buy challenge
Wil jij jezelf echt uitdagen bij het consuminderen? Dan is een no buy challenge misschien iets voor jou. Als je net komt kijken, begin dan eens met een maand niks (nieuws) kopen. Dit kun je vaak makkelijk volhouden en het geeft je goed zicht op wat je anders allemaal zou kopen in een maand. Is een maand niks kopen je teveel? Kies dan één product uit waar jij meestal veel tijd en geld aan uitgeeft. Zoals een maand geen kleding kopen, of geen schoonheidsproducten zoals make-up. Als je de smaak eenmaal te pakken hebt, zul je zien dat je steeds minder gaat kopen.
Foto boven artikel: Karolina Grabowska via pexels.
No buy challenges zijn er tegenwoordig in veel vormen en ze hebben allemaal één ding gemeen: je koopt een tijdje helemaal niks (nieuws). Zo kun je beginnen met een maand geen nieuwe kleding kopen, of voor de gevorderden koop je een jaar lang helemaal niks nieuws. Voor ieder is er wel een uitdaging! Feit is in ieder geval dat zo’n challenge je met de neus op de feiten drukt van hoe vaak we dingen (nieuw) kopen. Ook kan dit je leren om veel bewuster om te gaan met de spullen die je al in huis hebt. Maar hoe overleef je nou zo’n no buy challenge?
Begin klein
Een jaar niks nieuws kopen is voor de echte diehards. Als jij net om de hoek komt kijken, is meteen een jaar niks (nieuws) kopen misschien iets te hoog gegrepen. Begin dan eens iets kleiner en doe bijvoorbeeld mee aan een uitdaging van een maand. Zoals een ‘buy nothing new maand’ of een 30-dagen challenge. En laat je zeker niet tegenhouden om dit op ieder gewenst moment in het jaar te doen! Is helemaal niks nieuws kopen voor een maand jou nog teveel? Kies dan één product uit waar jij meestal veel tijd en geld aan uitgeeft. Zoals een maand geen kleding kopen, of geen schoonheidsproducten zoals make-up. Alle beetjes helpen!
Kasten opruimen
Waar je ook voor gaat in jouw no buy-periode: het kan helpen om je kasten eens goed op te ruimen. Denk bijvoorbeeld aan je kledingkast. Zeker als je een jaar niks nieuws gaat kopen, kan dit de moeite lonen. Haal letterlijk alles uit de kast en pas je kleren door. Wie weet vind je achterin je kast nog mooie kledingstukken die je prima nog een jaartje kunt dragen. Ook voor schoonheidsitems is het handig om overzicht te hebben van wat je allemaal hebt liggen, zoals verzorgingsproducten en make-up. Als het je maar helpt om niet naar de (online) winkel te rennen voor een nieuw item.
En ga jij voor helemaal niks nieuws kopen? Denk dan ook aan je voorraadkast, garage, rommelzolder, enzovoort. Vaak verzamelen we zoveel spullen, dat we vergeten wat we allemaal nog hebben en dus onnodig nieuw gaan kopen. Je zult misschien versteld staan van alle spullen die je hebt maar niet gebruikt. Een opgeruimd huis helpt jou om makkelijker de no buy challenge door te komen.
Lenen
Niets nieuws kopen betekent natuurlijk niet dat je niks mag lenen van anderen. Zo zijn er mooie initiatieven voor het lenen van bijvoorbeeld huishoudelijke apparatuur via Peerby. Voor kleding zijn er tegenwoordig kledingbibliotheken en je kunt natuurlijk altijd gebruikmaken van je eigen netwerk, zoals buren, vrienden en familie. Van zo’n no buy challenge word je nog eens echt creatief!
Clothing Loop
En ken jij de Clothing Loop al? Bij dit initiatief meld je je gratis aan voor een lokale kleding-loop bij jou in de buurt. Je ontvang dan eens in de zoveel tijd een tas vol items die anderen niet meer dragen maar die wel nog goed zijn. Je haalt eruit wat jij wél nog wilt dragen, voegt eventueel jouw ongedragen items aan de tas toe en geeft hem weer door. Is er bij jou in de buurt nog geen loop? Dan kun je die ook zelf starten via het platform.
Repareren
Vaak worden spullen weggegooid omdat ze kapot zouden zijn. Terwijl niet alleen kleding maar ook huishoudelijke apparaten vaak prima gerepareerd kunnen worden om nog een rondje mee te gaan. Het probleem is dat het tegenwoordig makkelijker is om iets weg te gooien en met één klik op de knop een vervanger te kopen. Eigenlijk zonde toch?
Kijk eerst eens of er bij jou in de buurt een repair café wordt georganiseerd. Dit zijn gratis toegankelijke bijeenkomsten die draaien om (samen) repareren. Of kijk op de website van Jafix, een platform dat reparateurs koppelt aan mensen die iets willen repareren. En misschien kun je een broek die net te strak, te wijd of te lang is, nog laten vermaken bij de lokale kledingmaker?
Doe het samen
Denk je dat het voor jou lastig wordt om zo’n no buy challenge vol te houden? Gedeelde smart is halve smart: deel deze actie met mensen om je heen, zoals je huisgenoot, partner of een goede vriend/vriendin. Of natuurlijk online, waar anderen hun struggles delen en je elkaar eenvoudig tips kunt geven. Wedden dat ze graag met je meedoen? En zo kun je gehaalde mijlpalen meteen mooi samen vieren. Alleen niet door te gaan winkelen natuurlijk!
Kijk naar de voordelen
Misschien wel de beste motivator tijdens een koopvrije periode: kijk eens naar alle voordelen die het heeft, allereerst natuurlijk op je portemonnee! Je spaart ontzettend veel geld uit door niet te kopen. Je zou bijvoorbeeld iedere keer als je normaal iets nieuws zou kopen, kunnen opschrijven wat je uitspaart. Dit geld kun je mooi sparen voor een groter doel. En wat dacht je van het milieu? Vaak is niets kopen de meest duurzame keuze, dus je bent goed bezig! Als dat geen goed gevoel geeft?